van de populaire keizer, overgeleverd in het verhaal van
`De vereerde schoen-lappers oft de ghekroonde leerse', opgenomen in de
verzameling van J. de Grieck, Heerelycke ende vrolycke daeden van keyser
Carel den V (1675), wordt op ingenieuze maar natuurlijke wijze verweven met
een liefdesintrige van De Swaens eigen vinding.
Het stuk kreeg van de auteur zelf de benaming clucht-spel
en vertoont ook de kenmerken van dit genre: situatie komiek, echtelijke en
andere scheldpartijen, een smultafereel, plat-komische volks-realistische
uitdrukkingen; anderzijds vertoont het ook invloed van het Frans-klassieke
blijspel: indeling in vijf bedrijven (met voor- en nareden), alexandrijnen en
karaktertypering. Het is vooral de natuurlijke en zeer levendige typering van
de belangrijkste personages die, samen met een volgehouden opdrijven van de
spanning, een beeldrijk en sappig taalgebruik, een pittige dialoog en de
soepele, vaak door enjambement verbonden alexandrijnen, de blijvende verdienste
van het werk uitmaakt.
Het auteurschap van De menschwording (1686), twee
eeuwen later als anoniem mysteriespel gepubliceerd, werd in 1926 op goede
gronden door C. Huysmans aan M. de Swaen toegekend. Daarnaast is Het leven
en de dood van Jesus Christus, in 1694 voltooid en in 1767 te Brugge
gedrukt, ongetwijfeld zijn belangrijkste werk. Het bestaat uit 60 zangen in
alexandrijnen, telkens door een `Toesang' in kortere verzen besloten, en geeft
op treffende wijze uiting aan een diepe religieuze bewogenheid die we ook
aantreffen in de beste gedichten van de Verscheyden godtvruchtige en sedige
rymwercken, waarin echter eveneens veel gelegenheidswerk voorkomt. Bij het
samenstellen van zijn Neder-duytsche digtkonde of rym-konst heeft De
Swaen gebruik gemaakt van de Franse Aristoteles-vertaling met commentaar van A.
Dacier (1692).
In het tweede deel van de uitgave van zijn werken is een
fragment van het toneelstuk Absolon opgenomen.