Hotz, Frits Bernard
Nederlands prozaschrijver (Leiden 1.2.1922). Debuteerde
na langdurige voorbereiding met de bundel Dood weermiddel (1976), door
de kritiek algemeen als een revelatie beschouwd. Vrijwel al zijn verhalen zijn
de uitdrukking van een bijna illusieloze levensvisie. De mens is slechts zelden
in staat zijn `beste zelf' trouw te blijven, zeker niet in het huwelijk. In de
relatie tussen de seksen domineert de vrouw vaak in negatieve zin. Het
verlangen naar boetedoening na (vermeende) schuld typeert vooral de mannelijke
personages. Zeer opmerkelijk zijn de passages gewijd aan het kind in een wereld
van egocentrische volwassenen.
Hotz toont zich een scherp en niet zelden humoristisch
observator, vooral van het verleden, de tijd die zich juist in zijn voorwerpen
laat kennen. Een van zijn opvallendste hoedanigheden is dan ook een
liefdevolle, verstilde aandacht voor het door mensenhanden vervaardigde, die
a.h.w. een indirecte mensenliefde is. In de trouw aan het voorwerp is ook een
mogelijkheid van zelfvervulling gegeven, evenals in de overgave aan het
ambachtelijk kunnen dat het voorwerp schept. Zonder twijfel is dit de esthetiek
die aan dit met grote toewijding geschreven werk ten grondslag ligt.