Verbeteringen.
Op blz. 33, |
laatste regel, moet staan 5:122. |
Op blz. 40, |
regel 12, leze men zijn! |
Op blz. 42, |
regel 5, staat anderen voor andere. |
Op blz. 140, |
regel 20, staat voorkomende voor voortkomende. |
Op blz. 160, |
eerste regel, leze men voorstellingsver-. |
Op blz. 171, |
regel 14, moet staan ding in aanleg. |
Op blz. 212, |
regel 8 v. onderen, staat reden voor rede. |
Op blz. 270, |
regel 12, staat de Schelling voor Schelling de. |
Op blz. 315, |
regel 5 v. onderen, staat Massa voor Masse. |
Op blz. 411, |
regel 3 v. onderen, staat is voor ist. |
Op blz. 558, |
regel 14 v. onderen, staat mogen voor moge. |
Op blz. 732, |
regel 12, leze men 'Am. 3:6. |
Op blz. 779, |
regel 11 van ond. moet staan Rotterdam. |
Op blz. 859, |
regel 14, moet staan droefgeestigen. |
|
|