alisme, cynisme en materialisme zouden de modale burger kenmerken: eigenschappen die ertoe bijdragen dat traditionele gemeenschappen uiteenvallen, hogere waarden uit het oog worden verloren en de maatschappij op den duur onherroepelijk desintegreert. Vereist is dan ook een herstel van traditionele normen en waarden, evenals een krachtig verzet tegen desintegratiebevorderende trends als de individualisering. Dit is, kort samengevat, de visie van communitaristen, conservatieven en christen-democraten; groeperingen die, als ik het goed zie, in Nederland grotendeels samenvallen.
Hoe juist nu is deze onheilspellende analyse? Bevordert het streven naar een zo groot mogelijke individuele vrijheid, dat centraal staat in de liberale filosofie en de samenleving, inderdaad de maatschappelijke desintegratie? Is er sprake van een algeheel verval van normen en waarden?
Als men kijkt naar een vrij liberaal en modern land als Nederland, lijkt het met de gevreesde desintegratie en normloosheid wel mee te vallen. Uit verschillende studies, waaronder die van het Sociaal en Cultureel Planbureau, komen feiten naar voren die haaks op de profetieën van de doemdenkers staan.
Zo maken veel burgers zich tegenwoordig ongerust over milieuvervuiling, discriminatie en dierenmishandeling, problemen waarvan onze grootouders in die zogenaamd goede oude tijd bepaald niet wakker lagen. Dit onlangs opgebloeide moreel besef vormt allesbehalve een indicatie van normloosheid.
Daar komt bij dat Nederlanders zich bij liefdadigheidsacties nog steeds vrijgevig tonen. De aanhang van ideële organisaties als Amnesty International, Greenpeace en Foster Parents is omvangrijk. Op veel maatschappelijke terreinen zijn vrijwilligers actief. De secularisering schrijdt voort, maar tegelijk tonen veel mensen belangstelling voor spirituele bewegingen en zingevingsvraagstukken. Van een allesoverheersend materialisme en een enorme politieke apathie lijkt al met al geen sprake. Hoogstens is het geloof in absolute waarheden en revolutionaire politieke veranderingen afgenomen, maar als behoedzame liberaal juich ik deze ontwikkeling eerder toe, dan dat ik haar betreur.
Ook van het verval van een traditioneel instituut als het gezin kan moeilijk worden gesproken. ‘Het Nederlandse ideaal blijft trouwen en kinderen krijgen,’ luidde op 29 juni van dit jaar een