| |
| |
| |
MARIO SOARES
Geboren op 7 december 1924 in Lissabon
Studeerde historisch-filosofische wetenschappen en rechten aan universiteit van Lissabon
Politieke carrière
|
1957-1970 |
Advocaat en opposant van het regime. Twaalf keer gearresteerd door pide, de geheime politie |
1968-1968 |
Deportatie naar Sao Tomé (tien maanden) |
1970-1974 |
Ballingschap in Frankrijk |
1974-1975 |
Minister van Buitenlandse Zaken namens socialistische partij, onderhandelaar voor onafhankelijkheid Portugese koloniën |
1976-1978 |
Premier van Portugal |
1978-1983 |
Oppositieleider in Portugees parlement |
1983-1985 |
Premier van Portugal |
1986-1996 |
President van Portugal |
1999-2004 |
Lid van het Europees Parlement |
| |
| |
| |
Mario Soares
De legende
Frits Bolkestein: U bent altijd een tegenstander geweest van de Estado Novo, van de Portugese dictatuur. In welke mate verschilde die dictatuur eigenlijk van het regime van Franco in Spanje?
Mario Soares: Uiteraard was de situatie in Portugal heel anders dan in Spanje. De Portugese dictatuur begon in 1926; de Spaanse Burgeroorlog woedde van 1936 tot 1939. Ook was de aard van het regime verschillend. In Portugal ving de dictatuur aan met een staatsgreep die een einde maakte aan de eerste republiek (1910-1926). Maar de militairen waren niet in staat de economische en financiële vraagstukken in Portugal op te lossen, een land dat na de Eerste Wereldoorlog kampte met grote problemen. Sterker nog, de situatie verergerde na de coup. Daarom gingen de militairen op zoek naar iemand die zelf geen militair was en kwamen uit bij Salazar, professor aan de universiteit van Coimbra. Hij werd benoemd tot minister van Financiën en kreeg daarbij vele bijzondere volmachten. Hij vervulde dat ambt vier jaar, van 1928 tot 1932, onder verschillende militaire regeringen. Uiteindelijk benoemde generaal Carmona, president van de republiek, Salazar in 1932 tot premier, een positie die hij bekleedde tot 1968. Toen Carmona stierf in 1951, benoemde Salazar een andere militair, generaal Craveiro Lopes, als staatshoofd. Zelf bleef Salazar premier en dictator. Toen hij in conflict raakte met Craveiro Lopes, heeft hij deze generaal de laan uitgestuurd en als opvolger admi- | |
| |
raal Tomaz aangesteld. Salazar bleef ook toen in functie als premier en dictator. Hij was een zeer behoudend katholiek, een echte conservatief die gekant was tegen de voorgenomen kerkhervormingen krachtens het Tweede Vaticaans Concilie. Een behoudend katholiek en dictator dus, maar hij stond wel een zekere juridische structuur voor, vermoedelijk vanwege zijn achtergrond als hoogleraar financieel bestuur aan de universiteit van Coimbra. Hij was een man die zich bediende van geweld, maar alleen in de mate die noodzakelijk was om de macht te behouden. Hij voerde een extreem streng censuurbeleid en wist zich gesteund door de pide, een bijzonder machtige geheime dienst. De
censuur en de pide waren de twee voornaamste pijlers waarop het regime steunde. Het economisch beleid was ‘corporatistisch’ zoals hij dat zelf noemde, maar veel vertrouwen had hij daar niet in. Het was eerder een façade, want in wezen was het een economische beleid van de rijksten, afgestemd op de wensen van de grote industriëlen en ook afgestemd op de katholieken - zij het dat hij de kerk beheerste en niet vice versa.
Salazar heeft Franco enorm gesteund om aan de macht te komen en was vanaf diens coup een van zijn voornaamste pleitbezorgers. Wanneer Franco in 1939 zijn zege behaalt en terugkeert naar Madrid houdt Salazar een rede die ik me nog goed herinner, omdat ik de burgeroorlog in Spanje - een heuse tragedie - op de voet volgde. Salazar zei: ‘Wij hebben alles gegeven voor de overwinning van Franco - zonder dat ons iets was gevraagd, zonder dat we iets in ruil terugkregen - en wij hebben gewonnen.’ Daaruit blijkt wel dat Salazar zich volledig identificeerde met Franco. Het ging overigens wel om een ideologische en bestuurlijke verbondenheid, niet om een persoonlijke band, want Franco en Salazar waren twee volledig verschillende figuren. Ze hielden weliswaar topconferenties in het kader van het ‘Iberisch Pact’, maar
| |
| |
Salazar heeft Spanje altijd gewantrouwd. Beide volken leefden als het ware met de ruggen naar elkaar toe.
Mijn vader was minister tijdens de eerste republiek. Ik werd gevormd in de republikeinse geest van die tijd en was tegen Salazar, tegen de invloed van de kerk en tegen de dictatuur. Toen ik ging studeren kreeg mijn politieke denken meer en meer gestalte en ging ik me actief met de politiek bezighouden.
Wat was de houding van de katholieke kerk ten opzichte van de dictatuur van Salazar?
Tot begin jaren zestig, tot en met het Tweede Vaticaanse Concilie, waren kerk en staat twee handen op één buik. Toen kreeg Salazar een ernstige aanvaring met de bisschop van Oporto, António Ferreira Gomes, die het regime van Salazar hekelde als onmenselijk en dictatoriaal. Salazar stak een stokje voor de terugkeer van de bisschop naar Portugal, die tot het einde van de dictatuur in ballingschap bleef. De bisschop van Oporto werd in zekere zin het boegbeeld van de katholieke oppositie, die van groot belang is geweest in de strijd tegen het regime. Zelf werd ik verbannen naar het eiland Sao Tomé, in de Golf van Guinee. Als Salazar in 1968 ernstig ziek wordt, neemt Caetano diens plaats in. Caetano was hoogleraar recht en zat op dezelfde politieke golflengte. Toch streefde Caetano naar iets meer openheid om in Europa de indruk van enige vrijheid te wekken; hij stond me toe terug te keren naar Lissabon. Ik zat bijna een jaar gevangen op Sao Tomé, zonder enige vorm van proces en niet wetend hoe lang ik daar zou vertoeven.
| |
| |
| |
Corporatist
Was Salazar dan geen overtuigd corporatist?
Er was sprake van een nadrukkelijke aansturing van het industrieapparaat en de grote productiemaatschappijen stonden onder strenge staatscontrole. Salazar koesterde groot wantrouwen jegens de Amerikanen en na het Tweede Vaticaanse Concilie ook jegens de kerk. In die tijd kreeg het regime het te stellen met het verzet van de nationalistische bewegingen in de Afrikaanse koloniën. Die bewegingen wilden de dialoog aangaan met Lissabon om de vrijheid van meningsuiting te verkrijgen en ook het recht politieke partijen op te richten. Maar hoe kon men die vrijheden toestaan aan de Afrikanen, als ze de Portugezen werden ontzegd? Dat heeft hij dus nooit laten gebeuren. Hij stond volstrekt alleen, omdat hij vond dat de Portugezen ‘trots alleen moesten opereren in de wereld’.
Hij werd door alle landen veroordeeld om zijn koloniale beleid, zelfs door westerse democratieën die jaren achtereen de blik hadden afgewend. De Britten en Amerikanen mogen dan de mond vol hebben van democratie, maar na de Tweede Wereldoorlog hebben ze ons wel verraden, terwijl wij juist verzetsbewegingen ten gunste van de Geallieerden hadden opgezet. Wij waren ervan overtuigd dat het in die oorlog te doen was om vrijheid en democratie, maar na de oorlog was iedereen ons vergeten - ons en de Spanjaarden.
In de Eerste Wereldoorlog streed Portugal aan de zijde van de Geallieerden. Hoe komt het dat Portugal zich tijdens de Tweede Wereldoorlog afzijdig hield?
De republikeinse politiek van voor de Eerste Wereldoorlog streefde naar een ontwikkeling van de economie, teneinde de koloniën voor te bereiden op zelfbestuur en eventueel op onafhankelijkheid. Bedenk dat een Portugese koning Brazilië al
| |
| |
in 1822 onafhankelijk had verklaard. Wat trouwens de reden is voor de sinds jaar en dag zeer broederlijke banden met Brazilië, een relatie waarin geen sprake is van enig complex. De Brazilianen hebben in hun grondwet laten schrijven dat hun officiële landstaal het Portugees is, niet het Braziliaans. Daaruit blijkt wel dat er geen complexen leven. Brazilianen laten ook geen kans onbenut om Portugal te bestempelen als hun moederland. En dat terwijl de Brazilianen heel goed weten dat ze een belangrijke mogendheid zijn en dat zij 180 miljoen Portugeestaligen tellen en wij maar 10 miljoen. Toch is hun houding tegenover Portugal ‘teder’ te noemen; veel Braziliaanse en Portugese families zijn verwant.
In Afrika bewandelde de eerste republiek dezelfde weg om onze koloniën daar voor te bereiden op onafhankelijkheid. Ik weet dat nog goed omdat mijn vader toen minister van Koloniën was. Salazar deed precies het omgekeerde. Hij voerde een politiek krachtens zijn Koloniale Akte om een rijk te stichten zoals Mussolini had gedaan. Salazar wilde een Portugees wereldrijk. Op scholen hingen landkaarten van Europa waarop het Portugese rijk was geprojecteerd dat een gebied bestreek dat zo groot was als Portugal, Frankrijk en stukken van Duitsland samen. In zijn optiek was Portugal een groot land. Hij zei dat Timor voor hem hetzelfde was als een provincie van Portugal en dat er in het Portugese rijk geen rassendiscriminatie bestond. Dat was natuurlijk een leugen.
Toch heeft Portugal zich buiten de Tweede Wereldoorlog gehouden.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog hadden we koloniën. De kopstukken van de eerste republiek dachten: tijdens de vredesconferenties straks zal er een herindeling van de wereld ter discussie komen; de Portugezen moeten daar wel bij zijn om de belangen van onze koloniën te vrijwaren. Maar die oorlog sleepte veel langer aan dan verwacht en Portugal leed
| |
| |
grote verliezen. De eerste republiek kwam zeer verzwakt uit wo i.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Portugal nauw verbonden met de fascistische regimes van Franco en Mussolini, vooral met Spanje. Wij hebben deelgenomen aan de Spaanse Burgeroorlog met een troepenmacht - zogenaamd samengesteld uit vrijwilligers om de ‘nationalisten’ te helpen. Wij waren tegen de democratieën van Engeland en Frankrijk. Maar tijdens de oorlog had Salazar in de gaten dat de Portugese koloniën zouden verdampen als we de zijde van Duitsland kozen. Engeland beheerste de zee en daardoor bestond het risico dat wij van Angola en Mozambique zouden worden afgesneden. Om die reden riep Salazar de zelf verzonnen formule van de ‘coöperatieve neutraliteit’ uit. Die status maakte dat de Britten zich konden bedienen van Portugal als een platform in Europa, in het bijzonder op het gebied van spionage. Salazar zag halverwege de oorlog al in dat Duitsland zou verliezen. Vandaar dat hij die coöperatieve neutraliteit uitbreidde en de militaire basis op de Azoren te beschikking stelde van de Britten en later ook van de Amerikanen.
| |
Moord
In 1957 begon u op te treden als advocaat en heeft u tal van politieke gevangenen verdedigd. Hoeveel bewegingsruimte had u als advocaat om het op te nemen voor politici?
Die was zeer beperkt. Het gevoeligste proces was de zaak rond generaal Humberto Delgado. Ik was naar het buitenland gegaan als raadsman van de familie van Delgado, die in 1958 was vermoord door de pide op de Spaans-Portugese grens. Delgado was luchtmachtgeneraal en ooit een goede vriend van Salazar geweest. Hij had in de vs gewoond en had zich kandidaat gesteld voor het presidentschap van Portugal.
| |
| |
Hij gold als een serieuze gegadigde omdat hij de jongste generaal van het leger was. Hij was ook militair attaché geweest op de Portugese ambassade in Washington. Veel Portugezen zeiden: ‘Misschien is dat wel de man: hij is generaal en kan met de steun van het leger en misschien wel van de Amerikanen, de rol van Salazar overnemen.’ Toen hij zijn eerste persconferentie gaf, heb ik Delgado gesteund omdat hij beloofde Salazar de laan uit te sturen als hij werd verkozen.
Maar Delgado had geen succes?
Nee. Bij de verkiezingen werd de uitslag zwaar gefraudeerd en later werd hij vermoord. Delgado had een prachtige campagne achter de rug en had het hele land opgebeurd met zijn belofte: ‘Ik wil de democratie voor Portugal, en ik ben hier om jullie de vrijheid te bezorgen.’ Iedereen dacht dat hij echt kans maakte en dat hij de steun had van zekere krachten. Maar dat was niet het geval. Hij heeft hier en daar ook aardig gebluft, maar zoals gezegd verloor hij de verkiezingen door stembusfraude. Het was één schertsvertoning, die verkiezingen. Toen is hij gaan samenzweren tegen Salazar. Op zeker moment kreeg hij de informatie dat men van plan was hem te liquideren via de pide. Daarom zocht hij asiel in de ambassade van Brazilië waar hij vier maanden heeft vertoefd. Tot slot kreeg hij een vrijbrief van Salazar om naar Brazilië te vertrekken. Daar trok hij op met kapitein Galvão, een grote tegenstander van Salazar en een goede vriend van Delgado. Enige tijd later ging hij in op een uitnodiging om naar Algerije te komen, omdat dat land het Portugese verzet destijds veel steun bood - onder meer via het radiostation Voix de la Liberté dat uitzendingen in het Portugees verzorgde. In Algerije leidde zijn aanwezigheid tot een paar aanvaringen omdat hij nogal prikkelbaar, autoritair en niet erg consequent was. Maar toen liep hij in de val. Lieden die zich uitgaven voor Portugese officieren - agenten van de pide - traden met hem
| |
| |
in verbinding onder het mom een samenzwering tegen Salazar te willen opzetten. Ze wilden Delgado ontmoeten op de Spaans-Portugese grens bij Badajoz. Het was een hinderlaag. Bij de grens begreep hij dat het geen echte militairen waren en dat hij in handen van de pide was gevallen. Toen hij verzet bood, hebben ze hem gedood.
Het gezin van Delgado verbleef in Lissabon. Hij had een verhouding met een Braziliaanse dame die hem vergezelde van Brazilië naar Algerije en die ook in Badajoz bij hem was. Zij was in het hotel gebleven toen hij naar de grens was gegaan voor de bespreking met de zogenaamde legerofficieren. Ze hebben hem in koelen bloede vermoord en haar eveneens. Die agenten van de pide logeerden in hetzelfde hotel. Zij was de enige getuige. Na de verdwijning van generaal Delgado deed zijn familie een beroep op mij om op te treden als advocaat.
Wat kon u doen voor die familie?
Ik ben begonnen met een eigen onderzoek. Daarvoor ging ik naar Spanje waar ik in contact kwam met een groep mensenrechtenactivisten: een Brit, een Fransman en een Italiaan. Zij zijn in het voetspoor van Delgado getreden vanaf het moment dat hij Algiers had verlaten en via Marokko clandestien in Spanje was aangekomen op een vals paspoort, tot en met zijn korte verblijf in Badajoz. Zo belandden ze in Badajoz waar Delgado en zijn vriendin waren verdwenen. Stukje bij beetje werd de hele geschiedenis duidelijk. Kort daarna was er een persconferentie. Een Engelse journalist vroeg de Portugese minister van Buitenlandse Zaken: ‘Waar is generaal Delgado?’ De minister antwoordde: ‘Dat moet u aan de Spanjaarden vragen, want hij is in Spanje verdwenen.’ De Spanjaarden waren woest omdat ze precies wisten wat er was gebeurd en wat de rol van de pide in die hele opzet was geweest.
| |
| |
Vervolgens heb ik in Spanje een proces aangespannen met Spaanse advocaten. De Spaanse politie begon daar brokjes informatie weg te geven die voor ons heel waardevol waren, bijvoorbeeld nummerborden van auto's die in gebruik waren bij de Portugese politie. En niet alleen nummerborden, maar ook chassisnummers en de merken van ingevoerde snelle auto's kwamen aan het licht. Ik kon op die basis een procedure beginnen in Italië met de hulp van knappe Italiaanse juristen omdat het voorbereidende werk voorafgaand aan de misdaad - in het bijzonder een eerste vergadering - in Rome had plaatsgevonden. Daarbij was een van de geheimagenten bij de moord een Italiaan die naar verluidt fascist was. Wij hebben het geheel gereconstrueerd en zijn een proces in Italië begonnen, waarbij de Italiaanse magistratuur inderdaad bevoegd werd verklaard. Dat verplichtte de Spanjaarden ook een gerechtelijk onderzoek in te stellen. De Portugese justitie heeft nooit enige stappen ondernomen. Er heerste volstrekte censuur. Ik was in die tijd een zeer hinderlijk element. Tot drie keer toe werd ik gevangengezet, louter en alleen omdat ik de raadsman van Delgado was. Dat leidde tot protesten van alle beroepsorganisaties van advocaten in Europa. Op zeker moment stelde Salazar me op transport naar Sao Tomé.
Heeft u dat proces in Italië gewonnen?
Nee, dat hebben we niet gewonnen. Op een gegeven moment kon men niet verder omdat informatieverzoeken aan het adres van de Portugese justitie onbeantwoord bleven. En de Spaanse autoriteiten deden er eveneens het zwijgen toe. Zo belandden we in een patstelling die duurde tot 25 april 1974. Na die datum hebben we het onderzoek in Portugal en Spanje laten heropenen, waarna we eindelijk een complete reconstructie van de zaak konden maken.
| |
| |
Ik heb dus bijna tien maanden gesleten op Sao Tomé. In die tijd viel Salazar van een stoel met blijvende invaliditeit als gevolg. Hij is nog een jaar aangebleven. Hij dacht dat hij nog het ambt van premier vervulde, maar intussen had men al een vervanger benoemd: Caetano.
Caetano heeft me vrijgelaten om over te komen als een welwillende, vrijheidsminnende figuur. Na mijn terugkeer in Portugal nam ik deel aan de verkiezingen als kandidaat-volksvertegenwoordiger. Maar eens te meer sjoemelde het regime met de stembusuitslagen. Ik heb daartegen officieel geprotesteerd. Ik had in die tijd veel contacten in heel Europa en zelfs in de vs. Caetano heeft me toen uit Portugal verdreven. Ik kon twee dingen doen: vertrekken of de gevangenis in. Aangezien ik al een paar keer in de gevangenis had gezeten, leek het me maar beter te vertrekken. Ik heb me in Parijs gevestigd als docent aan de Sorbonne en aan de universiteit van Rennes. Het was in die tijd dat ik Portugal baillonné (‘Monddood Portugal’) schreef, dat pas na 25 april 1974 in het Portugees werd vertaald.
Waren de levensomstandigheden op Sao Tomé vergelijkbaar met het leven in een concentratiekamp?
Nee. Ik had er wel een vaste verblijfplaats, het enige pensionnetje in de stad. Die plek was een echt minidorp. Ik mocht de stad niet uit. Anderzijds leefde ik niet in gevangenschap in de strikte zin van het woord. Maar ik kon niets doen. Ik kon niet mijn beroep als advocaat uitoefenen. Ik wilde ook best leraar worden, want ik heb ook een graad in de letteren, maar dat mocht niet.
| |
| |
| |
Ballingschap
Wat doceerde u in Frankrijk?
In Frankrijk doceerde ik Portugese taal- en letterkunde, zowel in Vincennes en Rennes als aan de Sorbonne.
Toen u in ballingschap ging in Frankrijk, was het land nog in de ban van de gebeurenissen van mei '68.
Dat heb ik aan de universiteit ondervonden, ja...
Terwijl er in Portugal helemaal niets was dat op democratie leek.
Inderdaad, Frankrijk vertegenwoordigde voor mij de vrijheid. De socialisten stonden er slecht voor toen ik in 1970 in Frankrijk arriveerde. Pompidou was president en daarna kwam Giscard d'Estaing. Ik raakte bevriend met François Mitterrand toen hij aan de leiding van de ps kwam te staan. Ik kende hem van de Socialistische Internationale. In 1964 had ik met een paar Portugese vrienden een beweging opgericht met de naam ‘Beweging voor Socialistische Actie’. Het was een clandestiene club, maar hij werd niet als gevaarlijk beschouwd omdat we geen politieke partij waren, geen duidelijk stempel hadden. Toch hadden we een paar stappen gezet en bijvoorbeeld contact opgenomen met socialistische boegbeelden in het buitenland. Het belangrijkste gevolg daarvan was dat we werden toegelaten tot de Socialistische Internationale. Toen ik in ballingschap leefde, werd het voor mij duidelijk dat het zaak was die beweging om te vormen tot een politieke partij, een socialistische partij, om een plaats te krijgen in het internationale verband van socialistische partijen. Het zou wel een clandestiene partij zijn, omdat politieke partijen in Portugal verboden waren.
Ik was ervan overtuigd dat Portugal ging veranderen omdat er veel aan het gisten was vanwege de koloniale oorlog die in 1961 in Guinee en Angola was begonnen en kort daarna ook
| |
| |
in Mozambique. De oorlog in Guinee was verloren, de strijd in Angola en Mozambique nog niet. Het regime in Lissabon verkeerde echt in een shocktoestand omdat het volledig corrupt was. Maar de democratische landen in Europa en ook de vs begrepen niets van de situatie. Ze kenden alleen geheime rapporten waar niets in stond. De Portugese politie stond in contact met de Duitse, Franse en Engelse politie en gaf maar weinig informatie prijs. De ambassades in Lissabon hielden zich blind omdat ze bang waren voor contacten met het verzet. Het was dus een moeilijke tijd. Ik had heel goede vrienden binnen de internationale socialistische beweging, onder anderen James Callaghan en Harold Wilson. Ik was te gast bij Wilson toen deze premier was en bij Callaghan toen hij op Buitenlandse Zaken zat. Dat was twee of drie maanden voor de revolutie. Ik bracht verslag uit over wat ik had gedaan en zei: ‘Er komt revolutie in Portugal’. Ik voegde eraan toe dat we steun nodig hadden omdat de Russen er ook zaten. De Communistische Partij had al veel invloed. Een tijd later zei Callaghan tegen me: ‘Beste Mario, ik heb je verslag pas na de revolutie gelezen. Voordien leek de idee van een revolutie in Portugal me weinig realistisch. Ik had het in een lade gelegd en er geen aandacht meer aan besteed.’ Hetzelfde overkwam me bij Willy Brandt, destijds bondskanselier en een goede persoonlijke vriend. Hij zei: ‘Mario, je bent een enthousiaste kerel, ik heb grote bewondering voor je en mag je heel graag. Maar dat hele verhaal is echt een illusie, want in politiek opzicht is de situatie in Portugal solide. Ik beschik over informatie uit navo-kringen en over andere gegevens uit andere bronnen.’ Waarop ik zei: ‘Maar ik heb informatie uit de militaire kringen zelf, ik ben Portugees, ik zit er midden in! En ik kan je één ding zeggen: we krijgen een revolutie.’ Hij wilde me niet geloven. Tijdens de nacht
van de revolutie - van 24 op 25 april 1974 - was ik op uitnodiging van Brandt in Bonn en heb ik tot diep in de nacht zitten praten met de Duitse mi- | |
| |
nister van Financiën, iemand die in de Spaanse Burgeroorlog had gevochten en die veel sympathie voor Portugal koesterde. Ik zei hem dat er revolutie op komst was en dat ik niet wist wanneer, maar wel dat we steun nodig hadden. Hij zei me dat ik me niet moest opwinden, dat ik te optimistisch was. Waarop ik weer zei dat ik me helemaal niet opwond en dat ik gewoon wist wat er ging gebeuren. Maar zij dachten over betere informatie te beschikken en vertrouwden daar ook op. Mij geloofden ze niet. De volgende ochtend maakten ze me wakker in mijn hotel met de boodschap dat er inlichtingen binnendruppelden die er op duidden dat er iets gaande was in Lissabon. Ik kon niet meteen terug naar Portugal omdat de luchthaven van Lissabon gesloten was. Ik moest de trein nemen. Ik kwam op 28 april 1974 in alle vroegte aan in Lissabon en werd er verwelkomd door een hele menigte.
| |
Communistische dreiging
Ik heb ooit, lang geleden, een artikel geschreven over de affaire-República. Enige tijd daarna werd ik minister van Defensie en ontmoette in die hoedanigheid Raul Rego in Lissabon. Ik weet ongeveer wat er in Portugal is gebeurd tijdens de militaire interventie en hoe het zat met Alvaro Cunhal en het communistische gevaar. Acht u het denkbaar dat Alvaro Cunhal echte invloed zou hebben gekregen in Portugal? Hoe reëel was de communistische dreiging in Portugal destijds?
Uitermate reëel! Reëler dan u zich kunt voorstellen. Maar niet in april 1974 zelf, die dreiging speelde daarna pas.
In de zomer van 1975?
Precies. De communisten waren als enigen goed georganiseerd. De socialistische partij was maar klein. We hadden geen geld en geen fijnmazige politieke structuur. We hadden
| |
| |
alleen wat militante leden en mensen uit vrije beroepen zoals advocaten en artsen. Maar we hadden beslist geen leden uit de arbeidersklasse, dat was een segment waarin we maar moeilijk konden doordringen. De arbeiders waren volledig op de hand van de communisten. Verder hadden we ook weinig jongeren. Niet dat de studenten allemaal communistisch georiënteerd waren, maar ze waren heel ‘gauchistisch’, in de Franse betekenis van die term. Na mei '68 waren de jongeren in het academisch milieu links-radicaal, maoïstisch, trotskistisch, maar niet communistisch. In hun ogen vertegenwoordigden wij als socialisten eerder het establishment, waren we haast het verlengstuk van het regime zelf. De enige krant die wij hadden opgericht was La República, maar ook daar zetten de communisten eigen kadermensen neer. De directeur was de socialist Raul Rego. De arbeiders aan de zettafels en persen waren vooral communisten of gauchisten. Uit angst voor de militairen bezetten ze de krant en hielpen zo onze enige spreekbuis om zeep. In die tijd werden alle militaire eenheden in het land beheerst door de communisten, die verder ook de pers domineerden én de president van de republiek, Costa Gomes, én premier Vasco Gonçalves. Alvaro Cunhal was minister van staat, ikzelf was minister van Buitenlandse Zaken. Ze hebben me dat departement afgenomen en me aangesteld als minister zonder portefeuille. De communisten hadden de pers, alle radiozenders en de hele televisie in handen. Ze begonnen landbouwgebieden in Alentejo in te nemen, zogezegd met het oog op landbouwhervormingen en ook gingen ze fabrieken bezetten. Ondernemers en grote industriëlen begonnen bang te worden. De ene na de andere week uit naar Brazilië, naar Frankrijk of trok naar elders. Op zeker moment was ik in de Verenigde Staten en Henry Kissinger zei tegen me: ‘U bent de Kerenski van Portugal. Ik raad u aan in de vs te
blijven. Als u hier blijft, vinden we wel een post aan de universiteit voor u. Portugal is verloren voor
| |
| |
de vrije wereld. Als u terugkeert wordt u of levenslang opgesloten of gefusilleerd.’ Mijn antwoord luidde: ‘Meneer Kissinger, neem me niet kwalijk, maar ik ken mijn land beter dan u. Ik keer er ook naar terug, omdat ik me in het geheel geen zorgen maak. Ik ga terug omdat ik reken op het Portugese volk.’ Toen zei Kissinger iets geks: ‘Kerenski was ook niet bang toen hij in Rusland was. Maar we kennen de geschiedenis en weten hoe het met Kerenski is afgelopen.’
Ik had zelf nog een hele weg te gaan omdat er veel verzet was in het noorden van het land, terwijl de rest van Portugal verdeeld was. Behalve dan Alentejo, dat toen volledig communistisch was en ook in Lissabon hadden ze veel macht. Maar het noorden was voor de democratie en tegen de communisten. En de kerk ook. Ik had in die tijd goede contacten met de hoge geestelijkheid, die me steunde omdat ze snapten dat ze gevaar liepen in een communistisch regime. Ik heb toen mijn ontslag als minister ingediend, samen met mijn vriend en minister van Justitie, Salgado Zenha, om een regeringscrisis te veroorzaken en de oppositie aan te voeren tegen het gevaar van een communistisch bewind.
Daarna hebben ze een puur communistische regering geformeerd. Dat was de vijfde voorlopige regering, die het slechts een maand heeft uitgezongen. Wij zijn de straat op gegaan en overal in het land hadden massabetogingen plaats. Men heeft ons nooit gezien als anticommunisten; we streden voor vrijheid, democratie en een pluralistisch bestel. We wisten een groot deel van de Portugese bevolking op de been te krijgen en dat leidde tot verdeeldheid in de gelederen van het leger. Het was die verdeeldheid die maakte dat wij de vijfde regering ten val konden brengen. Uiteindelijk moesten we weer een regering vormen met meerdere partijen. Daarin zaten nog wel communisten, maar ze waren ver in de minderheid. Wij kwamen uit de strijd als versterkte politieke partij.
| |
| |
Dus waren het de massabetogingen die de democratie hebben gered?
Ik denk van wel. Er waren overal demonstraties. Op 25 november 1975 waagden de communisten een coup om zogezegd namens het volk de macht op te eisen. Ook toen was er verdeeldheid in het leger en faalden ze in hun opzet. Het is ze wel gelukt de hoogste gezaghebber van de luchtmacht te arresteren. Maar met diens onderbevelhebber slaagde het leger erin alle vliegtuigen van de luchtmacht te verplaatsen van het zuiden naar het noorden van het land - naar de basis Cortegaça, bij Oporto. Zelf ben ik in het geheim vertrokken uit Lissabon naar Oporto. De wegen waren versperd, de Portugese televisie had de uitzendingen vanuit Lissabon gestaakt en was beginnen uitzenden vanuit de studio's in het noorden. U ziet het, het heeft allemaal veel weg van het begin van een burgeroorlog...
Waren de communisten bang?
Reken maar. Om twee uur 's nachts ontbood president Costa Gomes Alvaro Cunhal en zei tegen hem: ‘Of u trekt zich terug als kandidaat en roept iedereen op tot het afzien van verdere actie, óf er breekt een burgeroorlog uit in Portugal. Want ze lijken vastberaden en bereid om vanuit het noorden af te dalen naar Lissabon.’ Daar had hij gelijk in. Ik heb het daar nog over gehad met James Callaghan. In zijn mémoires heeft hij lang stilgestaan bij die episode. Onder meer dat ik in verbinding stond met een officier van de speciale operaties van het Britse leger, die bereid was ons brandstof te geven voor onze vliegtuigen om zonodig Lissabon te bombarderen.
Hoe luidde het antwoord van Alvaro Cunhal aan Costa Gomes?
Hij zag de ernst van de zaak in en heeft zijn aanhangers bevolen hun optreden te staken.
| |
| |
Je zou dus kunnen zeggen dat het communistische gevaar uit de weg is geruimde door het volk zelf?
Precies. Ik moet toegeven dat Cunhal wel verstand had. Na de overwinning van 25 november begon rechts te roepen dat de communisten achter tralies moesten en dat hun partij buiten de wet moest worden gesteld. Ons leek dat niet verstandig. We hebben wel onderscheid gemaakt tussen de militairen. We zijn nagegaan wie voor en wie tegen de revolutie waren. Maar dat was om de democratie te doen. Er zijn verder geen represailles geweest.
| |
Dekolonisatie
U had het net over de dekolonisatie van Angola en Mozambique, waarvan u voorstander was. Stelt het u teleur dat Angola en Mozambique beide zijn beland in een gruwelijke burgeroorlog? Had dat op een of andere manier voorkomen kunnen worden?
Misschien wel. U weet dat de onafhankelijkheidsoorlogen in Afrika begin jaren zestig zijn begonnen. We hebben het spoor van de dekolonisatie gekozen na de val van het regime-Caetano, na 25 april 1974. In de voorlopige Portugese regering was ik minister van Buitenlandse Zaken. Op 16 mei 1974 vloog ik naar Dakar voor een ontmoeting met de leider van de nationalistische beweging van Guinee, Aristides Pereira, die president van zijn land was geworden. We hebben toen een eerste staakt-het-vuren afgeroepen met de hulp van de Senegalese president Léopold Senghor en diens premier Diouf - die had me een vliegtuig gestuurd zodat hij ons in Dakar kon treffen. Daarna zijn we onderhandelingen begonnen met de nationalistische bewegingen van Angola en Mozambique. Dat was veel moeilijker, vooral met Angola. Wij wilden besprekingen voeren met een beweging die het volk vertegenwoordigde, waarop ook de vn had aangedron- | |
| |
gen. Er moest eerst een volksraadpleging komen in plaats van een overgangsregering met maar één partij. De nationalisten van de mpla voelden zich in de steek gelaten door het Westen en vielen in de armen van de Sovjet-Unie.
Wat was de rol van generaal Spinola in dit proces?
President Spinola was een briljante figuur, een groot militair en een lichtelijk conservatieve democraat. Hij was bang voor de communisten, omdat zijn naam in verband was te brengen met veel anticommunistische campagnes. In het begin stuurde hij aan op een gemenebest met de voormalige koloniën, een constructie die het resultaat moest zijn van onderhandelingen met de nationalistische bewegingen. Maar de nationalisten zagen niets in dat plan; ze hadden in de gaten dat de situatie in Portugal nogal heikel was. Het regime van Caetano was gevallen en alom in het land heerste verwarring. Die nationalistische leiders waren goed op de hoogte van wat er speelde in Portugal en kregen veel informatie. In Lissabon lagen ten minste drie grote opties ter tafel om de koloniale kwestie op te lossen. Het plan van Spinola was het meest behoudend. Dan lag er mijn plan dat veel opener was, maar dat wilde dat Portugal zijn rol als onderhandelaar behield en daarbij een paar regels wilde vastleggen. Ten derde lag er een voorstel van de communisten en hun geestverwanten binnen het leger, die onmiddellijk wilden overgaan tot dekolonisatie zonder zich verder te bekommeren om de invloed die de Sovjets zouden krijgen.
Hoe liep het af?
In het begin wisten de Sovjets grote invloed te verwerven in de voormalige koloniën, maar ze hebben daar niet lang stand kunnen houden. De grootste verantwoordelijke voor alles wat er is gebeurd, is de dictatuur die zo lang heeft geduurd. We verkeerden niet in de goede omstandigheden om op een
| |
| |
geloofwaardige manier te onderhandelen. In Mozambique sprak ik met Samora Machel en die zei tegen me: ‘Mijn soldaten hebben wapens gekregen van Portugese legerdivisies en nu wilt u hier regels komen opleggen?’ Er heerste nogal wat verwarring onder de Portugese soldaten die daar gestationeerd waren, daartoe verplicht door een dictatoriaal regime. Zodra dat bewind was gevallen, was de teneur onder hen dat ze zich eindelijk wilden ontdoen van dit alles om snel weer naar huis te kunnen. Ook in Portugal zelf gingen die geluiden op, vooral in links-radicale kringen riep men: ‘Niet één soldaat voor Afrika meer.’ In de koloniën was sprake van totale ontmoediging en in Portugal had je aan één stuk door ruzies en relletjes.
Zijn de koloniën in die chaos ten onder gegaan?
Ze zijn vooral het slachtoffer van de Koude Oorlog geworden, van de gepolariseerde wereld van toen. In Angola greep de mpla de macht en Amerika begon de unita van Jonas Savimbi te helpen. Later hebben de Amerikanen hem verraden en Savimbi werd begin 2002 vermoord. Ook heeft de Verenigde Staten het apartheidsregime van Zuid-Afrika geholpen bij de oprichting in Mozambique van Renamo, als tegenwicht tegen de enige partij daar: Frelimo. Zowel de mpla als Frelimo waren door en door communistisch, maar na de val van de Berlijnse muur zijn die communistische nationalisten gaan onderhandelen met de grote ondernemingen. Met de slechtste vorm van kapitalisme als gevolg. Zonder principes, zonder model en zonder moreel besef. Als u me zegt dat het dekolonisatieproces beter had gekund, ben ik dat met u eens. Maar dan hadden we ook de middelen moeten hebben om het anders te doen. De onrechtvaardige koloniale oorlog is zo in het extreme getrokken dat er op het laatst geen financiële middelen waren om een betere dekolonisatie te bewerkstelligen. Dat was slecht voor Portugal,
| |
| |
maar we hebben ons kunnen ontdoen van de koloniën. Tegenwoordig onderhouden we uitstekende relaties met alle koloniën omdat het aloude antagonisme is verdwenen. Onze Europese vrienden begrijpen niet hoe geliefd de Portugezen zijn bij Afrikanen die onze taal spreken. In Europa denkt men dat wij de grote boemannen waren. Ik zal een voorbeeld geven. In de Socialistische Internationale heb ik in Arusha twee dagen vergaderd met Olof Palme. Er stond een kleine tafel en Samora Machel, de president van Mozambique, zei tegen me: ‘Mario, kom hier zitten!’ Dus ik ben bij Samora aan tafel blijven zitten. Waarop Palme me vraagt: ‘Leg me dat nu eens uit. Jij bent Portugees, ik ben Zweed. Ik heb geholpen, ik heb geld en wapens gegeven aan de club van Samora Machel. En hier wil hij uitgerekend met jou, de vertegenwoordiger van de kolonisator, praten en niet met mij!’ Ik antwoordde: ‘Dat komt omdat we dezelfde taal spreken, omdat wij onder de dictatuur in dezelfde gevangenissen hebben gezeten en omdat hij mij niet als de “kolonisator” beschouwt. Ik ben juist altijd tégen de kolonisatie geweest.’
| |
Europese Gemeenschap
De revolutie had plaats in 1974 en Portugal werd in 1985 lid van de eg. Griekenland was jullie voor. Hoe komt dat?
Dat kwam door Giscard d'Estaing en ook door Karamanlis, een prima man die balling was geweest in Parijs. Het was wel een beetje vreemd. De Portugezen hebben zich eerder ontdaan van de dictatuur dan de Grieken en toch trad Griekenland eerder toe als eg-lid. Dat houdt verband met speciale banden. Daar komt bij dat de Europeanen destijds Portugal en Spanje als één geheel zagen, al was dat in werkelijkheid niet het geval.
| |
| |
In welke mate is Portugal veranderd in de context van de Europese Gemeenschap?
Totaal veranderd. Er kwam een economische schokgolf op gang en in het denken van de Portugezen betekende de Europese Gemeenschap een grote kans voor Portugal, gegeven de belabberde toestand waarin het land verkeerde. Portugal was zijn koloniën kwijt, waarna een miljoen mensen terugkeerden naar het moederland, zonder onderdak, zonder geld en zonder vak. Het is ons gelukt die mensen veel geld te geven. Wij hebben nooit het probleem van de pieds noirs gekend zoals de Fransen, omdat het ons lukte om die miljoen mensen te laten opgaan in de bevolking van 9 miljoen inwoners die we toen telden. Stelt u zich die krachttoer voor: een miljoen mensen absorberen! Wij hebben hen actief geholpen en zelfs hotels ter beschikking gesteld van mensen die geen onderkomen hadden. We hebben echt een reuze inspanning geleverd, dat beaamt iedereen. En al die mensen zijn van groot belang geweest voor de wederopbouw van het land, want zij beschikten over de ondernemingszin, de zin voor initiatief die het land destijds node miste. Ten tweede hebben we vrij aanzienlijke kredieten van de eu gekregen - geld dat we goed hebben aangewend voor de ontwikkeling van het land. Er was al gauw vooruitgang zichtbaar. Het meest opvallend waren misschien de snelwegen, de universiteiten en de ziekenhuizen. Daarmee kwam ook een mentaliteitsverandering op gang. Inmiddels zijn wij een zeer Europagezind land, ondanks de recente, droevige episode van de steun van de Portugese regering aan president Bush in zijn oorlog tegen Irak. Portugal heeft zelfs de ontmoeting op de Azoren georganiseerd tussen Bush, Blair en Aznar. Maar de publieke opinie in Portugal was nogal gekant tegen de lijn van de regering in dezen.
| |
| |
Als voorstander van een gemeenschappelijke buitenlandse politiek zal het u wel somber hebben gestemd dat Europa zo verdeeld was ten aanzien van de oorlog tegen Irak.
Somber jazeker, maar we moeten verder. Ik heb nooit kunnen aanvaarden dat Blair een beleid voert dat helemaal voorbijgaat aan Europa. Dat begon allemaal met Clinton; niemand heeft Blair toen tot de orde geroepen. Aan de onderhandelingstafel van de Europese Raad durfde niemand Blair te vragen: ‘Waarom heeft u afspraken gemaakt met de Verenigde Staten zonder uw collega's in de Raad om toestemming te vragen?’ Nee, we hebben hem rustig laten begaan met zijn steun aan een oorlog die naar mijn mening een onwettige oorlog was. De Verenigde Staten zijn van start gegaan met preventieve oorlogsvoering onder het mom dat de vitale belangen van de vs werden bedreigd. Dat was hetzelfde wat Hitler deed toen hij Tsjechoslowakije bezette. Hij vond het ook noodzakelijk dat Duitsland zijn vitale belangen verdedigde. Daarom hielp hij de Sudeten-Duitsers en pikte hij en passant een stuk grondgebied in. Ik kan het niet eens zijn met die strategie, ik ben er zelfs volledig tegen. Een en ander heeft geleid tot een kloof in Europa. Blair heeft hetzelfde gedaan. Duitsland en Frankrijk hebben een tegenovergesteld beleid gevoerd. Ik ben blij dat de Fransen en de Duitsers zich zo hebben opgesteld, want op die manier was er toch sprake van een zekere onafhankelijkheid van Europa ten opzichte van Amerika.
De positie de Blair kreeg anders wel steun van heel wat andere lidstaten. Ik denk aan Portugal, Spanje, Italië en Polen. Als we hadden moeten stemmen over een gemeenschappelijk buitenlands beleid rond deze kwestie, dan hadden Frankrijk en Duitsland nooit een meerderheid gehaald.
Daar ben ik niet zo zeker van. Willen we komen tot een gemeenschappelijk buitenlands beleid, dan zullen we in de
| |
| |
toekomst moeten werken volgens het model van nauwere onderlinge samenwerking. We moeten kiezen voor het systeem waarmee we ook tot Schengen en de euro zijn gekomen. Waarom voert Europa geen gemeenschappelijk buitenlands beleid? Omdat er lidstaten zijn die daarvan niet willen weten. Wel, dan moeten we verder met de lidstaten die wel willen.
| |
Europese Federatie
Als we kiezen voor het model van nauwere samenwerking, zullen er wel meerderheden zijn te bereiken, maar de samenstelling daarvan zal verschillen naargelang de thema's die ter tafel liggen. U kiest in zekere zin voor een Europa met verschillende snelheden?
Ik zou liever zeggen dat de Europese integratie zich kenmerkt door verschillende snelheden, in overeenstemming met hetgeen de lidstaten willen. Ik zou graag zien dat Portugal zich in de voorhoede bevindt.
Denkt u dat kandidaat-lidstaten als Polen en Hongarije ook een Europees leger willen? En ook een Europees belastingstelsel?
Waarom niet? Mettertijd zal dat met het nodige vertrouwen in het project ook wel gebeuren. Wat die landen willen is veiligheid, vooral ten aanzien van de Russen en misschien ook wel van de Duitsers. Daarom flirten ze nu zo met de Amerikanen. Maar over vier jaar ligt dat allemaal heel anders.
Over vier jaar?
Zo ongeveer, maar ik weet zeker dat de zaken zullen veranderen.
| |
| |
Dat ze meer uitgesproken Europeanen worden en niet meer zo aan de leiband van de Amerikanen zullen lopen?
Juist. En daar twijfel ik geen moment aan. De Amerikanen beschikken nu over een echt rijk. De Polen en Hongaren willen heus geen vazallen worden. Ik koester de hoop, veel hoop, dat Bush volgend jaar niet wordt herkozen.
Bent u voor een Europese federatie?
Jazeker. Ten tijde van Salazar zat ik in de gevangenis omdat ik probeerde een Portugese afdeling van de Europese beweging op te richten. Als Portugees voel ik me echt Europeaan en ik denk dat Portugal deel uitmaakt van een Europese federatie, waarin alle lidstaten gelijke rechten genieten.
Zoals in Duitsland of de Verenigde Staten?
Er zal een origineel systeem komen. Sinds Maastricht zijn wij een unie van staten en ook van volkeren, wat ik als een grote stap voorwaarts beschouw. Dat was ook de reden dat ik destijds, in 1992, pleitte voor het houden van een volksraadpleging over Maastricht. Maar op dat moment wilden de voornaamste partijen niet weten van een referendum. Ik was nadrukkelijk vóór. Maar zelfs als president van het land kon ik me niet verzetten tegen de wil van de partijen. De socialistische partij, mijn partij, wilde niet en ook de andere regeringspartij wilde niet. De communisten waren wel voor en extreem-rechts eveneens. Ik heb niet verder aangedrongen omdat de meerderheid van het land - vertegenwoordigd door de twee grote partijen, de psd en de ps - tegen waren. Ik ben federalist; ik ben altijd voorstander geweest van een federatie van staten. Ik ben voor een politiek Europa, voor een Europa van de burger. Een Europa dat besluiten kan nemen op grond van gekwalificeerde meerderheden en intergouvernementeel overleg kan inbouwen in de méthode communautaire.
| |
| |
Zo denk ik erover en ik denk dat ik inmiddels voor de meerderheid van de Portugezen spreek.
Veronderstelt een Europese federatie ook een gemeenschappelijk buitenlands beleid?
Natuurlijk. Ik ben voor een gemeenschappelijk buitenlands beleid en ook voor een gemeenschappelijk leger. Toen ik me kandidaat stelde voor het ep, wilde ik écht graag Europees volksvertegenwoordiger worden om te ervaren hoe dat is. Boze tongen beweerden dat ik me kandidaat had gesteld omdat ik dacht kans te hebben voorzitter van het ep te worden. Dat is niet zo. Ik zal u iets vertellen wat ik tot op heden nooit iemand heb verteld. Ik ben twee keer verkozen tot president van Portugal, twee keer voor een termijn van vijf jaar. Toen ik werd verkozen heb ik mijn partijlidmaatschap opgezegd. Als president wilde ik me niet meer inlaten met partijpolitiek. Die instelling heb ik als president van Portugal altijd gehad. Op zeker moment, toen ik geen president meer was, nodigde premier António Guterres me uit om lijsttrekker te worden bij de Europese verkiezingen. Hij zei daarbij dat het een goede zaak zou zijn als ik me ook kandidaat stelde voor het voorzitterschap van het Europees Parlement. Ik zei dat ik dat best vond, maar dat ik me niet zou bezighouden met partijpolitiek. Tijdens die verkiezingscampagne heb ik me sterk gemaakt voor Europa als een politieke unie met een eigen buitenlands beleid, omdat we behoefte hebben aan een alternatieve en zelfstandige strategie ten opzichte van de vs. Ik zeg niet tegen de Verenigde Staten, maar wel onafhankelijk van Amerika. Een dergelijke positie in de wereld veronderstelt twee dingen: een Europees leger en Europese belastingen. Volgens mij moeten we hard aan de slag met de ‘Europese burgerzin’. Daarom ben ik voor een Europese belastingheffing en tegen het huidige systeem voor de financiering van de eu.
| |
| |
Een Europese belasting? Denkt u dat zo'n maatregel goed zal vallen bij de burger?
Of we er de populariteitsprijs mee winnen, weet ik niet. Maar het moet gewoon. De Europese burgers zullen inzien dat het nodig is om een Europees leger te kunnen bekostigen. Maar politici durven dat niet tegen hun kiezers te zeggen; ze beginnen allemaal te bibberen bij de gedachte alleen al. Als er dingen gezegd moeten worden, moet je ook de moed hebben ze te zeggen. Anders zullen de burgers het nooit begrijpen.
Tot op heden profiteren Spanje en Portugal volop van de structuurfondsen. In 2004 begint de Unie met de integratie van tien landen met een economische achterstand. Hoe ziet u de aanstaande uitbreiding van de eu in het licht van de structuurfondsen?
Ik ben natuurlijk voor uitbreiding. We moeten bij de nieuwkomers blijk geven van dezelfde solidariteit die Portugal vroeger zelf heeft ondervonden.
Bent u voor toetreding van Turkije tot de Europese Unie? Waar liggen volgens u de grenzen van Europa?
Europa is dat deel van de wereld waar men Europese waarden oprecht naleeft en voorstaat. Als Turkije die weg bewandelt en beantwoordt aan dat criterium, zie ik niet in waarom het niet zou kunnen toetreden.
In 2000 is de Unie van start gegaan met het proces van Lissabon om de concurrentiekracht van Europa te vergroten. Europa heeft zich ten doel gesteld de meest dynamische economische zone ter wereld te worden. Dynamischer dus dan de vs. Ziet u ‘Lissabon’ nog altijd als een reëel streven of eerder als een utopie?
Het streven lijkt me reëel. Maar het ging bij de strategie van Lissabon niet alleen om meer concurrentievermogen; die kracht moeten we ook koppelen aan sociale vooruitgang en
| |
| |
zorg voor het milieu. Lissabon draait evenzeer om het verdedigen van het Europees sociaal model.
|
|