CXL.
Henrikus de VI.
Henrik de VI, bygenoemt de Gestrenge, die zijn Vader Friderik in de regeering volgde, is in 't jaar 1165 gebooren. Onder zijn regeering wierd den troon van 't Oosten door Alexius, die zijn broeder Isacius van den troon stiet, betreeden.
Zijn Vader was Keizer Friderik, hier voor beschreven. Zijn Moeder, Beatrix, de dochter van Riginaldus, Graaf van Bourgondien. Zijn Broeders en Zusters zijn op het voorgaande blad genoemt. Zijn Vrouw, Konstantia, de dochter van Rogerius, Koning van Sicilien. Deze vrou, schoon 50 jaren oud, wierd van hem ten echt genoomen, om dat zy tot een huwlijksgaaf hem het Koningrijk van Sicilien toebracht, alhoewel hy maar 21 jaren oud was. Zwanger zijnde, wilde hy dat zy in het vlakke veld, onder een tent, by Palermo, zou baren, op dat niemand zou denken dat deze zwangerheid, en de baaring, die daar op volgen moest, valsch waren. Zy deed dit, en verloste op den 26 December des jaars 1193 van een Zoon, die Friderik genoemt, en na Otho de IV Keizer wierd.
Henrik, die reeds van zijn Vader voor zijn navolger verklaard was, hoorde zo dra de dood zijns Vaders niet, of hy vergaderde zo veel macht by een als hem mogelijk was, en trok met zijn Vrouw naer Rome, om zich van Klemens den III te doen kroonen. Hy kwam 'er nau of Klemens overleed, in wiens plaats Celestinus verkooren wierd. Deze kroonde hem op Paaschmaandag met zijn Gemalinne. In deze plechtigheid gebeurde een zaak die merkwaardig is, en met eene de hoogmoed der Pauzen vertoonde: want toen de Keizer met een diepe eerbiedigheid voor den stoel knielde, waar op de Paus zat, zette hy hem de kroon, die voor zijn voeten stond, op het hooft, en stiet z'er, na dat zy daar een weinig op gestaan had, met den voet weder af, waar na ze van de Kardinalen opgenomen, en den Keizer weder op 't hooft gezet wierd. O hoogmoed! zo onverdraagelijk als godloos. Echter word deze daad van Baronius geprezen, als een zaak daar de Paus toe verlicht was, om te toonen dat zy de macht hadden van de Keizerlijke waardigheid te geven en te nemen. Dat hier zelfs de naturelijke reden tegen strijd, is in het verhaal der voorgaande Keizers te zien, ook belet my deze bepaalde plaats om my verder over deze zaaak te verklaaren. Dat de Keizer zijn vrou mee nam, geschiedde om dat Willem, Koning van Napels en Sicilien, zijn schoonbroeder, overleden was, dewijl zy daar de eenigste erfgenaam van was. Om zich dan in dat gebied te stellen, trok hy na zijn krooning naer Italien. Eer hy daar aankwam, had Tankredus, de bastertzoon van Willem, zich in het gebied dier rijken gestelt, dewijl hy zich inbeelde daar toe een wettig recht te hebben. Henrik trok echter naer Napels, belegerde die stad, en deed haar hevig bestormen. Hier in verloor hy veel volk; derhalven
besloot hy, om zijn achtbaarheid niet in gevaar te stellen, het beleg te staaken, naer Duitschland te keeren, en daar na met een veel grooter macht tegen haar op te komen. Hy deed dit met een onbeschrijvelijken iever, en verzuimde ondertusschen niet de zaken des rijks te behartigen. Zo zeer liet hy zich aan het recht zijner onderdanen gelegen leggen, dat hy geheele dagen besteede in 't aanhooren hunner klachten. Hy zette hier in ook zijn gedult op de proef, en men zag dat het gedult de minlijkheid, en de minlijkheid het gedult niet kon overhalen, maar malkanderen opwoegen, 't geen een ongemeene verwondering in ieder verwekte. Na dat hy macht genoeg by een vergadert had, rukte hy weder naer Italien. Om zekerder te gaan, verdeelde hy zijn oorlogsmacht in drie legers, en zond het eene met een ervare Veldoverste vooruit, om eens een proef van het fortuin te nemen. Terwijl deze een gelukkige voortgang had, kreeg hy tijding dat Tankredus, en zijn zoon Robbert, overleden waren. Hier op rukte hy met zijn overige macht derwaarts, nam de stad Salerno stormenderhand in, en maakte zich in weinig dagen meester van de Poelje en Kalabrien. Hy rechte in de genoemde stad een deerlijk bloedbad aan, en strafte op een harde wijze het gevangen houden der Keizerinne, 't geen in de andere steeden zulk een schrik verwekte, dat zy haar gewillig overgaven, waar door hy zich in 't kort meester van geheel Sicilien zag. Indien deze Keizer niet trouweloos en wreed geweest had, hy had warelijk al zijn voorgangers voorby gevloogen, dewijl hy dapper, vernuftig, voorzichtig, welspreekend en zeer werkzaam was. Niet alleen wierd hy van zijn vyanden, maar van den hovaardigen Paus Celestinus gevreest, die, om zich van zulk een hatelijk denkbeeld te ontslaan, hem onophoudelijk perste om naer het Heilige Land te gaan; doch de
Keizer, die zijn lagen merkte, zond alleen een leger derwaarts, waar van hy de zorg aan de Vorsten van Oostenrijk beval. Op dat ik zijn trouwloosheid toone, zo weet, dat van Tankredus noch een klein kind overgebleven was, Willem geheeten. Dit kind verwekte zulk een strijd in 't gemoed van Henrik, dat hy niet rusten kon voor dat hy het met zijn Moeder in zijn macht had, die met dit kind en twee dochters naer Sicilien was gevlooden. Hy volgde haar zo schielijk met zijn macht, dat zy gedwongen was zich aan hem met verdrag over te geven. Nauwelijks was hy meester van het onnozele schaap, of hy brak zijn eeden, deed het lubben en de oogen uitsteken, en verbande de moeder met haar twee dochters in een klooster Deze wreedheid bewoog het hart van zijn vrouw, die, om daar wraak over te nemen, hem vergaf, waar aan hy op den 29 September des jaars 1198 stierf, na dat hy 8 jaren, 3 maanden en 19 dagen geregeerd had. Zie Sig. Nauk. Usp. Avent.