Kortbondige spreuken wegens de ziektens
(1979)–Herman Boerhaave– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 176]
| |
dat deel van 't borstvlies, welke 't middelrift omringd, of ook zelfsGa naar voetnoot(a) 't middelschot zo veroorzaakt 't een afgryselyke ziekte, welke zy noemen een bastaard- razende koorts. 908. Welk lang gemeender, als wel gemeenlyk gemeend werd, hoewel tegenwoordig dikmaals niet gekend, verzuimt, of onder de naam van een andere ziekte behandeld word. 909. Men kend die uit een zeer scherpe koorts, die geduurig is; een overdragelyke ontsteekende pyn van plaats om de zenuwachtige vliesen; welke pyn verwoed werd vermeerdert in de inaasseming, met hoest, niesing, vervulling van maag, walging, braking, t'zamendrukking van de onderbuik in de afgang, of 't water maken; hier uit met een verhevene wederademing, die weinig, snel, verstikkend is, de onderbuik rustende, door de borst alleen gedreven; met een geduurige raaskallingh; wederomtrekking van de onderlyfs ingewanden van binnen na boven; Sardonische lach; stuiptrekking; dolligheid; heetvuur. 910. De zelve uitgang, als in de pleuris (884. 892. 896. 897. 899.) maar om de groote en geduurige beweging des deels, om de noodzaakelykheid tot 't leven, om de gespannen zenuwagtige vliezen, alle snelder, doodelyker, en hier uit de etterige buykwaterzugt.Ga naar voetnoot(b) 911. Hier door de genezing vereischt de zelve onderscheidingen en verhoedingen, dan byna dezelve geneesmiddelen, uitgezondert die, welk des plaats gelegentheid weigert, zagte klysteren om de naastgelegentheid van die plaats helpen dikmaals. 912. Dog alwaar 't middelrift verettert, eerst ontstooken, de verswering, in de holligheid des onderbuiks gebrooken, braakt zyn etter uit, des zelfs in de onderbuik by een vergadering, verrotting; gezwel, uiteeting der ingewanden, een ellendige teering, de dood. 913. En dit geheele kwaad is onverwinnelyk hoewel bekend. |
|