Kortbondige spreuken wegens de ziektens

Koortzige loop.

719. De loop heeft voor stof snot, water, slym, etter, bloedige etter; bloed van neus, mond, maagpyp, maag, lever, blaas, Klier-bed, darmen, 't darmscheil; voor oorzaak, de sterke krachten in de darmen uitdryvende, terwyl in de darmen zelfs t'zamentrekkende de zwakke krachten; of beletzels maken in de opslorpende vaten der darmen, dat ze niet toelaten.

720. Waarom blykt, de buikvloed in de koortzen veel te zyn ten aanzien van de stof, oorzaak; uitwerking; uitkomst; en dieshalven dikmaals geheel ongeneeslyk te zyn; en zelden t'zamensmeltelyk, en die nauwlyks ooit geneesslyk.

[p. 125]

721. Indien die lang volherd, de onderbuiks ingewanden richt hy meer en meer tot dezelve ziekte; de zelve verzwakt; onthuid; ontsteekt; maar de overige vaten, en ingewanden afneemt, uitput; hier door voedens gebrek, en magerheid, zwakheid, roode loopen, verdikking van vloeibaaren door de geheele staat des Lichaams; slappigheid van vaste; verlies van vloeibaare; ^(a)witte slymzucht; ^(b)waterzucht, teering.

722. De geneezing werd voltrokken door een verzachting van 't scherptergende; uitdryving door braakmiddelen, purgatien, klisteren, versterking van 't verslapte, bevrediging van de perssing door verdoovende middelen; bepalinge elders door zwetingen, en pissingen, met wegneming van de zieke stof, verbeterd eerst deszelfs fontein.

(a) Leucophlegmatia.

(b) Hydrops.