De verrijzenis(1920)–Daan Boens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 67] [p. 67] Het Begijnhof Stil en onaangeroerd staan huisjes in een ronde, zij spreken niet, zij denken slechts aan 't kalm gedoe van elken dag - en blozen lichtjes, als gezonde boerinnen, wachtend tot de wijde dag gaat toe. Zij leven rustig, en zij schijnen zelfs niet moe van 't lange eentonig leven dat ze op aarde vonden, gereed voor hen; zij volgen het, zooals een koe den boever volgt, gelukkig in der dagen-stonden. De strijd ging hier voorbij met al zijn woede en dood. Geen huisje, dat zijn doeningskens veranderen wilde, noch dat, voorzichtig, zijne groene luiken sloot. De dagen gingen vreedzaam tot de nacht verkilde de lucht - en wijl 't kanon zijn kervend ijzer goot, was 't hier of nog de diepe levens-rust verstilde. Vorige Volgende