Van glorie en lijden(1917)–Daan Boens– Auteursrecht onbekendSonnetten uit de loopgraven aan den Yser Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Leuven Soms ging mijn ziel wat teer-gevoede vrede vragen in uwe stille muren, waar de dag door vloodt, - als vliedt een zang, die wordt door engelen gedragen - en de avond al zijn goedheid met zijn schemer bood. En 'k zag uw stadhuis, met zijn rijk-gekante kragen, waar 't roze stralen nog een ouden glans om goot, en in uw kerken, waar het gerucht der vreemde dagen verstierf, vond ik de vrede, die mijn ziel omsloot. o Leuven, gij die de oude stad der wijsheid heette, die aan de wereld Lipse en Bouts, den schilder, gaaft, en door deze eeuwen, nooit uw grootheid zijt vergeten, Gij die het raadsel wist, om u te doen benijden, en die de schoonste waart, en verre 't meest begaafd, gij moest ook van deze eeuw, den daad van schande lijden. Vorige Volgende