om de kragten te verminderen, maar om den omloop des bloets een scheut te doen nemen, want als een ader geopend werd, loopt daar terstond bloed uit, en dewyl door een circulare beweginge het een bloed het andere moet volgen, zoo gebeurt het, dat het gansche bloed scheut neemt, en alsoo de lyder bekoomt.
De Chinesen hebben nooit de gewoonte een Ader te laten, want se hebben een schrik van dood-slag, en van alle geweldige bloedstortingen, want, seggense de al te groote warmte oft kragt en werd niet meer getempert door d' ontrekkinge des bloeds als siedend heet water getempert werd, met een gedeelte daar af te nemen, en men daar geen koud oft lauw water by goot; ten anderen, seggen se ook, dat het Ader-laten eer de siekte mindert, als geneest, dat is, dat de kragt van de quaal verswakt werd.
En zeker se hebben geen ongelijk, want alle siekten konnen sonder Ader-laten genesen werden, want als we gesegt hebben, dat indien alle de siekten uit verdikte vogten ontstaan, zoo sullen die, seg ik noeit door een Ader-steek genesen werden: want indien ik een gedeelte van het dikke bloed hebbe afgetapt, zoo zal het overige nog dikker werden, en eer een gedeelte van de siekte benemen als genesen, en daarom zijnder zoo veele, die wel eerst ligting by het Ader-laten vinden, maar dat gebeurt maar soo lange, totse daar na of in de zelfde of in een erger quaal vervallen.
De geheele genesinge van alle siekten bestaat meest om het suur, of te temperen, of buiten het lighaam te brengen, en alle slym en dikke vogten vloeybaar te maken, het welk dan niet konnende geschieden door het aderlaten, soo is de selve onnut en verwerpelijk. Want dat ik de selve in een Mania ofte dolligheid en in een byna stilstaande bloed-loop nog toelaat, is niet om de siekte te genesen, als om dat men terstond geen betere middelen by de hand neemt: