Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen(1968)–Anna Blaman– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 32] [p. 32] De baar voor mevr. G.E. De tuin des doods, half geplaveid met stenen, waarin het zelfde leed gebeiteld staat dat in de kale bomen is gaan wenen en zich in marm'ren engelen verraadt, zag deze regendag de baar aandragen langs het naar herfst en tranen geurend pad van één die alle leed scheen uit te dagen dat hier illusieloos had postgevat. Het was een mens die al in 't barre leven tussen illusie en ontgoocheling de warmte van zijn hart vergeefs gegeven had en doodskil te terug ontving... Wie legde op zijn baar die bos chrysanten, die witte, en één enkele bloedrood? Wie zegt dat koel adieu met die navrante zinspeling op passie in de dood? Vorige Volgende