Liefde en ballingschap. Brieven 1795-1797
(1997)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtelijk beschermdBrieven 1795-1797
Bilderdijk aan zijn geliefde. Londen, 23 november 1796Ga naar voetnoot* uiteindelijk besluit, dat we elkaar moeten (en ach! kon ik dat maar) vergeten. - Vergeten! o mijn God! Kun jij het? - Lieve, lieve schat! aanbeden voorwerp! Ach! heb medelijden met mij. Ik ben mijn verstand kwijt; ik ben gek, woedend: ik veracht mezelf, de hele mensheid, iedereen, behalve dat lieve beeld. Dat mijn hart voor eeuwig in bezit genomen heeft. Geen dood zal het eruit rukken: ik zal sterven, maar de eeuwigheid zal zien hoe ik lijd door jouw liefde, door jouw wrede, jouw onmenselijke besluiteloosheid. Ik verwijt je niets, ik verlang alleen je vergiffenis. Want ik ben degene die schuldig is, ik alleen, ik weet het, zo wil ik het. - Vergeef me dus, lieve engel, en ontvang de laatste herinnering aan mijn trouwe en tedere liefde. Laat je aanbeden hand me enige troost geven in een paar regels, zodat ik niet ongetroost dood zal gaan! Ik vertrouw op je zachtaardigheid, jij zult en ik zal gerust zijn in mijn sterven. Adieu, liefste, meest beminde! Vaarwel!
Woensdag. avond. |
|