Liefde en ballingschap. Brieven 1795-1797
(1997)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtelijk beschermdBrieven 1795-1797
Bilderdijk aan zijn geliefde. Londen, tussen 13 en 16 oktober 1796Er komen nieuwe verwikkelingen in de verhouding doordat een achterneef van Bilderdijk bij hem is komen wonen. De 24-jarige Jacques Rietveld Texier had in Leiden rechten gestudeerd maar de studie niet afgemaakt. Bilderdijk gaat hem gebruiken als postillon d'amour, omdat hij wel bij de Schweickhardts in huis komt. Hij kan Wilhelmina alleen nog in het park en in de kerk ontmoeten.
Ja, mijn geliefde, hoe absurd het ook mag lijken, ik heb je de ware oorzaak aangewezen van het verraderlijk gedrag van je kleine zusje waaronder je zo geleden hebt.Ga naar eind157 Het is geen zwakheid, maar pure kwaadwilligheid; evenmin is het valsheid van karakter, maar | |
[pagina 133]
| |
het is wrok, vermengd met een kwaadwillige afgunst die zij niet bedwingen kon. Zij is niet zo zwak, niet zo jong als je denkt; ik heb haar doorzien en kan je (als je dat wilt) alles verklaren. Zij had in het park een rendez-vous dat zij diezelfde ochtend afgesproken had met Van Schaik, die met haar door het raam overlegd had. Dit is niet ontgaan aan mijn spionnen die haar in de gaten hielden, maar ongelukkigerwijs kreeg ik dit niet vóór de ontmoeting te horen. En omdat Van Schaik mij bij de ingang van het park gezien en gesproken had, durfde hij zich niet bij jullie te voegen, maar veinsde hij jullie niet te zien. Als ik daar enig idee van had gehad, zou ik hem tegengehouden hebben en naar jullie toe geleid, en alles zou goed gekomen zijn. Maar zeg dit aan niemand, ook niet aan mijn neef; want daardoor zouden mijn spionnen bekend worden: en zij moeten ook voor hem een geheim blijven. Ziehier de woede van een minnaar! dat blijft voor mij niet verborgen. - Jij, mijn aanbedene, denkt veel te goed over de mensen. Jezelf bent het voorwerp van afgunst en algemene afkeer. Je jongere zus heeft geen slecht karakter, maar zij is wispelturig en onnadenkend en zwicht voor iedere aandrang om jou te benadelen. De andere is je vijandin door karakter en temperament en ze doet je oneindig veel nadeel omdat je van haar houdt met een ongewone affectie en zonder haar te wantrouwen.Ga naar eind158 Zij wordt beheerst door een zinnelijk temperament en daarom is ze zo jaloers, zo afgunstig op jou en op iedere vrouw. Maar bovendien is ze je tegenstandster door haar hoogmoed, want je stelt haar in de schaduw en zij kan haar minderwaardigheid niet verdragen. - O mijn leven! je wordt elk moment verraden en je bemerkt merkt het niet! Geloof dan tenminste hem, die door de sluiers heen kan dringen en die niet misleid wordt door de uiterlijke schijn van een geveinsd medelijden, waarmee men je onschuldige hart wil winnen. Geef aan niemand je vertrouwen. De ring is gemaakt om aan de wijsvinger gedragen te worden, maar ik geloof dat hij voor die vinger te smal is, ik had er de maat niet van maar ik denk niet dat het verschil groot zal zijn. In twee uren kan hij vermaakt worden. Draag hem uit liefde voor mij en denk waar en wanneer ook aan hem die je altijd zal beminnen met dezelfde hartstocht en wiens enige geluk bestaat in het gelukkig maken van jou, wanneer dan ook. - O mijn hart! vergeet | |
[pagina 134]
| |
mij niet. Je kent dit hart: troost mij tijdens je afwezigheid met je zeer lieve brieven. Adieu! |
|