Vijfde onder
zich alle de gewesten der Nederlanden vereenigen, gelukkig maken en tot den
hoogsten bloei opvoeren waarin men tot nog een volk gekend had. Wij hebben dezen
voortreflijken Vorst, een geboren Nederlander, en volmaakt Nederlander van
inborst en aart, ten grave geleid, na alle zijne erflanden aan zijn eenigen
zoon, Filip den tweede afgestaan te hebben met eene allerhartelijkste en
vaderlijke aanbeveling van dezen Landaart, waaraan hij met geheel zijne ziel
verknocht was.
Thans moeten wij de geschiedenis der gezamendlijke Nederlanden (door Filip den
Goeden alreeds, zoo verre hij die bezat, onder ééne Regering vereenigd, en door
Karel den Vijfden tot één lichaam, systema, of ζυνϑεσις van staten verbonden), van de dood van dezen grooten Vorst
af, vervolgen en voortzetten; en dus, om het zoo uit te drukken, een geheel
nieuw tooneel van geschiedenissen openen, niet alleen voor ons Land, maar geheel
Europa, in hare toedracht-zelve, even zoo zeer als in hare gevolgen
allergewichtigst.