De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
(1859)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijTijdverveling.
| |
[pagina 11]
| |
Vrucht van leêge bekkeneelen
Nooit van 't spinrach uitgeraagd,
Als, voor 't zelfgevoel vertsaagd,
't Hart aan bloote schimtafreelen
Welzijn en vertrouwen waagt: -
Onbestemd verlangen-telen
Als de ziel zich-zelv mishaagt,
Van verholen lust belaagd,
Wreevlig om zijn lotbedeelen;
Nevel, waar geen licht by daagt.
't Is Verbeeldings woelig spelen,
(Maar, door werkloosheid vertraagd,)
Zonder dat haar poging slaagt,
Als zy 't leed wel zoekt te streelen,
Maar geen kwelling van ons vaagt.
Zalig, God, in Uw gareelen,
(Gy, die in ons lot voorzaagt!)
Als Gy onze zwakheid schraagt,
En naar 't Edelst der JuweelenGa naar eind1
't Zich mistroostend hart vergraagt!
1824.
|