De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 13
(1859)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijEens vaders les.Ga naar voetnoot*Ja, krachtig is de les eens Vaders,
Beeft, Oudren! Wat ge uw kind in 't weeke harte stort,
Zweeft met het erfbloed door hunne aders,
En wee u, zoo ze in 't eind tot hun verderving wordt!
Gedenkt, dit klonk (voor avondzegen
Eens vaders aan zijn kroost, nog argloos, zacht, en klein.)
Zijn' zonen elke nacht by hun ter rust gaan, tegen:
Gedenkt, mijn zoons, aan Loevestein!
| |
[pagina 377]
| |
Dit wortelt in de borst dier zonen;
Die zwelt van wraakzucht, spijt, en dollen Vorstenhaat,
En zich huns vaders kroost te toonen,
En 't leed van hun geslacht aan Nassaus huis te lonen,
Kost alles aan d' ontvoogden Staat.
Doch, 't Volk ontwaakt en slaat aan 't woelen,
En 't bloed der broedren moet de dolle weêrwraak koelen
Voor twintig jaren dwangs, met wrevel doorgestaan.
ô Zonen, zulk een Vader waardig,
Hoe duur betaaldet gy dat vaderlijk vermaan!
Doch weinig leedt gy nog; maar de Almacht was rechtvaardig;
De Vader... zag het aan.
1822.
|
|