De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 8
(1858)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijAan een' Hollandschen uitgewekene, in Engeland.Ga naar voetnoot*Wat zoekt ge in 't Britsch gebied? geschenken, of beloning?
Beloning? Hieldt ge uw' eed om England dienst te doen?
Zoo was uw Trouw Verraad; uw Godvrucht, schijnvertooning;
En 't billijk Albion zal geen' Verrader voên.
Geschenken? Op wat grond? Uit plichtlijk mededogen?
Uit edelmoed? Uit zucht voor 't onderdrukte recht?
Voor Bondgenoot en Vriend, door Vriend en Maag bedrogen?
Voor 't welzijn van Gods Kerk, aan Neêrlands Staat gehecht?
| |
[pagina 451]
| |
Ach! deugden by den Brit! rechtschapenheid! Geweten!
Onnoozle! kunnen die op Englands grond bestaan?
De Hoogmoed en 't Belang zijn daar ten throon gezeten,
Wier giften giftig zijn; wier weldaân, euveldaân.
Neen, voeltge 't Hollandsch bloed door hart en aadren vloeien,
Veracht, wat schaamte of trots uit valsche vriendschap biedt:
Die Neêrland uit belang ten prooi laat aan zijn boeien,
Verdient van 't Neêrlandsch hart de minste erkentnis niet.
1797.
|
|