Floris de Vijfde
(1912)–Willem Bilderdijk– Auteursrecht onbekend
[pagina 88]
| |
Derde bedrijf.Eerste tooneel.
floris, herman van woerden. Gevolg Van Hofbedienden achter op 't Tooneel.
floris.
Hoe! Kuik ontzegt my 't Leen?Ga naar eindnoot+
woerden.
Gy zult zijn' Schildknaap hooren.
floris.
'k Beken het, deze maar klinkt me onverwacht in de ooren.
Hy kondigt me Oorlog aan door Krijgsbode en Heraut!
650[regelnummer]
De veldmuis wil den Leeuw bespringen in zijn woud.Ga naar eindnoot+
Het zij zoo! 's Mans onthaal bevele ik aan uw zorgen.
Ik zie hem na den disch; of mooglijk wel, op morgen.
woerden.
Hy vordert heden nog zijn afscheid na 't gehoor.
floris.
'k Vergun het hem. Men steil' zijn' meester niet te loor!Ga naar eindnoot+
655[regelnummer]
Licht wenscht hy morgen vroeg mijn landen te overvallen,
En voert me, eer 't zonlicht daalt, gebonden uit dees wallen.
Wat weet men 't! - Ja, mijn vriend, te reeknen naar den schijn,Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 89]
| |
Die Heer van 't Land van Knik moet zeer ontzachlijk zijn!Ga naar eindnoot+
En daarom! dat we ons thands de vreugde niet verderven.Ga naar eindnoot+
660[regelnummer]
Dees middag houde ik Feest, ik mocht dees avond sterven!Ga naar eindnoot+
woerden.
‘Die boert mocht eer hy 't weet in bittere ernst vergaan.’Ga naar eindnoot+
floris.
Maar gy, gy dient my niets dan krijg en wapens aan?
woerden.
Niets anders heb ik thands uw Hoogheid aan te bieden.
floris.
(*Aan een van U gevolg.)
Onzalige Oorlogsbô! Niets anders? - *Edellieden!
665[regelnummer]
Wie wacht in 't voorvertrek?
de edelman.
Vorst! Velzens gemalin.
floris.
Zie daar een' andren bô! - Men lei haar ijlings in! -Ga naar eindnoot+
Dit hadt ge my verheeld. Uw dochter hier te aanschouwen,Ga naar eindnoot+
Vereischte een Feest van my, en dacht gy 't haar te onthouen?Ga naar eindnoot+
Neen! zij ter harer eer' een Jachtspel aangericht!Ga naar eindnoot+
670[regelnummer]
Dees middag heilig ik aan mijne aanbidbre Nicht.Ga naar eindnoot+
woerden.
Geloof my, Graaf, ik wist....
| |
[pagina 90]
| |
floris.
Nog niets van deze ontmoeting!
Te meer nog streelt mijn hart de gunst van haar begroeting.Ga naar eindnoot+
't Verrassend heeft een zoet, dat alle zoet verdooft.Ga naar eindnoot+
woerden.
‘Die zoetheid hangt u licht nog rijklijk over 't hoofd.’Ga naar eindnoot+
675[regelnummer]
Ik zie, zy nadert. Graaf, 't is voeglijkst, haar te ontwijken.Ga naar eindnoot+
floris.
Waarom?
woerden.
De teedre Vrouw mocht van den schrik bezwijken,Ga naar eindnoot+
Indien ze een' Vader of een' Ega vinden mocht,
Waar ze u, en u-alleen, en niemand anders zocht.Ga naar eindnoot+
floris.
Neen, Woerden, blijf veeleer.
| |
Tweede tooneel.
floris, herman van woerden, machteld van velzen.
floris.
Treed onverschrokken nader,
680[regelnummer]
Mijn Nicht! Gy vindt my hier verzelschapt van uw' Vader.Ga naar eindnoot+
Is de eer van uw bezoek hem mooglijk toegedacht;Ga naar eindnoot+
Duld echter, dat ik hier de Gastrechtplicht betracht!Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 91]
| |
machteld.
Neen Vorst: ik dacht niet, hem, maar mijn’ Gemaal te vinden.Ga naar eindnoot+
Dien zocht ik - Minst, u-zelv’. - Verschoon mijn onderwinden!Ga naar eindnoot+
685[regelnummer]
Iets dringends....Ga naar eindnoot+
woerden.
‘Wel bedacht!’
floris.
Zit neder, hoe 't ook zij!
Wie kan my welkom zijn, wie zoo gewenscht als gy!
Uw Echtgenoot verschijnt. - Vergun my middlerwijlenGa naar eindnoot+
Dat ik uw zij bekleed'; mijn Boden zullen ijlen.Ga naar eindnoot+
Gy, Woerden, weet veellicht...?Ga naar eindnoot+
woerden.
‘'k Begrijp den wenk alreê.’
690[regelnummer]
ô Ja, ik weet het, Graaf. -Ga naar eindnoot+
(Onder 't heen gaan.)
‘Dat ik uw zij bekleê.’
(Na Woerdens vertrek geeft de Graaf een' wenk aan 't Gevolg, dat zich daarop verwijdert.)
| |
Derde tooneel.
floris, machteld van velzen.
floris.
'k Verheug me, u eindlijk eens in mijn verblijf te aanschouwen,
| |
[pagina 92]
| |
Mevrouw! en 't is me een gunst. By Hollands Edelvrouwen
Uitstekende in geboorte als in bevalligheên,Ga naar eindnoot+
Vergeeft m' uw fierheid licht wat elders trotschheid scheen.Ga naar eindnoot+
695[regelnummer]
'k Mocht mooglijk van uw' rang by de edelste Geslachten,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Van de eerplaats uws Gemaals in mijn Paleis, verwachten,Ga naar eindnoot+
(Ik rep van Maagschap noch betrekking van voorheen)Ga naar eindnoot+
Dat de omgang met mijn Hof niet gants wierde afgesneên,Ga naar eindnoot+
En kon me, als heel dat Hof, van de eenzaamheid beklagen,Ga naar eindnoot+
700[regelnummer]
Waarin ge uws levens bloem gedoemd schijnt af te knagen.Ga naar eindnoot+
Dan neen, Mevrouw, ik weet, sints eene onzalige Echt
Uw noodlot aan het lot van donkren Velzen hecht,Ga naar eindnoot+
Dat ge om de teedre plicht van Dochter en van Gade,Ga naar eindnoot+
Den luister van mijn hof met fieren moed versmaadde.Ga naar eindnoot+
705[regelnummer]
Ik eer, gelijk 't betaamt, die grootheid van gemoed.
Gy kent dit hart, Mevrouw; gy kent zijn' vroeger gloed;Ga naar eindnoot+
Die vlam, waarvan ik eens voor uw verdienste blaakte,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Bedwong ik toenze uw Echt misdadig, wraakbaar maakte;Ga naar eindnoot+
En 'k voere u hier geen taal, die ge uit den zelfden mond
710[regelnummer]
In heuchelijker tijd met wederzin verstond.Ga naar eindnoot+
Ik vleide my - Vergeefs! die droomen zijn vervlogen! -Ga naar eindnoot+
Uw boezem waar misschien tot Floris min bewogen;Ga naar eindnoot+
Maar 't Vaderlijk gezag gaf Velzens aanspraak klem.Ga naar eindnoot+
Gy huwde, en 'k heb uw trouw bekrachtigd door mijn stem.Ga naar eindnoot+
715[regelnummer]
Maar, kon ik zonder schrik, en zonder my te ontroeren,Ga naar eindnoot+
U Bruid van Velzen zien, en aan mijn' arm ontvoeren,Ga naar eindnoot+
Niet onverschillig wierd me, als Graaf, als Bloedverwant,Ga naar eindnoot+
Uw noodlot in den prang van dees uw' huwlijksband.Ga naar eindnoot+
Ik zie den Minnenijd, hoe zeer gy 't wilt verzaken,Ga naar eindnoot+
720[regelnummer]
Op 't noemen van uw' naam in Velzens oogen blaken;
Zijn kaak verbleeken op de melding van dien glans,Ga naar eindnoot+
Die u de parel maakte in Hollands MaagdenkransGa naar eindnoot+
En in de laagste hut een Rijkskroon blind zou schitteren.Ga naar eindnoot+
Wat zeg ik? 'k Zie zijn' geest zich immer meer verbitteren,
| |
[pagina 93]
| |
725[regelnummer]
Door sombre mijmering vermeesterd, en gedoofdGa naar eindnoot+
In zwarte dampen die hem dwarr'len door het hoofd. -Ga naar eindnoot+
'k Bemin hem; 'k heb, begaan met dit naargeestig zwoegen,
Hem opgehoopt met eer, met weldaan, met genoegen. -
Vergeefs! - Zijn kwaal neemt toe, de wonde zit in 't hart,Ga naar eindnoot+
730[regelnummer]
ô Geef me een middel in tot heeling van die smart. -Ga naar eindnoot+
machteld.
Mijn Heer, het waar te veel, indien ik een vermoeden
Het geen mijn' Egâ treft, door duistre taal kon voeden.Ga naar eindnoot+
Uw zorg voor zijn belang vereert en hem en my;Ga naar eindnoot+
Doch, waan niet dat mijn deugd verdacht aan Velzen zij!Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
735[regelnummer]
Of, dat een ijdle droom zijn ziel hebbe ingenomen,
En my van 't Hof vervreemde om argwaan voor te komen!Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
'k Beklaag my niet by u van 't hart van mijn' Gemaal.Ga naar eindnoot+
't Is edel; en (vergeef mijne al te vrije taal)
Zoo mooglijk Velzens ziel, eenstemmig met de mijne,
740[regelnummer]
By 't dartle Hofbanket te stroef en somber schijne,
Men schrijve een' Edelman geen zwakheên, hem onwaard,Ga naar eindnoot+
Of my geen neiging toe, die zulke zorgen baart!Ga naar eindnoot+
floris.
Hoe dus...!
machteld.
Ik smeek u, Vorst, doe Machteld recht weêrvaren.
Vergeet, dat ze ooit uw hart.... En laat haar de eer bewaren!Ga naar eindnoot+
745[regelnummer]
De Gade, dien haar 't Lot, dien haar een Vader schonk,Ga naar eindnoot+
Is edel, schoon zijn hoofd niet met uw' hairband pronk'.Ga naar eindnoot+
Zijn rechten, over my, zijn heiliger dan de uwen.
Ik nam zijn wetten aan als Egâ by het huwen,
Zy zijn my dierbaar, en (het belge u niet, mijn Heer!)Ga naar eindnoot+
750[regelnummer]
'k Verandwoord hem noch my, en vraag uw zorg niet meer.Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 94]
| |
floris.
Ik ben voldaan, Mevrouw; en, schoon ik nooit kon vreezen,
Mijn zorg op zulk een wijs hier af te zien gewezen,
'k Verban eene achterdocht die u en Velzen hoont,Ga naar eindnoot+
En die 't u licht zal zijn dat ge ongegrond betoont.Ga naar eindnoot+
755[regelnummer]
Vergun me, u dezen dag een vrolijk feest te geven.
Het geldt uws Egaas eer indien gy 't zoudt weêrstreven:Ga naar eindnoot+
't Waar minnenijd in hem, en vrees in u geacht,
Indien ge u-zelve onttrokt aan de eer u toegedacht.
machteld
(als met schrik oprijzende).
‘ô Hemel!’ - Feesten, Graaf! Geprest door andre zorgenGa naar eindnoot+
760[regelnummer]
Verschijn ik hier. - Gy-zelf - Ik houde u niets verborgen -Ga naar eindnoot+
Maar neen, mijn Egâ - Doch die Egâ mint zijn' Vorst.Ga naar eindnoot+
Hy toeft, en - echter, 't dringt, het woelt my in de borst: -Ga naar eindnoot+
Het offer viel misschien voor 't slachtmes eer men 't waande -Ga naar eindnoot+
De Hemel weet - het uur is mooglijk reeds aanstaande.
765[regelnummer]
Ik moet -
floris
(by 't opkomen van Velzen).
Uw' Echtgenoot!
| |
Vierde tooneel.
floris, machteld van velzen, gerard van velzen.
floris
(haar Velzen te gemoet leidende).
Zie hier uw Gemalin!
| |
[pagina 95]
| |
'k Gelei haar thands by u, gelijk uw Hofknaap, in,Ga naar eindnoot+
Mijn Velzen. - 'k Weet mijn' plicht, en zal geen Echtelingen
Belemm'ren door het oor in hun geheim te dringen.Ga naar eindnoot+
| |
Vijfde tooneel.
gerard van velzen, machteld van velzen.
velzen.
Gy hier! en met den Graaf in heimelijk gesprek?
machteld.
770[regelnummer]
Mijn Egâ, 'k zocht naar u....
velzen.
In 's Graven bedvertrek!
Gy naamt den rechten weg om een' Gemaal te vinden.
Ontrouwe!
machteld.
Laat de drift uw oordeel niet verblinden.
Een allerwreedste zorg dreef my naar herwaart aanGa naar eindnoot+
Om u....
velzen.
In 's Graven arm, dus blijkt het, wel te ontgaan!Ga naar eindnoot+
775[regelnummer]
Rampzaalge, of hoopt gy nog....?Ga naar eindnoot+
machteld.
Gy zult mijne onschuld weten,
Verneem slechts...!
| |
[pagina 96]
| |
velzen.
Onschuld? Beef! wie zal dan schuldig heeten!
machteld.
Gy waant dan -?Ga naar eindnoot+
velzen.
Wanen, hoe! - Verbonden door de Trouw,Ga naar eindnoot+
Den dartlen Minnaar die u aanzocht...!
machteld.
Ach, weêrhou
Die woorden. Spaar uw Gade, en ô! ontzie u-zelven!Ga naar eindnoot+
780[regelnummer]
Vrees de oor en van den wand, de tong der hofgewelven.Ga naar eindnoot+
Zy wedergalmen reeds van uwen minnenijd.Ga naar eindnoot+
velzen.
En van uw ontrouw niet, ondankbare?Ga naar eindnoot+
machteld.
Uw verwijt
Doorgrieft me - Ach, hoor voor 't minst. - Verdenk my, zoo 't uw harteGa naar eindnoot+
Vermag, maar hoor -!
velzen.
ô Hoon! ô Onverzwelgbre smarte!
785[regelnummer]
Waar meê kunt ge uw vergrijp bewimplen, snode Vrouw?
Is, aanzien van den Graaf, geen schennis van uw trouw?
Geen voeden van de vlam, die door zijn' boezem dartelt;Ga naar eindnoot+
Die uit zijn wulpsch gelaat in zichtbre vonken spartelt;Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 97]
| |
Die ge aanbliest eer my de Echt - den naam van uw' Gemaal,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
790[regelnummer]
Uw hand, maar 't hart niet, schonk, en de oneer?
machteld.
Bittre taal!
ô Velzen, heeft mijn ziel dan nooit genoeg geleden?
Welaan! doorstoot my 't hart, verbrijzeld, platgetreden!Ga naar eindnoot+
Maar gun me, ai gun het oor aan 't gene een dure plicht
My oplegt. - 'k Zeg hier niets van 't geen ik heb verricht:
795[regelnummer]
'k Kan dulden; 'k draag 't verwijt, hoe schuldloos. Slechts dit eene:Ga naar eindnoot+
't Geldt u, den Adel, 't Land -! Dan zwijge ik, en versteene.Ga naar eindnoot+
Wacht, wacht uw leven, en ....Ga naar eindnoot+
velzen.
Wat scheelt my slevens Hel!
machteld.
Sla de oogen op dit schrift; dit eische ik! - Dan, vaarwel.
velzen.
Zoo geef!
(Hy leest.)
Een zwart Verraad dreigt heden uit te breken. 't Geldt Floris. Red den Vorst, en wend het moordgeweer! Men waarschouw', maar in tijds. Op 't eerste wapenteeken Vliegt Kenmer en Westfries tot bystand van zyn' Heer.
Wie bracht dit heilloos blad?Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 98]
| |
machteld.
Een Haarlemsche onbekende.
velzen.
800[regelnummer]
Aan U! - Opdat Uw hand den slag van Floris wendde?
machteld.
Ik achtte 't U bestemd, wanneer ik d'inhoud zag,Ga naar eindnoot+
En vloog te viervoet heen, by 't krieken van den dag,Ga naar eindnoot+
Om u....
velzen.
Vermeetle, zwijg! my dacht gy niet te ontmoeten.
Gy vloogt uw' minnaar toe, om 't wulpsche vuur te boeten,Ga naar eindnoot+
805[regelnummer]
Dat in de onkuische borst... En, om hem 't licht te hoên,Ga naar eindnoot+
Die u zoo dierbaar is, was Velzen niet van doen. -Ga naar eindnoot+
(Na eenige tusschenpoozing en eenige stappen heen en weêr wandelens.)
Wel nu, gy bracht den Graaf die aangename tyding!Ga naar eindnoot+
Verraad! Men dreigt zijn hoofd! u dankt hy zijn bevrijding!Ga naar eindnoot+
ô Welgevonden list! Geen wonder, voert zijn handGa naar eindnoot+
810[regelnummer]
U morgen door mijn bloed naar 't Vorstlijk ledikant!
machteld.
ô Gruwel! een Gemaal -!
velzen.
Gemaal! - van hier die namen,Ga naar eindnoot+
Ontaarde, die een hart als 't mijne, slechts beschamen!Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 99]
| |
Trouwlooze, leg hier straks 't verradend masker af:Ga naar eindnoot+
Wie is hy, die dit schrift in uwe handen gaf?Ga naar eindnoot+
machteld.
815[regelnummer]
Ik sidder.
velzen.
Spreek!
machteld.
Mijn Maagd.
velzen.
Van wien had zy 't ontfangen?
Maar neen, ik vraag niet meer! Wat kan ik meer verlangen?Ga naar eindnoot+
Men kent uw neiging voor den Dwingland: 't geen hem raakt,Ga naar eindnoot+
Wordt u, zijn' Raden niet, maar u, bekend gemaakt!Ga naar eindnoot+
Het hoogst belang des Staats is veiligst in uw handen;Ga naar eindnoot+
820[regelnummer]
Wy zijn Verraders, wy, die van uw drift niet branden.Ga naar eindnoot+
Men lijfstaffier' den Vorst met vrouwen, als in 't Oost,Ga naar eindnoot+
En plaatse u aan het hoofd dier lijfwacht! 'k Ben 't getroost.Ga naar eindnoot+
machteld.
Verwachtte ik dit onthaal voor zuivre plichtbetooning!Ga naar eindnoot+
velzen.
Vraag uw' geliefden Graaf (hy wacht u) de beloning;
825[regelnummer]
My niet, die - of ik zelf te kort schoot in mijn plicht,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 100]
| |
Door deze uw roekloosheid bezwalkt worde en beticht! -Ga naar eindnoot+
Wat zeide ik? roekloosheid? Neen, vloekbre, 't is verraden!Ga naar eindnoot+
My dicht ge een schelmstuk op, om in mijn bloed te baden.Ga naar eindnoot+
Ja, de Echtbreuk paalt aan moord, de moord is haar verwant!Ga naar eindnoot+
830[regelnummer]
Maar beef, Ontrouwe, en wacht... den doodsteek van mijn hand.
machteld.
Stoot toe! zie hier mijn borst. Doorboor haar vrij, Verwoede!
Haar misdaad is de trouw, die ze onverbreekbaar voedde.Ga naar eindnoot+
De Hemel leest daar in, en kent haar zuiverheid.Ga naar eindnoot+
Ruk, ruk dien degen uit, en straf my. 'k Ben bereid.
(Zy valt op de knie, den boezem aanbiedende.)
velzen.
835[regelnummer]
Rijs op! Geen tranen meer, die slechts mijn wraak verhitten.Ga naar eindnoot+
Ik weet het, wie dat hart, en wie het niet bezitten.
Die ijdle mommery doorschouw ik tot den grond.Ga naar eindnoot+
Dit, dit vervloekt papier weêrspreekt uw' valschen mond,
En mooglijk - 't is me een straal, een lichtstraal uit den hoogen -Ga naar eindnoot+
840[regelnummer]
Licht hebt ge 't zelf verdicht. - Sla neêr die moordende oogen,Ga naar eindnoot+
En spreek!
machteld.
Wat wilt ge dan, dat u mijn mond verklaar?
velzen.
De waarheid!
| |
[pagina 101]
| |
machteld.
ô Mijn ziel, wat is op aarde waar!
velzen.
Verraad en ontrouw.Ga naar eindnoot+
machteld.
En... Maar neen, mijn ziel wil lijden.
Ik wil my tot aan 't eind, van zelfverwijt bevrijden.
845[regelnummer]
Wat eischt ge, mijn Gemaal? Doorzoek en ondervraag.
velzen.
Wat opzet... Welk een blijk dat ik den Vorst belaag?Ga naar eindnoot+
machteld.
(Met verbazing.)
Gy!
velzen.
Heeft uw helsche list niet zelv dien brief verzonnen?
Nog eens!
machteld. (Verontwaardigd.)
Gerechte God! - Zoudt gy 't verwachten konnen!Ga naar eindnoot+
Zoo laag! onedel! zoo....
velzen.
Genoeg, onnoozel Wicht! -Ga naar eindnoot+
850[regelnummer]
Wat was zijn andwoord op dit hoofdeloos bericht?Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 102]
| |
machteld.
Wiens andwoord?
velzen.
Van den Graaf aan wien gy 't mededeelde? -Ga naar eindnoot+
Den Graaf, wiens dartle hand u in mijn afzijn streelde, -Ga naar eindnoot+
Uw hand my aan dorst biên, wanneer ik binnen trad! -Ga naar eindnoot+
Van Floris - zoo gy slechts zijn' naam nog niet vergat.
machteld.
855[regelnummer]
Nog weet hy niets.
velzen.
Hoe! niets? - Door welk een' geest gedreven...?
machteld.
Ik wilde 't gantsch geheim in uwe handen geven.
Gy, die zijn Raadsman zijt, die zijn vertrouwen hebt,
Gy, oordeel, uit wat bron die aandracht zij geschept.Ga naar eindnoot+
Aan u is 't, in 't gevaar voor Vorst en Land te waken.
860[regelnummer]
Wat zoude ik me of verdacht of medeplichtig maken?Ga naar eindnoot+
Ik kende uw kieschheid, en die kieschheid is me een wet.Ga naar eindnoot+
velzen.
Niets weet hy?
| |
[pagina 103]
| |
velzen.
‘Ik adem weêr.’ - Geene eeden,
Maar waarheid!
machteld.
'k Heb geheel de waarheid u beleden.
velzen.
865[regelnummer]
De Graaf weet niets?
machteld.
Geen woord!
velzen.
Zoo blijv' dit valsch geschrift
Verborgen voor zijn oog! Ik vloog te zeer in drift.
Ik deel 't uw' Vader meê. Licht, dat wy saam ontdekkenGa naar eindnoot+
Wat de oorsprong zij. - Draag zorg, hier niemand in te trekken.Ga naar eindnoot+
Voor alles, schuw den Graaf. - En - wat gebeure of niet,Ga naar eindnoot+
870[regelnummer]
Wees doof, gevoelloos, blind, voor 't geen gy hoort of ziet!
| |
Zesde tooneel.
machteld van velzen, alleen.
Wat al of niet gebeur'? - Wat moet hier dan gebeuren? -
Wat donkre nevel, die op eenmaal schijnt te scheuren! -Ga naar eindnoot+
Kan 't zijn? Gewaarschouwd van een gruwlijk Landverraad,Ga naar eindnoot+
Verschijne ik, 't hart geprangd, onthul hem de euveldaad;Ga naar eindnoot+
875[regelnummer]
En mijn zoo teedre zorg, waarop ik roem mag dragen,
| |
[pagina 104]
| |
Misduidt men my op 't wreedst, wordt in den wind geslagen,Ga naar eindnoot+
Het feit aan hem verheeld wiens kostlijk bloed het geldt;Ga naar eindnoot+
Het spreken my verboôn; een zwart geheim voorspeld! -
Gy, Hemel, die my hoort, zou zich mijn hart bedriegen?
880[regelnummer]
Ik sidder op 't besef, maar kan dit voorspook liegen?Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Zou Velzens minnenijd tot zoo verr' overslaan,Ga naar eindnoot+
En 't voorwerp van die drift verwoed naar 't leven staan? -Ga naar eindnoot+
Hoe! Velzens aadlijk bloed met vuige VorstenbeulenGa naar eindnoot+
Tot muichelmoord, verraad, tot eedverbreking heulen!Ga naar eindnoot+
885[regelnummer]
Neen, Machteld, hoon hem niet, wiens naam gy eer bewijst!Ga naar eindnoot+
Aan hem behoort dat hart, waarin die argwaan rijst.
Het Stamhuis dat u teelde, aan 't zijne steeds verbonden,Ga naar eindnoot+
Heeft nooit zijn Riddertrouw, zijn plichten nooit geschonden;
En Velzen, 't pad der eer door Woerden opgeleid,Ga naar eindnoot+
890[regelnummer]
Heeft Woerden-zelv' ten borg van zijn rechtschapenheid.
Verongelijk' hy my, hoon Echtverbond en liefde!Ga naar eindnoot+
De hartstocht foltert dus, waar van hem de angel griefde.Ga naar eindnoot+
Verschoonbaar is een drift, die de eer ten grondslag heeft:Ga naar eindnoot+
Maar deelen in verraad -? Verdwaasde hersens, beeft!Ga naar eindnoot+
895[regelnummer]
Doch scheen hem op 't gezicht dier onbekende letteren
Geen bliksem van omhoog, als ware 't, te verpletteren?
Ontstak zijn woede niet tot loutre razerny -
Niet tegen 't moordontwerp dier beulen - tegen my?
Zag, zag ik de aakligste angst niet uit zijne oogen staren?Ga naar eindnoot+
900[regelnummer]
Zijn tandgeknars? zijn spijt? - Zijn woede op eens bedaren,Ga naar eindnoot+
En d'ijsselijksten storm in kalmte als omgewend,Ga naar eindnoot+
Op 't hooren dat de Graaf zijn lijfsgevaar niet kent? -Ga naar eindnoot+
Ook Amstel gaf my rede om hem verdacht te houen. -Ga naar eindnoot+
Rampzaalge! is dan mijn ziel gevormd voor 't mis vertrouwen!Ga naar eindnoot+
905[regelnummer]
Ik, zoo onnoozel steeds, van allen argwaan vrij,Ga naar eindnoot+
Hou alles dan verdacht van moord en huichlary!Ga naar eindnoot+
Ach, weinig faalt er aan, of zelfs mijn' grijzen Vader,
| |
[pagina 105]
| |
Bezwalk ik in 't gemoed als eerloos Staatsverrader!
Van waar die omkeer toch? Nooit immers heeft my 't bedGa naar eindnoot+
910[regelnummer]
Van Velzen met zijn' geest van achterdocht besmet. -
ô Hemel, klaar dit op, geef my mijn zielsrust weder!
Ik buig my voor mijn lot, voor heel uw schikking neder,Ga naar eindnoot+
Maar hoed den braven Vorst en 't hart van mijn' Gemaal!
Men opent - Redde ik my uit dees onvrije zaal.Ga naar eindnoot+
| |
Zevende tooneel.
machteld van velzen, gijsbrecht van amstel.
amstel.
915[regelnummer]
Mevrouw! de Graaf verlangt....Ga naar eindnoot+
machteld.
Reeds weet ik zijn verlangen;
Maar 't is me ontzegd, mijn Heer, die gunst van hem te ontfangen.Ga naar eindnoot+
Het heiligste belang roept me in der ijl van hier.
Ontschuldig me aan den Vorst. (‘zijn Goedheid staat my dier.’)Ga naar eindnoot+
En gy, bewijs my de eer, my uit dit Hof te leiden:
920[regelnummer]
Gy weet het, 'k ben er vreemd. - Of, vrage ik onbescheiden? -
Mijn Hofstoet wacht op 't plein by 't nog gezadeld ros;
Maar 'k dooie in dit Paleis als in een spoorloos bosch.Ga naar eindnoot+
Gy die den weg hier kent; gelei my naar mijn Vrouwen! -Ga naar eindnoot+
Ik vraag uw' arm, mijn Heer! Wat moet ik hier vertrouwen?
925[regelnummer]
Gy peinst en andwoordt niet. - Waar ben ik dan gebracht?
Is de afreis naar mijn Huis...?Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 106]
| |
amstel.
Zy staat niet in mijn macht. -
De Vorst gebood me, en vergt....
machteld.
Zoo houdt men my gevangen? -
Ga henen, meld den Vorst mijn dringende belangen!Ga naar eindnoot+
Zijn Hof verstrekt geen' val voor Vrouwen van mijn' staat;Ga naar eindnoot+
930[regelnummer]
Waar de uitgang is verspard voor die hy tot zich laat.Ga naar eindnoot+
amstel.
't Zij verr' van my, Mevrouw, den Graaf iets toe te schrijven
Dat honend waar voor u! - maar 't is een plicht, te blijven.Ga naar eindnoot+
Hy wenscht u, voor 't vertrek, een blijk van eer te biên;
Zijn Hofgezin vloeit saam. 't Waaronheusch, dit te ontvliên.Ga naar eindnoot+
935[regelnummer]
Het Feest wordt toebereid met luister -
machteld.
En dien luister,
(ô Amstel, 'k wijt het u!) maakt gy my tot een' kluister!Ga naar eindnoot+
Te reedlijk is de Vorst, dat hy my dwinge of bind'.Ga naar eindnoot+
Gelei my: 'k blijf u borg, dat hy het wettig vind'.Ga naar eindnoot+
amstel.
Gy eischt het. - 'k Zwicht, Mevrouw; - maar andre zwarigheden....Ga naar eindnoot+
machteld.
940[regelnummer]
Waar zijn die? - Spreek! - Nog eens: wat meldt gy my voor reden,
Die hier mijn vrijheid zou belemm'ren? Spreek haar uit.Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 107]
| |
amstel.
Zoo duld vooraf, Mevrouw, dat ik den toegang sluit':
Men konde ons mooglijk hier beluistren....Ga naar eindnoot+
(Na de deur gesloten te hebben.)
Thands is 't veilig.
machteld.
‘Beschermt my, groote God, en mijn Geboorteheilig!’ -Ga naar eindnoot+
945[regelnummer]
Wat wilt gy?Ga naar eindnoot+
machteld.
Welk bestaan!
amstel.
.... de hoop zijns levens sticht. -
Vrees niets, maar kom te hulp. Gy kunt alleen behoeden
En redden.
machteld.
Amstel, hoe! Wat moet ik hier vermoeden?
amstel.
Het gruwzaamst. - 'k Beef, Mevrouw, terwijl ik 't doe verstaan;Ga naar eindnoot+
950[regelnummer]
Maar hoor my. Floris wordt door heel zijn hof verraân.Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 108]
| |
machteld.
Ik duchtte 't, en .... ô God!
amstel.
Gy-zelv' kwaamt herwaart trekken,Ga naar voetnoot951
Om Floris 't naar geheim op 't oogenblik te ontdekkenGa naar eindnoot+
Eer 't uitbarst. 'k Zag uw zorg, uw teêrheid, en uw trouw,Ga naar eindnoot+
En sidderde in het hart, doch - bad u aan, Mevrouw. -Ga naar eindnoot+
955[regelnummer]
Ik wankelde op dien stond; - maar wees, thands durf ik 't smeken,Ga naar eindnoot+
De wakende Engel nog, om 't snood ontwerp te breken!
Wijs Floris, tot dit uur van alles onbewust,
Zijn vuige moorders aan, die hy omarmt en kust.
machteld.
(Met nadruk.)
Gy weet van d'aanslag dan! en zwijgt! en durft my vergen...?
amstel.
960[regelnummer]
Mevrouw, een gruwzame eed moet me alles doen verbergen
Ik kan, noch spreken, noch verheden. 'k Heb geen' moed
Om weêr te keeren, of meêplichtig aan zijn bloedGa naar eindnoot+
Te worden.
machteld.
Hemel, ach! in Amstel een Verrader!
amstel.
In Amstel - ja, Mevrouw! - in Velzen - in - uw' Vader
| |
[pagina 109]
| |
machteld.
965[regelnummer]
ô Hoogste Goedheid, die van 's hemels throon gebiedt,Ga naar eindnoot+
Gy duldt, gy ziet dit aan! - Mijn maagden, dat ik vlied'!Ga naar eindnoot+
amstel.
Neen, 't vlieden zou thands u met de eigen schuld bezwaren.Ga naar eindnoot+
Red Floris; uw' Gemaal; red Woerdens grijze hairen;
Red my van 't gruwelstuk; en allen van de dood.Ga naar eindnoot+
970[regelnummer]
Ik smeek het u, als kind, vriendinne, en Echtgenoot.Ga naar eindnoot+
Ons aller bloed en heil leg ik u op 't geweten.Ga naar eindnoot+
Zijn Moorders zijn met hem, zijn om zijn' disch gezeten.
Zijn Moorders, zegge ik: want de weêrstand van den VorstGa naar eindnoot+
Jaagt mooglijk, tegens wil, hem 't moordstaal in de borst.Ga naar eindnoot+
975[regelnummer]
Men is met Englands kroon, en zelfs zijn' Zoon, verbonden.Ga naar eindnoot+
Hy wordt gevat, geboeid, naar Londens burcht gezonden.Ga naar eindnoot+
Voorkom het. Wend uw kracht, wend al uw' invloed aan
Op 't hart, dat nog dit uur uw oog niet kan weêrstaan.Ga naar eindnoot+
Hy kome 't onweêr voor! daar is geen uitweg open.Ga naar eindnoot+
980[regelnummer]
De kostbre tijd spoedt heen, het glas is haast verloopen.Ga naar eindnoot+
Hy legge 't Staatsgezag, hy legg' zijn tytels af,Ga naar eindnoot+
En sier' zijn' eedlen Zoon met d'opgedragen' staf!Ga naar eindnoot+
Nog eens! in 's Hemels naam, zoo beden iets vermogen,
Ontsluit den dierbren Vorst zijn nog begoochelde oogen!Ga naar eindnoot+
985[regelnummer]
Het eenigst dat hem redt, is afstand van 't gebied. -Ga naar eindnoot+
Maar gy, gy snikt - gy weent - gy vlucht, en hoort my niet?
machteld.
Barbaar! wat hebt gy voor, my dus door 't hart te boren?Ga naar eindnoot+
Mijn Vader, mijn Gemaal, mijn Maagschap saamgezworen!Ga naar eindnoot+
Ach, thands is me alles klaar, dat eerst zoo duister scheen. -
990[regelnummer]
Maar redden? - Ik? Helaas! Neen, sterven! - Amstel, neen!
| |
[pagina 110]
| |
amstel.
Bedenk ....!
machteld.
Bedenk gy-zelf. Gy, Hoofd der Huichelaren!
Waar, waarom deze nacht niet eerder op doen klaren?Ga naar eindnoot+
Waarom my heden niet, toen mijne onnoozelheidGa naar eindnoot+
't U smeekte, by den Vorst ter redding ingeleid?
995[regelnummer]
Toen konde ik zonder schuld, zijne oogen (ja!) verlichten;Ga naar eindnoot+
Toen, zonder dat ik 't wist, mijn eigen bloed betichten;Ga naar eindnoot+
Maar uw barbaarsche ziel, bezoedeld met verraad,
Weêrhield me, en sleepte me in, in deze uw euveldaad.Ga naar eindnoot+
Thands siddrend, niet uit deugd maar lafheid, voor 't vol voerenGa naar eindnoot+
1000[regelnummer]
(Als 't lage Moorders past, die uit een’ schuilhoek loeren),Ga naar eindnoot+
Bezweert gy me; en waar toe? - Tot keering van het feit? -Ga naar eindnoot+
Neen; dat ik hem verleî tot schande en eerloosheid!Ga naar eindnoot+
amstel
Vaar voort, Mevrouw, vaar voort! ontlast uw lijdend harte!
'k Verdien het - Vloek my, ja! het is het recht der smarte;Ga naar eindnoot+
1005[regelnummer]
Ik wettig 't. 'k Lij nog meer door wroeging, door berouw;Ga naar eindnoot+
Maar 'k boet, en veel te zacht, de schennis van mijn trouw.Ga naar eindnoot+
Gy, open my den weg om slechts te rug te keeren!
Mijn boezem nam geen deel in 't gruwbre samenzweeren.Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Mijn mond, geprest, sprak d'eed, en zelfs met wroeging, uit;Ga naar eindnoot+
1010[regelnummer]
Ik word mistrouwd, bewaakt, aan alle kant gestuit.Ga naar eindnoot+
Ik sterf van schaamte en spijt. - Geen Engel uit den hoogen,Ga naar eindnoot+
| |
[pagina 111]
| |
Dan gy, vermag hier iets; en kunt gy 't feit gedogen?Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Ik rekende op uw hart. Spreekt daar geon Floris in,Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
Voor 't minste, 't hoor' de stem van Telg en Gemalin!
1015[regelnummer]
Kunt gij 't vergrijp uws Stams in Staatsverdrag veranderen,Ga naar eindnoot+
Gy redt uw' Vader de eer, en al zijn' medestanderen:Ga naar eindnoot+
En, ik herhale 't u, daar is geene uitkomst aan.Ga naar eindnoot+
De keuze is: of door dwang, of willig af te staan.Ga naar eindnoot+
Voor my, indien mijn bloed den dierbren Vorst kon baten,Ga naar eindnoot+
1020[regelnummer]
Ik schonk het, eer mijn arm het schelmstuk toe zou laten;Ga naar eindnoot+
Maar de ijzren dwang van 't Lot...! Ga met u-zelv te raad;Ga naar eindnoot+
Maar veilig en uw huis en afkomst voor de smaad!Ga naar eindnoot+,Ga naar eindnoot+
'k Geleide u - moge uw hart...!Ga naar eindnoot+
machteld.
En waar my thands te brengen,
Om vrij en ongestoord mijn tranen uit te plengen?Ga naar eindnoot+
amstel.
1025[regelnummer]
In 't Koninklijk verblijf ter zijde 't trapportaal:Ga naar eindnoot+
Uw Vrouwen wachten daar uw weêrkomst uit dees zaal.
Daar kunt ge u aan u-zelv volkomen overgeven,
Meestres zijn, en voor Huis- noch Hofverspieders beven.Ga naar eindnoot+
Ai! denk den toestand, denk uw eigen glorie na!Ga naar eindnoot+
machteld.
1030[regelnummer]
Het is genoeg, mijn Heer. - Niets meer daar van! Ik ga.
Einde van het Derde Bedrijf.
|
|