Handtboecxken der Christelycke gedichten
(1627)–Cornelis Pietersz. Biens– AuteursrechtvrijCornelis Pietersz. Biens, Handtboecxken der Christelycke gedichten. Marten Gerbrantsz, Hoorn 1627
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1199 G 9, scans van Google Books
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Handtboecxken der Christelycke gedichten van Cornelis Pietersz. Biens uit 1627.
redactionele ingrepen
In het origineel komen verschillende drukletters voor die in deze digitale editie niet kunnen worden weergegeven. Om dit onderscheid niet verloren te laten gaan, is in de hoofdstukken waar gotische en romeinse drukletters door elkaar voorkomen, alle romeinse tekst weergegeven als cursief. Gotisch is in deze hoofdstukken zonder opmaak weergegeven.
fol. a2v: wanwanneer → wanneer: ‘De droefheyt is hem eyghen, soo wanneer hy’.
fol. a4r: eencih → eenich: ‘in prose oft eenich soet vloeyende’.
fol. a6r: bebacht → bedacht: ‘vindy van de deucht seer Christelijck bedacht’.
fol. a8r: Fol → Fol.: ‘Fol. 10. b lin. 22. aldelderbesten’.
fol. 1r: Goddelijeke → Goddelijcke: ‘sal mijn Musa hier een Goddelijcke saeck’.
fol. 2r: zeghendese → zeghen dese: ‘Godt zeghen dese beyd' in't lieffelijcke’.
fol. 6r: veloonen → beloonen: ‘groote daedt met liefdes vrucht beloonen’.
fol. 7v: te te → te: ‘nau een plaets als eyghen op te rusten’.
fol. 14v: ponict → poinct: ‘op dit poinct vrymoedich mocht uytbreken’.
fol. 16v: spreeekt → spreeckt: ‘de wrake selfs vergelden als hy spreeckt’.
fol. 28v: vaeght → vraeght: ‘Wie isser die doch daer na vraeght’.
fol. 35v: de kop tussen vierkante haken is door de redactie toegevoegd.
fol. 35v: ontspingen → ontspringen: ‘als in den geest ontspringen’.
fol. 35v: overwint s → overwint: ‘prijsen onsen Godt die 't alles overwint’.
fol. 48r: evenduy ich → evenduyrich: ‘niet alsoo: maer evenduyrich sterven’.
fol. 51r: det → het: ‘Om uyt het dal ghewillichlijck te scheyden’.
fol. 55r: Eeen → Een: ‘Een Geestich houwelycx Tractaet’.
fol. 58r: hanven → handen: ‘En voechter doch handen by’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (voorplat, binnenkant voorplat, a1v, a8v, 60v, binnenkant achterplat, achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[fol. a1r]
HANDTBOECXKEN Der Christelijcke Gedichten, Sinne-beelden ende Liedekens, tot troost ende vermaeck der Ghelooviger Zielen:
Mitsgaders een Houwelijcx-Vereeringh, ende Gheluck-wensch aen den Ghetrouden, tot vermaeck der Bruyloften:
Allen deucht-lievende jonghe lieden toe-ge-eyghent.
Gerijmt ende t'samen gestelt: Door C.P.B.
TOT HOORN,
Voor Marten Gerbrantsz. Boeck-vercooper, woonende inde Kerck-straet, in't A, B, C. 1627.
[fol. 35r]
Hier volghen
Sommmige
LOF-SANGHEN
Ende
Liedekens,
Gheregelt nae verscheyden voorvallen des tegenwoordigen tijdts.
Dat als een blom' hem gaet begeven.
Cherche perpetuelle Biens.
Tot Hoorn,
Ghedruckt by Pieters Iansz. van Campen, woonende inde Nieuwe-steech, inde Boecdruckery.