komen, uitgeleid door een hem onbekend man, dien hij te voren nooit gezien had en ook later nooit wederzag. Op zijn zwerftochten daarna kwan hij te Rotterdam, waar Ds. Theodorus Ter Bruggen zich zijn lot aantrok met dit gevolg dat hem verzocht werd den bejaarden predikant aldaar Ds. Alardus Tiele hulpdienst te verleenen, waarop de stadregeering hem met ingang van diens emeritaat 26 Juni 1748 tijdelijk aanstelde in diens plaats als extra-ordinair predikant den dienst waar te nemen op een tractement van 900 gulden. Toen Tiele nog geen maand na het ingaan van zijn emeritaat, op 20 Juli 1748 overleden was hield Gentman Leydekker de lijkrede (t. 2 Tim. IV:7, 8), opgenomen in de door hem bezorgde uitgave van Tiele's Heilige Keurstoffen. Na gedurende veertien maanden de Rotterdamsche gemeente gediend te hebben, nam hij den 12en Dec. 1748 van haar afschied met een prediking over Joh. XXI:15-17.
Teruggekeerd te Bergen op Zoom preekte hij daar weer voor het eerst den 22en Dec. 1748 in de Fransche Kerk, omdat de Groote Kerk nog in puin lag, over 1 Théss. II:17-20. Op 5 Oct. 1752 hield hij de eerste prediking (in dr. uitgeg.) in de Ste. Geertruida of Groote Kerk. Nog acht jaren lang bleef hij in achtieven dienst. Met ingang van 24 Oct. 1760 werd hij emeritus. Binnen een half jaar daarna had de bijzetting plaats van zijn stoffelijk overschot in het koor der Groote Kerk te Bergen op Zoom.
Op zijn eigen herhaald verzoek werd een necrologie van hem in de Boekzaal achterwege gelaten.
Kort na zijn bevestiging te Liefkenshoek trad hij den 22en Mei 1715 te Middelburg in het huwelijk met Josina de Baeck Paulusdr. (M.D. Lammerts, De Predikanten der Ned. Herv. Kerk te Lillo en Liefkenshoek, in: Ned. Arch. K.G.N.S. Dl. XXX (1938), blz. 45; N. Biogr. Wdb. t.a.p. noemt haar de Back; Fr. Caland, (a.w., blz. 34), die als datum der huwelijksbevestiging opgeeft 10 Mei 1715, schrijft haar familienaam: de Bak). Als zijn weduwe verzocht zij den 1en Mei 1761 ‘alimentatie’. Zij werd begraven te Bergen op Zoom den 26en Febr. 1772. Blijkbaar heeft Gentman Leydekker geen kinderen nagelaten.
Portretten van Gentman Leydekker zijn niet bekend. Van zijn hand zag het licht een levensbeschrijving van zijn vader als ‘voorberigt’ vóór den 2den druk van de door hem bezorgde uitgave van diens werk, welke tot titel draagt: Adam, Moses en Kristus enz. Gron 1732. 8o (vgl. vor. art. blz. 786). - Een verhaal van het leven en sterven van Alardus Tiele bevat zijn voorrede van de na diens dood door hem bezorgde uitgave van Tiele's Heilige Keurstoffen uit de Schriften des O. en N. Testaments, behelzende een Tiental van stigtelyke Bedenkingen en Leerredenen. Rotterd. 1748. 8o.
Afzonderlijk gaf hij uit: Het Laatste Huis verheerlykt boven het Eerste Huis, voorgestelt in eene Kerkreeden uit Haggai II:10. Gedaan ter plegtige Inwying van de Groote Kerke te Berge op ten Zoom, Naa der Zelver Verwoesting op nieuw gebouwt en herstelt. Uitgesprooken den 15 Oct. MDCCLII. B. op Zoom en Rotterd. 4o (Nat. Bibl.).
Hij schreef ook gedichten in werken van eenige tijdgenooten, zooals vóór: de la Rue's Gelett. Zeeland, en vóór zijn eigen bovengen. Kerkreeden plaatste hij een gedicht van 3 blz. druk van zichzelf.
Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb. VIIIa, blz. 119, 120. - Dez., Wdb. Ned. Dicht. II, blz. 360. - Hs. Regt. - N. Biogr. Wdb. IV, k. 913 (art. v. Dr. P.C. Molhuysen.) - Nav. XXXVI (1886,) blz. 136, 137. - Fr. Caland, De Herv. Gem. van Sas van Gent ('s Grav. en Sas v. Gent. 1904), reg. - W. Meindersma, De Geref. Gem.