Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 5
(1943)–Jan Pieter de Bie, G.P. van Itterzon, Johannes Lindeboom– Auteursrecht onbekend[Johannes van Leeuwen]LEEUWEN (Leewen, Leuwen, Leuven) (Johannes van), geboren te Leeuwarden, volbracht zijn theologische studiën aan de hoogeschool te Franeker, waar hij in het album studiosorum werd ingeschreven den 29en Apr. 1682Ga naar voetnoot1). Hij aanvaardde de Evangeliebediening te Wyckel in 1685 (als cand. geapprobeerd 2 Juni, lid der Classis Sneek geworden 7 Juli). In 1687 door Bewindhebbers van de Kamer van Amsterdam benoemd tot predikant in O.-Indië vertrok hij den 4en Oct. van dat jaar derwaarts; maar het schip, dat hem naar zijn bestemming zou brengen, werd, door storm beloopen, bij Domburg op de kust gezet. In deze gemeente was juist een predikantsvacature wegens het vertrek van Ds. Jacobus Pluympot naar Brouwershaven. Dit bracht den kerkeraad er toe in Febr. 1688 het beroep uit te brengen op den gestranden dominee, die daaraan gehoor gaf en den 10en Mei d.a.v. te Domburg bevestigd werd. Gedurende het volgende jaar nam hij deel aan een veldtocht in de Zuidelijke Nederlanden onder leiding van den graaf van Hoorne. Vermoedelijk door invloed van dezen bevelhebber werd v. Leeuwen in Maart 1702 tot predikant te Sluis beroepen. Den 16en Juli d.a.v. aldaar bevestigd geraakte hij al spoedig met zijn ambtgenoot Abdias Hattinga in een leergeschil, dat vanwege de heftigheid waarmede de partijen elkander bestreden, zeer de aandacht trok. De notulen van den kerkeraad melden d.d. 14 en 17 Dec. 1706 ‘dat het in de consistorie schouw toeging’ tusschen de twee predikanten. Van Leeuwen liet zich zelfs op den kansel scherp uit over zijn collega, die hem beschuldigde van spinozistische en macchiavellistische gevoelens. Hij leerde aangaande de Drieëenheid ‘dat God één is in wezen en in persoon en drie kan gezeit worden ten aanzien van wezen, verstand, wille, dat de naam Vader, Soon en Geest maer sien op 't werk der verlossinge’. De classis, er in gemoeid, riep van Leeuwen ter verantwoording doch kon den | |
[pagina 696]
| |
twist niet bijleggen. De magistraat was op zijn hand, maar de kerkeraad en de classis waren in meerderheid aan Hattinga's zijde. Van Leeuwen overleed te Sluis op 27 Mei 1715 (volgens Scheltema 30 Mei). Te Middelburg huwde hij in 1692 met Hanna Willems en na haar overlijden aldaar wederom in 1696 met Anna Gauwels. Van hem zijn geen portretten en geen geschriften bekend. Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb. VIII, blz. 83 (waar ten onrechte als eerste standplaats van v.L. Wezel wordt genoemd inplaats van Wyckel). - Nagtglas, Levensber. I, blz. 342; II, blz. 56,57. - Romein, Pred. Friesl., blz. 429. - v. Veen, Aanv. en Verbet. Romein, blz. 54, 55. - Zelandia illustrata, dl. II, blz. 482 vv. - v. Troostenburg, de Bruyn, Biogr. Wdb. O.I. Pred., blz. 256 (waar v. Leeuwen en v. Leuwen ten onrechte onderscheiden worden). - Sepp, Stinstra. II, blz. 103. - Dez., Uit het Pred. leven, blz. 125. - P. Scheltema, Oud en Nieuw uit de Vaderl. Gesch. en Letterk. (Amst. 1844), blz. 19, 20, 36, 37 (bevattende mededeel, van Lieven Ferd. de Beaufort over den kerkelijken twist te Sluis), vgl. Ned. Arch. K.-G. VI (1846), blz. 141, 142. - Biogr. Wdb. v Prot. Godg. in Ned. III, blz. 579. |
|