[Christiaan Albrecht Lavillette]
LAVILLETTE (Christiaan Albrecht of Christianus Albrechtus de) behoorde tot het oud-adellijk geslacht de Lavillette de Passy (Passiacum) in Frankrijk. Zijn oudovergrootvader, die in zeldzaam hoogen ouderdom op het stamhuis te Passy overleed, bleef tot het laatst aan de Roomsch-Katholieke Kerk getrouw. Hij had een eenige zuster, die abdis was geweest van een adellijk klooster en in haar afkeer van het Protestantisme zóó vèr ging dat zij in haar ijver om al de goederen van haar broeder na diens dood aan haar klooster te brengen, zich, evenals haar broeder zelf, wel had uitgelaten dat zij, wanneer er ooit iemand van haar naam te Parijs of waar ook in Frankrijk zou worden aangetroffen, die een andere confessie beleed, den zoodanige aanstonds zou laten vatten en in een klooster zetten, tenzij deze alsnog den Roomschen godsdienst vrijwillig mocht aannemen, in welk geval hij of zij in het bezit van al haar goederen zou gesteld worden.
De eenige zoon van bedoelden oudovergrootvader, geboren te Passy, was te Parijs door gemeenzamen omgang met eenige Hoogduitsche Protestantsche heeren, met wie hij daar had kennisgemaakt, bevestigd in de overtuiging, waartoe hij aanvankelijk reeds door het lezen van de H. Schrift was gekomen, dat in de Roomsche Kerk de weg der zaligheid niet op de rechte wijze werd geleerd. Hierdoor bewogen om èn deze Kerk èn Frankrijk te verlaten begaf hij zich daarop naar Duitschland, waar hij te Ansbach (het voormalige Onaltzbach ten Z.W. van Neurenberg) verblijvende tot de aldaar beleden Luthersche confessie overging, hetgeen tengevolge had dat zijn vader zich van hem afkeerde. Alle pogingen om dezen tot andere gedachten te brengen, waren vruchteloos. Even scheen er uitzicht te bestaan op verzoening na een tweetal bezoeken hem door Prins Maximiliaan van Hessen, die Frankrijk bereisde, hem te Passy gebracht, maar de bovenbedoelde zuster wist nochtans te beletten, dat het zóóver kwam. De oude heer, die (volgens v.d. Velde, Lykreden, p. 10) in zijn 116e levensjaar nog in staat bleek zonder bril een scherpgestelden brief aan zijn zoon te schrijven, bleek niet te bewegen zelfs maar iets van de inkomsten zijner goederen aan zijn zoon af te staan.
Van dezen zoon af gerekend hebben de latere generatiën der de Lavillettes den Protestantschen godsdienst beleden.
Deze zoon, die eer hij zich metterwoon te Ansbach vestigde, verschillende vreemde landen doorreisde, bezocht ook de Nederlanden, waar hij in kennis geraakte met me-