Verklaringhe enz. der ‘bevredigden’, waarin deze nog nader hun vredelievende gezindheid en handelwijze verdedigden als in hun vorig geschrift.
Tot 1616 diende Klock zijn gemeente te Haarlem. Volgens de voorrede van zijn Kleyn Liedeboecxken hield hij den 28en April verblijf te Schoonhoven, waar hij ook begin Juli d.a.v. nog vertoefde. Omtrent zijn levenseinde ontbreken de gegevens. Blijkens den loop van zijn levensgeschiedenis, hierboven geschetst, was hij in zijn latere jaren strenger van gevoelens geworden; bepaaldelijk ten opzichte van den ban en de wijding der buitengetrouwden was dit het geval.
In den vorm van eeredienst week Klock van bepaalde gebruiken af. Het was onder de Doopsgezinden geen gewoonte den tekst vóór de preek af te lezen en evenmin voor te gaan in luid gebed. Hij was een der eersten, die beide wèl deed; ten opzichte van deze wijze van bidden stemde hij overeen met Hans de Ries, met wien hij op andere punten veel gestreden heeft. Uit den kring der Vereenigde Gemeente werd aan Klocks aanhangers diens overluid bidden voorgehouden, omdat zij dit hadden voorgesteld als een ‘niet Schriftmatig’ gebruik, dat door velen van den voornaamsten in de Vereenigde Gemeente zou zijn voorgestaan. Immers ook velen onder de ‘afgedeelde’ achtten het stichtelijk, en Klock, hun voorganger, paste het toe! In elk geval was het geen reden om te scheuren! (Zie bovengen. Nootwendighe Verklaringhe, waar op blz. 35 beweerd wordt, dat Klock ‘wel 16 nieuwigheden had ingevoerd’. Vgl. ook Dpgs. Bijdr. Jrg. 1897, blz. 111-114).
Vooral door zijn talrijke geestelijke liederen, hoewel niet van groote dichterlijke waarde, heeft Klock bekendheid verkregen; eenige van deze liederen zijn vertaald en opgenomen in Duitsche en Zwitsersche Doopsgezinde liedboeken (vgl. Dpsg. Bijdr. Jrg. 1868, blz. 11). Van Klocks liederen zijn de volgende uitgaven bekend: Vyftien Schriftuerlicke Liedekens. Amst. 1589, 1590. 16o. - Vier en twintigh Schriftuerlicke Liedekens. Amst. 1590' - [L.K.], Veelderhande Schriftuerlijcke, Nieuwe Liedekens, Vermaningen, Leeringen, Gebeden ende Lofsanghen, Die sommige eertijts bij partijen in Druck wtgegaen, ende nu wederom t'samen bij een vergadert met noch vele die noyt gedruckt en waren, nu op die Letteren vanden Abc, ende in een ordentlick Register by malcanderen vergadert. (Hieronder de spreuk v.d. L. Klock: ‘Volherdende overwindt men’, en 2 Bijbelspreuken). Utr. 1593. 8o. - Hetz. werk. Z. pl. 1598. 8o. - Het Groote Liede-boeck v. L.C., inhoudende veelderhande Schrift-lied., verman., leeringen enz. Mitsg. het tweede Liedeboecxken, ghenaemt een Hell Cymbaelken des Juychens. Haarl. 1604. 16o. - Kleyn Liedeboecxken, vervatende sommighe voornaemste Geestelycke liedekens, gebeden ende lofsangen .... vergadert. Haarl. 1625. 4o. 24o. (De voorr. is gedateerd Schoonhoven 28 Apr. 1616).
De meest complete uitgave van Klocks liederen, is die van 1625 met 435 liederen, waarvan de grootste eigenaardigheid is dat bijna alle een acrostichon bevatten, dat den naam van personen en gemeenten weergeeft, aan wie deze liederen oorspronkelijk gericht waren; niet minder dan 398 namen zijn zoo terug te vinden, die een blik geven op de menigvuldige betrekkingen, die de auteur onderhield. Men komt er ook door op de hoogte van de leden van Klocks gezin; zeven dochters en een zoon worden aangeduid met hun verschillende beginletters (vgl. N. Biogr. Wdb. t.a.p.). De volledige titel luidt: Het groote Liede-Boeck van L.C. Inhoudende veelderhande Schriftuyrlijcke Liedekens, Vermaningen, Leeringen, Ghebeden ende Lofsangen, elcken mensche na sijnder ghelegentheyt, totter eeren Gods, syns selves opbouwinge, ende tot stichtinge des naestens te