Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 4
(1931)–Jan Pieter de Bie, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend[Joost Gerard Kist]KIST (Joost Gerard), geboren te Woerden den 12en Aug. 1756 was de oudste der drie zoonsGa naar voetnoot1) uit het huwelijk van Anthony Kist, pred. ald., en Johanna | |
[pagina 762]
| |
WolffGa naar voetnoot1). Hij werd geplaatst in het Staten-College te Leiden, ingeschreven als student ald. den 17en Sept. 1773 en beroepbaar gesteld onder de Classis Woerden den 7en Sept. 1779 na een met veel lof afgelegd praeparatoir examen en niet zonder dat hij de veroordeelde gevoelens van Ds. Bakker en van Prof. Roëll had gedetesteerd. Den 3en Sept. 1780 werd hij bevestigd te Puflyk en Leeuwen door zijn vader (m. Jer. III:15; intr. m. Fil. IV:13). In Febr. 1784 beroepen te Opheusden, bedankte hij; maar in het volgend jaar gaf hij gehoor aan een beroep naar Zalt-Bommel, waar den 16en Oct. 1785 zijn bevestiging plaats had door Ds. J. Schagen v. Campen, pred. ald. (m. 1 Cor. I:23; intr. m. Fil. IV:13; afsch. te Puflyk 2 Oct. m. 2 Cor. XIII:11). In 1793 bedankte hij voor een nominatie te Woerden; een in Sept. 1802 op hem uitgebracht beroep naar Zwolle werd geïmprobeerd. In Jan. 1807 werd hij beroepen te Middelburg, maar hij bedankte hiervoor. In Oct. 1810 herdacht hij zijn 25-jarige bediening te Zalt-Bommel met een zeer geroemde gedenkrede (in druk verschenen) over 1 Thess. II:19, 20. (Vgl. Biblioth. v. Theol. Letterk. 1811, 2e st., blz. 648, 649). Hij overleed ald. heel onverwachts den 26en Jan. 1815, na des morgens nog een preekbeurt vervuld te hebben in zijn gemeente, die hem zeldzame achting toedroeg; ook daarbuiten werd hij om zijn bedrevenheid in kerkelijke zaken zeer gemist. Hij huwde in 1784 met Syburgh Henrica Royaards, dochter van Albertus Royaards, geneesheer ald., en zuster van Herman Royaards, pred. te Scherpenzeel. Zij overleefde hem met 4 kinderen, van wie een zoon Nicolaas Christiaan, hierna volgt. Een portret van Joost Gerard Kist met zijn kinderen komt voor in: Het Geslacht Kist, door Gener.-Majoor J.G. Kist. 's Grav. 1930, blz. 22. Van hem zag het licht: De Justificatione peccatoris. L. Bat. 1799, 2 partes. - Leerr. bij gelegenh. v. zijnen vijf en twintigjar. Ev. dienst. Dordr. 1811. 8o. In Bijdr. en Meded. v.h. Gen. Gelre VIII (1905), blz. 453-501 vindt men mémoires uit zijn nagelaten papieren geplaatst onder den titel: Uit een dagboek v.d. Zalt-Bommelschen predikant J.G. Kist (1794-'95), meeged. door G.J.F. Mes. Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb. VII2, blz. 62. - Boekz, 1815a, 216-218, 340. - Schotel, Kerk. Dordr. II, blz. 629. - Alb. Stud. L. Bat., k. 1112. |
|