Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 4

[Hendrik Kemper]

KEMPER (Hendrik) vervulde voor het eerst een preekbeurt den 31en Aug. 1746 en vertrok in Sept. d..a.v. naar Duitschland tot voortzetting zijner studiën, waarna hij den 9en Oct. 1747 in Nederland terugkeerde. Den 5en Oct. 1749 deed hij intrede bij de Luthersche gemeente te Hoorn (m. Jes. VI:5-8), waar hij werkzaam bleef totdat hij den 10en Apr. 1762 zijn ambt neerlegde; aan dit laatste was in den boezem van den kerkeraad een ernstig conflict voorafgegaan in verband met den bouw van een nieuwe kerk en de vervulling der tweede predikantsplaats ald., waarvan Kemper een uitvoerig Verhaal gaf (171 bladz. groot; zie ond.). In 1769 vertrok hij naar Paramaribo, waarheen hij beroepen was en waar hij den 3en Dec. van dat jaar intrede deed (m. Ps. XXVII:4) na aan de gemeente te zijn voorgesteld door den Presid. ouderling (n.a.v. Hebr. XIII:17). In 1774 deelde hij zijn besluit mede om te repatrieeren. Den 30en Apr. 1775 preekte hij afscheid te Paramaribo (m. Dt. XXX:19).

Van hem zag het licht:

Afgedwongen Waaragtig Verhaal van de geresene onlusten. Onder de meeste der Kerkenraden in de Luthersche Gem. te Hoorn. Als dewelken, er ook ten opzigte v.h. Bouwen eener Nieuwe kerk, en omtrent het vervullen v.e. tweede Predikants-plaats zijn voorgevallen. Benevens een kort Antwoord, Op het Verkeerd Omstandig Berigt Betreffende het Beroep v.e. twede Luthers

[p. 725]

Predikant in deze Gemeente. Onlangs in Druk uitgeg., door Adam Fredrik Christoph. Adami, Pred. te Campen. Bij gelegenh. dat dezelve ald. Beroepen zynde, op den 2 Febr. 1761. Onberoepelyk is verklaart geworden. Verstrekkende tot Zuivering v. alle Laster, tot Voorstand v. Waarheid, ter Verdediging v. Eer, en Vernietiging aller leugenagtige Uitstrooiselen, om was het mogelijk de kwaadsprekende den mond te stoppen. In het ligt gegeven. Hoorn. 1761. 4^o. (Knuttel, Cat. Pamfl. IV, No. 18843).

Dit geschrift van Kemper werd beantwoord met een Verdediging v.d. uitgedaagde Luthersche Kerkenraad te Hoorn, tegens de ongegronde beschuldigingen en vuile lasteringen, waarmede den predikant Hendrik Kemper zijn (zoogenaamd) waaragtig verhaal doorzaaid heeft. Uitgeg. door de volgende persoonen: Dirk Reek, Jan Claesz Way, Jan Treyse, Laurens Eek, Jacob Louwies en Pieter Rost. Hoorn. 1761.

Litteratuur: Naamrol Pred. Augsb. Gel., blz. 55 - Loosjes, Naamlijst v. Pred. Luth. Kerk in Ned, blz. 139, 140. - Dez., Gesch. der Luth. Kerk in de Nederl., blz. 164. - Bijdr. Gesch. Luth. Kerk. II, blz. 166. - Boekz. 1761b, 596. - E.W. Moes, Feestr. ter godsd. vier. v.h. honderdjar. best. der Ev. Luth. Kerk te Paramaribo, blz. 34.