Bijzonderen lof oogstte hij ook in voor de wijze, waarop hij zijn catechisanten opleidde; velen hunner, later zelf predikant geworden, mochten daarvan de vrucht genieten en bleven er hem dankbaar voor. In Boekz. 1847, blz. 625 is dit na zijn verscheiden door een van hen dankbaar erkend.
Hij huwde te Amsterdam in 1807 (ondertr. 6 Febr.) met Anna Wilhelmina Jongbloed (wed. v. Jan Rust van Soolingen), geb. ald. die hem overleefde. Van hem bestaat een afbeelding in silhouette van P. Barbiers.
Van de Keizer verscheen in druk:
In: N. Verhandel. v.h. Genootsch. t. verded. v.d. Chr. Godsdienst: Jrg. 1813: Kort Begrip der Chr. Geloofs- en Zedeleer, zoover die uit de Brieven, v.d. Apostel Johannes kan worden opgemaakt (144 blz.) (m. zilv. bekr.) Jrg. 1815, blz. 9-223: Verhand. t. beantw. der vr.: Komt het met de leer v.d. Bijbel overeen, dat het hoofddoel v.h. lijden en sterven v. Jezus Christus geweest is, verbetering v.h. menschdom te weeg te brengen, en, in zoo verre alleen, ook de vergeving der zonden te verwerven, als deze een gevolg is v. onze verbetering? (m. goud bekr.). Jrg. 1817: Opgave v.d. Geloofs- en Zedeleer v. Paulus getrokken uit zijne redevoeringen in de Handel der Apost., en uit zijne Brieven aan de Romeinen en Galatiërs (307 blz.) (m. goud bekr.). Jrg. 1822: Beknopte en m. uitlegkundige gronden gestaafde opgave v.d. Geloofs- en Zedeleer volgens het Ev. v. Johannes. (222 blz.) (m. zilv. bekr.).
In: Verhandel. uitgeg. d.d. Maatsch. t. Nut v. 't Algem. XVIID. Amst. (1818): Onderzoek n.d. gegrondheid of ongegrondheid der klagten over toenemend zedebederf (128 blz.) (m. goud bekr.).
Voorts: Leerr. ov. Jezaja XXVII: 12 ter gelegenh. v.h. plegtig dank-uur, voor de herstelling v.d. algem. vrede in Europa; geh. den 20 v. wintermaand, 1815. Alkmaar. MDCCCXVI. 8o. (Knuttel, Cat. Pamfl. VI, no. 24280). - (Met J.C. Fabius e.a.) Eenvoudig onderwijs in de Chr. Leer t. dienste dergenen, die belijdenis wenschen af te leggen in de Herv. Kerk. Uitgeg. ond. goedk. v.d. Comm. v. toezigt op het Godsd. onderw. in de N.H. Gem. te Amsterdam. 18e dr. Amst. 1861. 8o; 2de dr. ald. 1870.
Ook gaf hij nog afzonderlijk uit: Chr. Geloofs- en Zedeleer, afgeleid uit de Brieven v. Paulus aan de Korinthiërs. Amst. 1827. 8o.
Het Chr. Maandschrift voor den beschaafden stand, uitgeg. d.d. Ring Amsterdam van 1822 tot 1861, waarvan hij tot aan zijn overlijden een getrouw medewerker was, voorts de Bijdragen tot de beoefening en geschiedenis der Godgel. wetenschappen, de Recensent ook der Recensenten, alsmede het door Ds. J.E. Voet van Campen uitgegeven Dagboek ten gebruike bij den Bijbelschen Almanak, voor het jaar 1835. 2 dln., en het Bijbelsch Magazijn bevatten menige degelijke bijdrage of stichtelijk artikel of smaakvol tafereel van zijn hand.
Litteratuur: v.d. Aa, Biogr. Wdb., VII2, blz. 28. - Glasius, Godg. Ned. II, blz. 225, 226. - Boekz. 1847b, 627, 628, 762, 765. - Borger Hs. (sub: Keyzer) - Handel. N. Lett. 1848, blz. 35, 36. - Alb. Stud. Rh. Traj., k. 191. - Arch. K. Gesch. inz. v. Ned. V (1834), blz. 269, 272, 273. - H.J. Royaards, Het Genootsch. t. verded. v.d. Chr. Godsd. geschiedkundig geschetst, Feestr. 23 Oct. 1835. m. Aant. en Bijl., blz. 54, 149, 150, 152.