Ook heeft Julius, blijkens een M.S. aanteekening, in 1581 ‘op ordre van de Coetus te Embden’ een Confessie opgesteld, die gedrukt is als: Korte Bekendtenisse der Christlicken Lehre, so in der Gemeine Gades tho Embden, uth synem Worde gelöuet, gelehret und geprediget werdt. Sampt bygefügter Kerckenordnung tho Embden (Bremen 1594). Verdere levensbijzonderheden van Julius zijn niet bekend.
Litteratuur: Werken Marnix Vereen., Ser. I, dl. II, 20, 72, 73, 105. - Romein, Pred. Friesl., 7. - Blaupot ten Cate, Gron., II, 91, 92. - Meiners, Oostvrieschl. kerkel. Gesch., II, 13. - Vrije Fries, X, 387. - Van Meer, De Syn. te Emden, 241.