Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 4

[Johannes Fredericus Heideggers Houwing]

HOUWING (Johannes Fredericus Heideggers), in 1805 te Groningen geboren, werd aldaar op 16 September 1823 als student ingeschreven en in 1829 tot candidaat bij het Provinciaal Kerkbestuur van Drenthe bevorderd. Den 18^en April 1830 aan-

[p. 339]

vaardde hij de Evangeliebediening te Oudelemmer en was dáár werkzaam tot 30 Juli 1837, waarna hij één week later intrede deed te Gorredijk, dat hem op 27 April van dat jaar had beroepen. Hier arbeidde hij, tot voortdurende ongesteldheid hem eerst noodzaakte, zich sinds 1853 door een hulpprediker, D. Fries Thieme, te doen bijstaan, en daarna met ingang van 1 Juli 1855 emeritaat te nemen, waarbij hij zelfs geen afscheidsrede kon uitspreken. Hij overleed den 2^en Maart 1882. Zijn zoon Wesselius Marcus, in 1831 te Oudelemmer geboren, diende als predikant de Ned. Herv. kerk van 1856 tot 1892 en was daarna lid van de 2^e Kamer der Staten-Generaal.

Houwing gaf in druk: Deugd, de bron der edelste genoegens (Gron. z.j.).

Litteratuur: Romein, Pred. Friesl., 599, 653. - Alb. Stud. Gron., 276. - Brinkman's Cat., 1833-'49, 312.