Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 3
(1919-1931)–Jan Pieter de Bie, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend[Hendrik Hamer]HAMER, (HAMERUS, HAMERS) (Hendrik), behoorende tot een geslacht waarschijnlijk van Sittard afkomstig, was een zoon van Abraham Hamer en Margaretha van der Hagen. Zijn vader had wegens vervolging om des geloofs wil uit het Guliksche de wijk genomen naar Frankfort a/M., waar zijn zoon Hendrik, een zijner negen kinderen, den 27en Sept. 1594 geboren werd. Toen de vrijheid van geloof ook te Frankfort ophield, ging hij mede met zijn ouders naar Hanau, waarheen deze toen de wijk namen, en waar de vader straks burgemeester werd en medestichter van de nieuwe stad en van de Gereformeerde gemeente; in 1607 werd de vader door keizer Rudolf in den adelstand verheven wegens diensten door hem in Hongarije bewezen. Hendrik groeide op in de Gereformeerde gemeente te Hanau, die tot zinspreuk had: ‘De rechtvaardige zal groeien als een palmboom’. Met het doel predikant te worden bezocht hij verschillende academiën in Duitschland, Frankrijk, Zwitserland: Herborn, waar echter zijn naam in het Alb. Stud. niet voorkomt, Marburg (1616-'17), Sédan en Parijs (beide in 1618), Genève, waar hij in 1619 de lessen volgde van een Turretinus en een Buxtorff Sr., te Basel, waarna hij nog Bern en Zürich aandeed en te Leiden, waar hij den 12en Nov. 1619 als student werd ingeschreven. Na het houden van een disputatio de creatione aan laatstgen. academie werd hij den 23en Nov. 1620 geëxamanieerd door de Waalsche synode en beroepbaar gesteld. In 1621 werd hij predikant te 's-Gravendeel, waar hij krachtig den | ||
[pagina 488]
| ||
bouw van een kerk bevorderde. In 1653 beroepen naar Mannheim, overleed hij, nog vóór zijn vertrek, te 's-Gravendeel den 9en Nov. 1653. Hij was een vermogend en zeer geleerd man. Zijn strijd tegen den Jezuïet Landsheer, bij herhaling gevoerd, getuigt van den ijver, waarmee hij de beginselen en leer der Reformatie verdedigde. Hij behartigde daarbij de belangen zijner gemeente met zorg. Hij was gehuwd te Hanau op 19 Nov. 1623 met Elisabeth Inderschmitten, overl. 1 Sept. 1655, nalatende negen van de dertien kinderen, die zij hem geschonken had. Portretten zijn van hem niet bekend. Van hem verscheen in druk:
Litteratuur: J. van der Baan, Geslacht Hamer, in: De Ned. Leeuw. Jrg. 1884. No 9, blz. 70. - Nagtglas, Levensber., blz. 326, 327. - V.d. Aa, Biogr. Wdb. VI, blz. 45. - Glasius, Godg. Ned. II, blz. 17, 18. - Alb. Stud. L.B, k. 144. - Paquôt, Mémoires. I, p. 234. - Soermans, Pred. Z. Holl., blz. 16. - Dez. Syn. Reg,, blz. 11. - Knuttel. Acta, I. II, III (reg.) |
|