Zeelandt enz. met een sendtbrief aen C.G. (Antw. 1598). Glasius noemt nog een geschrift: Thegenstelling der Catholycke Evangelische ghereformeerde Kercke (Rott.), waarvan hij niet weet, of het van Grevinchoven's hand is. Wel heeft hij geschreven een Fondament-Boeck van de ware Christelijcke ghereformeerde religie, in een korte summa begrepen, tracterende de voornaemste hoofdstucken derselver (Lemmer 1870-72).
Litteratuur: V.d. Aa, Biogr. Wdb., i.v. - Glasius, Godg. Ned., dl. III, blz. 407, 408. - Molhuysen en Blok, N. Biogr. Wdb., dl. II, kol. 506. - Rogge, Coolhaes, dl. II, blz. 164, 166, 235, 236. - Acquoy, Joh. v. Venray, blz. 175. - De Bie, Hofstede, blz. 56. - Hania, Helmichius, blz. 75, 109, 115, 117, 119, 121, 146, 167, 211, 249. - Janssen, Kerkh. in Vl., dl. I, blz. 12, 13, 52, 55, 203, 220, 383. - Sepp, Bibl. Kerkgesch., blz. 321. - Kerkhist. Arch., dl. II, blz. 125. - Ned. Arch. K.G., N.S., dl. XIV, blz. 247. - Reitsma en Van Veen, Acta, dl. III, Reg., i.v. Grevinchoven en Swerinchuysen; dl. IV, Reg. - Reitsma, Herv. en Herv. K., blz. 498. - Cat. Burgersd. en Niermans, blz. 220, 589.