Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 3
(1919-1931)–Jan Pieter de Bie, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend
[pagina 276]
| |
Februari 1699 een beroep naar Amsterdam ontving, waar hij arbeidde tot zijn dood op 20 Juni 1738. De Lijkrede uit Pred. VII:1 (Amst. 1738), door zijn ambtgenoot K. Bremer op hem gehouden, ziet het licht. De Goede gaf een Voorrede van niet minder dan 126 bladzijden bij zijn vertaling van Ph. a Limborch's werk: Kort en beknopt verhaal ... wegens den oorsprong en voortgang der Geschillen, in de Vereenigde Nederlanden, over de Predestinaatsie. Uit het Latijn vertaalt. Nevens eene Voorreden ter verdediging der Remonstranten tegen de Lasteringen van Do. Jacobus Fruitier, in zijn boek genaamt Sions Worstelingen (Amst. 1715, terwijl in hetzelfde jaar nog een tweede druk verscheen). Zie boven, blz. 141. Ook gaf hij een Opdracht aan Frans van Limborch bij het werk van Ph. a Limborch: Vriendelijke Onderhandeling met een geleerden Jood (Amst. 1723). Eindelijk schreef hij in het Stamboek van Johanna Koerten. Litteratuur: V.d. Aa, Biogr. Wdb., i.v. - Tideman, Biogr. Naaml. Rem. Br., blz. 206, 279, 283, 299, 302, 450. - Rogge, Cat. Pamfl. Rem. Bibl., 1e st., 1e afd., blz. 56, 184. - Knuttel, Bibl. v. Kerkg., blz. 113, 200. |
|