[Allettinus Hendrikus Gezelle Meerburg]
GEZELLE MEERBURG (Allettinus Hendrikus), jongste zoon van George Franz Gezelle Meerburg (die volgt) en geboren den 15en Juni 1845, werd in 1868 candidaat bij de Christelijk Gereformeerde kerk. Achtereenvolgens was hij predikant te 's-Gravendeel (1 November 1868), Almkerk (11 April 1875), Baarn (16 November 1879), Nijmegen (8 April 1888), Groningen (5 Maart 1890), Delft (16 April 1893) en Watergraafsmeer (9 Juli 1899). Na ruim 33jarigen dienst verkreeg hij op 1 Mei 1902 emeritaat, woonde eerst in den Haag, maar nam kort daarna, toen Ds. Los van Hilversum president Krüger als ‘huisprediker’ naar het Zuiden van Frankrijk volgde, eerst diens plaats te Hilversum in, om daarna te Mentone bij den Transvaalschen ex-president zijn ambtgenoot te vervangen. Hij volgde Krüger naar Clarent aan het meer van Genève en vestigde zich na diens dood (1904) weder te 's-Gravenhage, waar hij den 28en Maart 1905 overleed. Volgens veler getuigenis paarde hij aan zachtheid van karakter een zeldzame trouw in het waarnemen der Evangeliebediening.
Vóór hij het ambt te Delft aanvaardde, maakte hij een reis naar Egypte en Jeruzalem; zijn op vele plaatsen daarover gehouden lezing werd later uitgegeven onder den titel: Mijne reis naar Egypte en het Heilige land (Heusden 1905).
Litteratuur: Handboek ten dienste van de Geref. Kerken in Ned., Jaarg. 1903, blz. 133; Jaarg. 1906, blz. 240, 277-282.