Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 2

[Abraham Duysterloo]

Duysterloo (of Duysterlo) (Abraham) geboren te Amsterdam, als zoon van den kleermaker Barend Duysterloo, poorter dier stad. Na gehouden examen werd hij ‘met een sonderling groot genoegen’ door den Amsterdamschen Kerkeraad toegelaten als catechiseermeester den 4den Juli 1737. In 1751 stelde de Kerkeraad hem ook aan op zijn verzoek en op advies van de Compagnie der Bijbeldrukkers als corrector van de Psalmen. Den 7den Aug. 1742 was hij als ingeboren poorter erkend.

Hij huwde den 9den Mei 1741 met Wilhelmina Weyer, uit welk huwelijk zeven kinderen werden geboren. Hij overleed in Februari 1758 en werd den 16en begraven in de Nieuwe Kerk.

Niet alleen schreef hij eenige werkjes met het oog op het catechetisch onderwijs, maar ook gaf hij een paar gedichten uit, welke echter niet veel meer beteekenen dan ‘zoetsappig gerijmel’.

[p. 666]

De titels van een en ander volgen hier:

Texten der Heylige Schrift, ten dienste, die begeerig zijn om belydenisse des geloofs te doen. Amst. 8^o.

Aan den Heere Willem Karel Hendrik Friso, Prinse van Oranje .... als Z. Hoogh. verkoren was tot Stadhouder, Admiraal, en Kapitein Gener. der Zeven Vereen. Prov. Den 3den v. Bloeimaand 1747. Gedicht in plano. (Onderteek. m. schrijfletters: Abr. Duysterloo).

Kort Onderwys in de Geloofsleer der Hervormde Kerk, voor aankomende ledematen, geschikt na de order der Heidelbergsche Catechismus. Amst. 1748. 2de dr. ald. 1748. 8^o. 2de dr. 1755.

Schets der Heilige Godgeleerdheidt. Amst. 1748. 8^o.

Catechismus, of Onderwys in de Christelijke leere met bijgevoegde texten der H. Schrift. Amst. 1748. 8^o.

Rouwklagt op het voor gansch Nederland smertelyk overlyden v.Z. Doorl. Hoogh. Willem Carel Hendrik Friso. (Voorkomend in ‘Aanhangzel op de Dichtkundige Cypressenbladen’).

Beknopte Samenbinding der Goddelyke Waerheden die den mensch te geloven en te betragten heeft, in vrage en antwoorden gesteldt .... met een Aanhang over de Regtvaardiging der Menschen enz. door Joan van den Honert T. Hzn. Leiden. 1752. 8^o. en Amsterdam. z.j.

Litteratuur: v.d. Aa, a.w.i.v. - v.d. Aa, e.a., Nieuw Biogr., Anthol. en Crit. Woordenboek v. Ned. Dichters. II, blz. 60. - W.P.C. Knuttel, Catal. v.d. Pamfl. verzam. berust. in de Kon. Bibl. IV (1714-1775) No. 17625. - v. Abkoude, Naam-reg. v. Ned. Boeken. Dl. I, st. I, blz. 96; st. V, blz. 40, 71; st. VI, blz. 25.