Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 2
(1908-1918)–Jan Pieter de Bie, Lambregt Abraham van Langeraad, Jakob Loosjes– Auteursrecht onbekend[Cornelis Carel Callenbach]CALLENBACH (Cornelis Carel) werd den 28sten Jan. 1803 te Amsterdam geboren en studeerde aan het atheneum aldaar, ofschoon we hem tweemaal, en wel den 15den Dec. 1820 en den 19den Sept. 1823 vinden ingeschreven als student bij de theologische faculteit te Leiden (cf. Alb. Stud. kol. 1255 en 1261). Door het provinciaal kerkbestuur van Noord-Holland werd hij den 3den Aug. 1825 toegelaten als proponent en reeds den 22sten d.a.v. beroepen te Kortenhoef, alwaar hij den 13den Nov. bevestigd werd door Ds. D. Bruins uit 's-Gravenland, met Luc. X:17b, terwijl hij zijn dienstwerk aanvaardde met het uitspreken eener leerrede naar aanleiding van 2 Cor. XII:9a. Terwijl hij hier arbeidde, bleek uit de talrijke beroepen, die hij ontving, dat hij een zeer gewild prediker was. Kortenhoef werd verwisseld met Nijkerk (ber. 18 Jan. 1828, afsch. te Kortenhoef 29 Juni met Jes. XLIX:14 en 15, intree 13 Juli met Jes. LV:10 en 11. Bevestiger was B. Morees van Nijkerk, die bij deze gelegenheid sprak over Hand. XVIII:9 en 10). In 1861 kwam Callenbach te Elburg (intree 17 Febr. afsch. te Nijkerk 10 Febr. 1861), en met een leerrede naar aanleiding van Psalm LXXI:17 en 18a, herdacht hij hier den 19den Nov. 1865, zijn 40-jarige ambtsbediening. Preekende over Hand. XV:29c nam hij den 30sten Juni 1867 afscheid van deze zijn derde gemeente en den 1sten Juli ging zijn emeritaat in. Callenbach stierf den 25sten Oct. 1873. Van hem zag het licht:
| ||||||||||||||||||||||||
[pagina 9]
| ||||||||||||||||||||||||
In den Volkalmanak, voor tijd en eeuwigheid door O.G. Heldring. Arnh. 1851, leverde hij met N. Beets bijdragen. Hij schreef een ‘woord vooraf’ in de Belijdenis des geloofs der Geref. kerken in Nederland. Nijkerk 1857, terwijl hij verder een aanbevelend woord schreef voor het Troostboekje of 150 korte betrachtingen, uit de | ||||||||||||||||||||||||
[pagina 10]
| ||||||||||||||||||||||||
schriften van beproefde geloofsmannen, bijeenverzameld door Fr. Beutelspacher, uit het Hoogd. door J.C. Verhoeff. Arnh. 1854. Blijkens de herdrukken, die vele der geschriften van Callenbach beleefden, vielen ze zeer in den smaak. In de gemeenten, waarin de man, die een ijverig voorstander was der rechtzinnige richting, gearbeid heeft, was hij zeer gezien. Callenbach ontving een dichterlijk welkom van Bilderdijk, waarin deze hem begroette als ‘Leeraar’. Hierin is anticipatie, dewijl het gedateerd is 25 Sept. 1825, toen hij wel beroepen, maar nog niet bevestigd was. |
|