Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 1

[Hendrik Brassius]

BRASSIUS (Hendrik) werd geboren in het Oost-Friesche dorp Oosterhuizen. Hij studeerde te Leuven, waar hij den graad van magister verwierf, welken titel hij echter (zoo 't heet) ‘uit nederigheit’ nooit gebruikt heeft. In de eerste helft van 1543 als predikant te Emden beroepen, is hij aldaar den 11^den Jan. 1559 gestorven. Volgens een bericht door Meiners overgenomen van Emmius, was hij nog jong toen hij beroepen werd ‘maar evenwel de plaatze overwaardig, tzy, dat men zyne geleertheit, tzy, dat men zyne welsprekentheit, tzy, dat men zyne ernstige Godtzaligheit gadesloeg.’

Van hem bestaat een geschrift bevattende ‘Zes Sermoenen of Predikatien, en spreekt van het Heilige kruis of de tegenspoeden der gelovigen¹⁾’.

1) De volledige titel is: Van den heylighen Cruyce sommighe schoone troostelicke sermoenen, door Hermannum Brassium dienaer des godlicken Woordes binnen Embden, voortijden trouwelick ghepredickt ende nu na zijn doodt door gheleerder ende godtvreesender mannen raedt ende ernstighe begheerte, tot sonderlicke vertroostinghe aller bedruckter herten in het licht gebracht. Act. 14d. 22. Gedruckt te Embden by Gellium Ctematium. Anno 1560.

[p. 588]

Er schijnen ook nog drukken te bestaan van 1598 en 1616. Naar het oordeel van Meiners, is de stijl niet ‘Oostvriesch maar Nederduitsch’, waaruit hij dan afleidt, dat de maker zich enigen tydt in de Nederlanden zal hebben opgehouden.

Litteratuur: E. Meiners, Oostvrieslant's kerkelyke geschiedenisse. 1^ste dl. blz. 354 en 355.