[Jan Willem Becking]
BECKING (Jan Willem), geboren te Winterswijk, studeerde te Groningen in de godgeleerdheid en werd den 10den Maart 1807, na afgelegd praeparatoir examen in de classis van Groningen en 't Gorecht, ten overstaan van de predikanten Corstius (Groningen) en Begemann (Westbroek), tot de evangeliebediening toegelaten. Beroepen te Oudwoude en Westergeest (classis Dokkum), den 22sten Mei, werd hij, na door de classis onderzocht te zijn, aldaar bevestigd. Hij was achtereenvolgens predikant te Oldenhove (cl. Westerkwartier. Gr.) van den 6den Mei 1810-19 Nov. 1815, (terwijl hij hier stond, ontving hij den 30sten Dec. 1814 een beroep naar Grouw, waarvoor hij bedankte), Oostermeer (3 Dec. 1815-4 April 1825), Heeg (10 April 1825-29 Juni 1845), Anjum (6 Juli 1845-52), Wons en Engwier (1852-57).
Hij schreef een voorrede voor E. Erskine's, De verzekering des geloofs, zijnde de inhoud van verscheidene predicatiën over Hebr. X:19-22. 5de druk. Bolsward 1853.