Over ons
- Mooi boek?
- Hè?
- Goed boek, waar je in aan 't lezen bent, al uren?
- Ja, gaat wel. Hoezo?
- Nou, als 't je al te veel pakt zou ik je niet vragen 't even weg te leggen.
- Nee hoor, geeft niks, ik wil 't best even wegleggen. Waarom, wat is er?
- Nou niks, maar ik dacht, misschien kunnen we even praten.
- Waarover praten?
- Over ons bijvoorbeeld.
- Over ons. Wat wou je over ons bepraten?
- Nou zomaar. Ik dacht, een beetje praten, over ons.
- Wil je dan iets bepaalds zeggen over ons?
- Nee, dat niet. Maar we hebben het de laatste tijd zo weinig over ons. We hebben het over ditjes en datjes, over de TV, over andere mensen veel, maar nooit 's over ons.
- Ik zou zo direct niets over ons kunnen zeggen.
- Ja, dat is het. Jij hebt geloof ik helemaal geen zin om over ons te praten.
- Nee hoor, dat is 't niet, maar als jij zo ineens het startsein geeft: nu moeten we praten over ons, ja dan weet ik even niets.
- Zie je, jij ziet 't als een moeten, als een plicht, praten over ons.
- Nee, nee, dat is 't niet, maar ik zou willen dat zoiets vanzelf gaat. Jij zegt 's wat over mij, ik zeg 's wat over jou en zonder dat we het zelf in de gaten hebben, zijn we aan het praten over ons.
- Maar dat is het nou juist. Jij zegt bijna nooit meer wat over mij. Ik zeg regelmatig iets over jou, maar jij niet over mij. En daarom vraag ik je een beetje dringend, een beetje recht op de man af: laten we 's over ons praten.
- Een beetje dringend.
- Ja, ik heb er gewoon ontzettende behoefte aan het 's over ons te hebben, in plaats van over al die gewone dingen.
- Nou, doe dat dan.
- Wat bedoel je?
- Praat dan over ons. Wat wou je zeggen over ons? Je bent nu al een hele tijd bezig met praten over het praten over ons. Laten we daarmee ophouden en het rechtstreeks over ons hebben.
- Ja, nou speel je de bal terug. Dat kan ik natuurlijk niet in m'n eentje. Ik heb geen zin hier een monoloog af te steken over hoe het volgens mij met ons zit. Praten over ons betekent natuurlijk ook mét ons. Met ons tweeën. De een zegt wat, de ander vult aan en zo komen we er samen achter hoe 't zo'n beetje zit met ons.
- Ja sorry hoor, maar je doet 't nog steeds. Nog steeds ben je aan het praten over het praten. Begin dan 's een keer. Zeg jij nou 's iets over ons.
- Dat doe jij vaker hè, mij de kastanjes uit het vuur laten halen. Ik moet weer beginnen. Terwijl ik nou zo graag van jou zou horen hoe jij over ons denkt. Daar heb ik zo langzamerhand geen idee van, hoe jij tegen ons aankijkt.
- Wat is dat nou voor gezeur. Door te praten over andere dingen dan over onszelf, hebben we het indirect toch óók over ons? Jij laat zien hoe je tegen de dingen aankijkt, ik laat dat zien en zo komen we tot een soort gemeenschappelijk standpunt en dat is nou wat ons tot ons maakt. Dat is de essentie van ons ons.
- Hoor je nou zelf wat je zegt? Als het maar niet over ons gaat. Wel over nieuwtje zus en roddeltje zo, maar nooit over ons. Zodra 't maar even over ons gaat, vind je dat meteen gezeur.
- Nou gezeur, ik zie niet veel in navelgestaar nee, die tijd hebben we nou toch wel gehad dacht ik, dus waarom zouden we nu ineens op elkáárs navel gaan staren. Sorry hoor, maar dat zie ik niet zo zitten.
- Aha, daar komt aapje uit mouwtje. Jij ziet het niet zo zitten om samen op elkaars navel te staren, zoals jij dat noemt, kortom het 's een keertje over ons te hebben. Dat is nou precies wat ik beweer. Jij hebt er helemaal geen trek in om over ons te praten. Kan jou wat schelen hoe het met ons gaat. Val me niet lastig, laat mij maar lekker een boek lezen, maar kom me niet aan met praten over ons.
- Neehee! Ik wil alleen maar zeggen dat praten over ons zoiets therapeuterigs is. Gaat u zitten. Uw tijd gaat nu in. Praat u maar over u samen. Dat leidt tot niets, dat weten we nou toch zo langzamerhand? Dat overbewuste gewroet, dat geanalyseer van onze reacties op elkaar...daar zijn al zoveel relaties op stuk gegaan.
- Hè, hè. Met een hele grote omweg ben je er dan eindelijk. Als ik dus vraag, zullen we 's praten over ons, dan is jouw antwoord gewoon: nee, liever niet.
- Als je 't zo stelt, nee, liever niet praten over ons. Maar begrijp me goed, dat zeg ik voor ons eigen bestwil.
- Dus je houdt niet meer van me.
- Maar schat, hoe kom je daar nou bij. Wat is dat nou voor een rare conclusie. Ik probeer je al de hele tijd uit te leggen, dat volgens mij houden van en praten over ons niets met elkaar te maken hebben.
- Toch hebben we 't gedaan. We hebben even over ons gepraat.
- Houden van kan je ook als je 'n boek leest. Ik ga weer even verder met m'n boek. Goed?