Graag tot ziens
‘En daarom wil ik mijn geld terug meneer!’
‘Met hoevelen bent u?’
‘Eén volwassene en dertien kinderen, want het was een uitje voor de verjaardag van mijn dochter.’
‘En u bent dus niet tevreden?’
‘Nee meneer! Ik heb welgeteld twee kippen zien lopen en anderhalve hond. Die tackel en een poedel.’
‘U vergeet nu de pony.’
‘Aha: de pony! De pony staat aan de andere kant van het hek meneer! De kinderen konden hem niet eens aaien! Volgens mij hoort die pony er helemaal niet bij!’
‘Neenee- de pony hoort wel degelijk bij onze vaste bezetting.’
‘Oja. Net zoals die twee volgevreten hamsters zeker?’
‘U bedoelt onze Konijnen?’
‘Konijnen? Volgens mij waren dat twee opgezette marmotten.’
‘En de poezen dan? Waren de kinderen niet gecharmeerd van onze katten?’
‘Nee meneer! Straks gaat u me nog vertellen dat de Tuinkabouter met dat kruiwagentje er ook bij hoorde.’
‘Ik ben blij dat u daarover begint, want de tuinkabouter is inderdaad één van onze belangrijkste trekpleisters.’
‘Jaja. Op die manier kunt u dat aquarium er ook nog wel bijtellen.’
‘U heeft dus met de kinderen heerlijk naar het aquarium kunnen kijken?’
‘Welnee! Ik wierp per ongeluk een blik door het raam van uw woonkamer en onmiddellijk schoof een mevrouw het gordijn dicht.’
‘Dat kwam waarschijnlijk doordat het net sluitingstijd was.’
‘Hoe het ook zij meneer - ik wil mijn geld terug! Want op die manier is het bij mij thuis óók een Kinderboerderij!’