Bie, boos
Heren eigenaren van modemagazijnen, als u de gemiddelde afmetingen van uw paskamers nou nóg kleiner maakt, zodat je je kont helemáál niet meer kan keren, dan koop ik voortaan niet meer bij u, dan kost het maar een paar centen extra, maar dan laat ik alles maken. In winkels waar de paskamers van die halve saloondeurtjes hebben, zodat je hoe dan ook half naakt staat, zet ik helemáál geen voet over de drempel!
Zouden de dames en heren verkopers nog wél even de moeite willen nemen te vragen of het een puntje of een plat stuk moet zijn, als ik om een pond een tikkeltje belegen kaas kom vragen, zodat ik niet met een punt thuiskom en het dus een plat stuk had móeten zijn, omdat ik op een punt met de kaasschaaf nou eenmaal absoluut niet uit de voeten kan?
Zou men ook de goedheid willen hebben iets zorgvuldiger met het wc-papier om te gaan, want ik heb geen zin een velletje te moeten gebruiken waar de klauwen van de vorige bezoeker nog in staan en waar de rafels bijhangen, die perforatie zit er niet voor niks, ja?
Openbare urinoirs zouden in het vervolg niet meer uitgerust mogen worden met automatische spoelinstallaties, of ben ik niet meer mans genoeg de spoeling middels drukknop of ketting te regelen en moet ik maar elke keer weer in een urinoir verschijnen op een moment dat die automatische spoeling nog niet is ‘afgegaan’ en alle bakken geel zien?
Trouwens, die heren scheerapparaatfabrikanten doen nu wel heel duur met hun ronde scheerhoofden die op een variabele scheerhoogte instelbaar zijn, maar hoe ik het baardhaar uit het gleufje van mijn vooruitstekende kin (door mijn vriendin ‘bipsje’ genoemd) moet verwijderen, dáár hebben ze blijkbaar nog steeds niets op gevonden!
Lieve dames, moet u nou 's éven horen. Als het één van u nou met veel moeite is gelukt mij de zin ‘ik hou van je’ te ontfutselen, zoudt u dan niet eindeloos door willen zeuren dat ik dat nóg 's moet zeggen, of mij op indirecte manier daartoe dwingen door voortdurend te herhalen dat u zeker weet dat ik niet meer van u houd, eens gezegd, blijft gezegd, ja?, en als het anders is, dan hoort u dat wel van me.
Zouden de dames en heren verkopers, terwijl ik even in mijn portemonnee sta te zoeken, mijn zojuist gekochte tijdschrift of krant voortaan niet meer heel stijf willen oprollen en wilt u er dan ook niet meer een vijfmaal gedraaid elastiekje omdoen, zodat er de hele volgende week van die ‘gebroken’ en opkrullende tijdschriften en kranten op de lage tafel voor de bank liggen?
Zouden de mensen die het woord tot mij richten in het vervolg geen pauzes meer willen inlassen tussen samenstellende delen van hun zinnen, of tussen de zinnen onderling, die langer duren dan 1,2 seconden? Zó interessant is het nou ook weer niet wat u mij te vertellen hebt.
Als u allemaal in badpak buiten zit en ik kom eraan, wilt u mij dan in het vervolg niet meer verwelkomen met de zin ‘hè toe, joh, trek ook 's wat uit’? Ik bepaal zélf wel wanneer en in wiens gezelschap ik iets uittrek, ja?
Zoudt u, als ik u opbel, uzelf nóóit meer willen melden met ‘wasserij Bleekscheet’, of met ‘hoerenkast Likmereet’, want dit soort telefoonhumor doet mij onmiddellijk de haak op het toestel leggen en dan bellen we mekaar maar niet, daar ben ik net zo makkelijk in.
Zouden de Europese textielbaronnen nou eindelijk niet eens in EEG-verband om de tafel kunnen gaan zitten om een beetje orde in de chaos te scheppen, zodat het niet meer voorkomt dat een Engels XL-shirt mij tot de knieën reikt, een Frans XL-hemd mij tot de navel komt en een Italiaans XL-interlockje alleen mijn oksels bedekt?
Beste obers uit de betere gelegenheden, kijk, dat ik niets van wijnen afweet, dat hebt u natuurlijk al meteen afgeleid uit de manier waarop ik die wijnkaart opensla en als ik dan op goed geluk een wijn uit de middenklasse heb geprikt, zoudt u me dan niet langer op de proef willen stellen, door mij niet alleen dat kleine slokje te laten proeven, maar mij óók nog 's met veel bombarie aan de kurk te laten ruiken?