De bellenblazer(1931)–Martien Beversluis– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 79] [p. 79] Ondergrondsche Beek te Gaudebec Van kloof tot kloof, van steilt' tot steilte dalend, gaat hier het water, ondergronds en blind. Onweez'lijk zijn de ruige dennen ademhalend in 't even vreemds der bijna onvoelb're wind. Een duist're stem, zich eeuwig door herhalend, als een legende, die geen einde vindt, is in de lucht en onder d' aarde dwalend. 't Is of natuur hier haar romance spint. Het snelt voorbij, onzichtbaar door de gronden. Altijd zoo zingend, altijd ongevonden. gelijk het lied dat om verlossing woelt. Ik hoor het storten onder doode steenen, diep overwinnen en inwendig weenen.... als 't woord dat opwelt.... maar weer verder spoelt.... Vorige Volgende