De bellenblazer(1931)–Martien Beversluis– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 40] [p. 40] XI. In der namiddag korte pooze, in de muziek-doorzongen zaal, waart gij met mij in 't donker blozen der laatste winterzonnestraal. Het hooge raam had gij verkozen. Het dal lag als een bleeke schaal. De bergrand lag vol zonnerozen als een romantisch, oud verhaal. Men zegt - ‘er woonde lang geleden in een kasteel -’ ....hoor! de muziek! Laat onze voeten dansend treden door dit onweez'lijk mozaik, in dit als lang gestorven heden melancoliek.... melancoliek.... Vorige Volgende