Dichters van morgen. Een bloemlezing uit de poëzie van jonge dichters(1958)–Ad den Besten– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Toonloos De mist had zich dik in de stad gevreten, de huizen sloegen zwartverkleurend uit en zonder hemel kaatste geen geluid, dit was een wereld zonder een geweten, stemloos waren de volgelopen straten, de dag kwam ongeboren aan het licht, achter zijn rug sloeg God de wereld dicht en heeft haar met zichzelf alleen gelaten. Vorige Volgende