langen hals en ledematen een werk van uw hoofd en handen is?’
Dr. Hyronimus knikte lachend maar antwoordde niet.
Toen werd het den koning steeds onrustiger temoede; want dat was hem van zijn levensdagen nog niet overkomen dat een ledepop, een kunstige machine, de wereld op zijn kop zette en niets dan onheil stichtte, overal waar zij zich maar liet zien.
In groote kringen liep hij om Flip-Flap-Floep heen, waagde zich zelfs door brandende nieuwsgierigheid gedreven stap voor stap nader, kneep hem in den arm om te onderzoeken of de kerel pijn voelde, riep: ‘Laat je tong zien, nietsnut! - Jouw duivel!’ en vluchtte in de armen van den hof- en lijfarts, toen Flip-Flap-Floep in zijn machtelooze woede werkelijk zijn lange roode tong tegen Zijne Majesteit den koning uitstak. ‘Onderzoekt den kerel, den groenen en rooden duivel!’ riep hij, totaal van streek. ‘Misschien is hij werkelijk een leeg omhulsel zonder hart en zonder ziel.’
De lijfarts trok een lange gehoorbuis uit zijn zak, zette hem Flip-Flap-Floep tegen de holle borstkas en zeide waardig: ‘Adem eens lang en diep. Laat dan den adem schieten.’
Flip-Flap-Floep stak de tanden vooruit en rolde wild met zijn oogen. Eigenlijk was hij bang voor de lange, groote gehoorbuis die hem koud tusschen de ribben boorde. En in 't algemeen wilde hij met de doktoren niets te maken hebben!
Toen de krijgslieden, die hem tusschen hun hellebaarden bewaakten, hem echter een aansporende por tusschen de ribben gaven, schikte Flip-Flap-Floep zich deemoedig, ademde eenmaal lang en diep en blies daarna den adem uit zooals hem bevolen was.
De lijfarts luisterde en schudde het hoofd.
Daarop richtte hij zich op, trad gewichtig voor Zijne Majesteit