| |
5 juli, 's morgens vroeg met een natte handdoek om mijn hoofd
voel ik mij als de tekst van die cartoon: ‘ik heb zo'n last van dubbelzien dokters.’ Ik moet zoveel gedronken hebben dat er gaten in mijn geheugen gevallen zijn. Wat over is zijn fragmenten, brokstukken van een avond waarop iedereen plezier had. Dat herinner ik me. Wie weet ik niet, maar iemand had
| |
| |
een zak confetti en gooide die op een stoel staand over ons leeg. Om mijn tafel heen liggen nog overal kleine stukjes gekleurd papier, die uit mijn kleren gevallen zijn. Maar dat moet later gebeurd zijn, toen iedereen al dronken was. Vicky die weigerde op het verzoek van Vic Stevens in te gaan... en later, toen niemand meer keek, op haar eentje ging staan stripteasen, als een koppig kind, in een hoek van de kamer; Bryan die met een speelgoedrevolver cowboytrucs probeerde uit te halen, die niet lukten en later kaarttrucs die wel lukten, maar waar niemand naar keek; Roy Clift die een ernstig gesprek met Ileana voerde, die ten slotte in huilen uitbarstte zodat een collectieve troost-actie gevoerd werd zonder dat iemand wist waar het over ging; Ted die mij een papier... jezus ja, dat moet ik nog ergens hebben. Ik moest het voor hem bewaren. Een verfomfaaide bladzijde uit Time gescheurd. Drie foto's van een filmscherm waarvoor een man op een stoel zit. Eronder een korte tekst:
‘Een geheid succes wordt zeker het met veel fantasie opgezette Tsjechische Paviljoen vol met kunst, cafés en vele nieuwe filmische ideeën, waaronder de “kino-automaat”, waarmee het publiek het verhaal kan veranderen. Op een dozijn keerpunten in een film bevriest het beeld en splitst het zich in tweeën, de ster komt op het toneel en geeft het publiek de mogelijkheid tot kiezen. Bovenste afbeelding: zal de held de schurk neerslaan of niet? De middelste: zal een van beide vrouwen zelfmoord plegen? Iedere toeschouwer antwoordt door knoppen op zijn stoel in te drukken. Individuele stemmen lichten rond het scherm op en de totalen worden aan de zijkanten zichtbaar. De meerderheid beslist over de volgende rol. Liefde wint het meestal (laatste afbeelding).’
Gelukkig begint de aspirine iets te helpen. Op de binnenplaats van de fabriek ligt een grote stapel plat geslagen kartonnen dozen. Het is mij ontgaan dat iemand ze daar neer heeft gelegd. Tien minuten geleden lagen ze er nog niet. Dat weet ik zeker. Op de rand van de bladzijde uit Time zijn wat woorden geschreven, een zin, waarvan de betekenis mij nu totaal ontgaat, maar die gisteravond de neerslag vormde van mijn verlangen naar haar. Sinds mijn middelbare schooltijd heb ik geen gedichten meer geschreven, maar nu voel ik die lust opnieuw om het opgewonden gevoel dat mensen verliefdheid noe- | |
| |
men, die heerlijke bewustzijnsvernauwing, om te zetten in woorden, nieuwe betekenissen. Maar wat staat hier: ‘de oude houten boog/plotseling gaat de vlinder erop/zitten en verstoort wat stof.’ Het lijkt me nu niets met haar te maken hebben, maar gisteren toen ik het in een al aardig dronken handschrift - let eens op de boogjes van de e's - neerschreef bevatte het alles, alles! Om negen uur beginnen de opnamen weer. Ik voel mij ziek en gelukkig. En zij weet van niets! Kon ik haar schrijven, wat zou ik schrijven. Ik bijt op mijn ballpoint, luister naar de geluiden; het doortrekken van een toilet (of is het het leeglopen van een bad) boven mij ergens en naast mij het geluid van een elektrisch scheerapparaat. Waarschijnlijk van iemand die zich nu voor dezelfde spiegel staat te scheren die twee dagen geleden haar beeld opving, met gestrekte armen bezig haar okselharen uit te scheren, waarvan ik er twee in mijn portefeuille, hier op mijn borst, meedraag.
Lieve Eve, Je kent de blikken wel van mannen die je uitkleden. Mijn kennismaking met jou had de zakelijke abruptheid van een bezoek aan een bordeel (nee, dat kan je natuurlijk niet zo schrijven, je vergelijkt haar met een hoer). De mijne kleden je aan. Daarom gaf ik je je truitje aan op de set, omdat je naakt was onder al die lampen en de blik van Ted een object van je maakte en ik je weer wilde zien als een subject, als een vrouw met een eigen leven dat achter je ogen verborgen ligt en dat ik zou willen ontdekken, waarnaar ik zo nieuwsgierig ben als ik nog nooit naar iets of iemand ben geweest. Ik houd van je kleren, omdat ze me veel meer vertellen over jezelf dan je borsten, hoe vreemd je dat misschien mag klinken van een man, je kleren die vertellen hoe sober je bent, hoe echt, dat jij de romantiek van het bestaan niet in de glamour zoekt die in dit bedrijf als slagroom voor het opscheppen ligt, maar in de gewone dingen om ons heen waarin wij elkaar zullen vinden.’
Het drijft me tot wanhoop, dit stuntelige geschrijf. Hoe moet dat als ze terugkomt, straks, over een paar dagen misschien en ik haar moet aanspreken, voordat we uit Engeland vertrekken.
Ik sta op en poets voor de spiegel nog een keer mijn tanden, bekijk met bloeddoorlopen ogen mijn bloeddoorlopen ogen en begin mij aan te kleden.
| |
| |
| |
4e complex, scène 12
Ted is reuze in zijn schik met een enorme sigarettenreclame die als pop-art aan een van de wanden van het interieur hangt, tegenover een Lichtenstein (Good Morning, darling). De sigarettenreclame bestaat uit twee panelen. Het ene paneel, dat ongeveer twee meter lang en viereneenhalve meter hoog is, is beschilderd met een fotografisch nauwkeurig mannenprofiel dat een sigaret tussen de lippen houdt. De super kingsize sigaret zet zich op een apart en kleiner paneel, aan de rechterkant voort.
Bryan en Ileana zitten de ene kop koffie na de andere te drinken in de kantine, waar de buffetjuffrouw de radio keihard heeft aanstaan. Als ik zelf ook een kop koffie haal zie ik dat ze boven de ijskast een foto met handtekening van Ileana heeft opgehangen. Ze ziet er op die foto heel wat mooier uit dan nu. Ted stuurt haar naar de grimeur en de kapper en zijgt dan zelf zuchtend in een stoel naast Bryan neer die met zijn hoofd in zijn handen zijn rol zit te leren van een van de vodjes papier die Ted iedere morgen uit zijn portefeuille te voorschijn haalt. Soms klagen de acteurs dat zij zijn handschrift niet kunnen lezen en dan antwoordt Ted steevast dat ze dan maar moeten raden wat er staat. Als ze het verkeerd raden onderbreekt hij woedend de scène.
Om half elf is de finishing touch aangebracht (de New Yorker en de Vogue op de kloostertafel) en kan de repetitie beginnen. Ileana smeekt of zij droog mag repeteren, maar Bryan ziet geen been in een whisky on the rocks om half elf 's morgens, al zie ik hem even rillen als hij de eerste slok neemt. Ted vermaakt zich kostelijk en als Bryan dat ziet lacht hij ook, maar als een boer met kiespijn.
Het is een pechdag. Eerst doet de gashaard het niet en dan weigeren de panelen van de boekenkast te bewegen. Bryan en Ted zitten urenlang te kaarten, Ileana blijft in haar kleedkamer en komt er voor half drie niet meer uit. Niemand eet iets tussen de middag. Ik zit aan een klein tafeltje in de studio en schrijf mijn eerste gedicht sinds mijn zestiende jaar, terwijl werklieden druk bezig zijn met de boekenkast en de gashaard.
Ik zat natuurlijk nog op school en zij was het mooiste en
| |
| |
meest begeerde meisje uit 4a. Maar hoe moest ik haar laten merken dat ik dat ook vond. Want zij was nooit alleen en altijd waren er jongens, sneller, handiger en spraakzamer dan ik, die haar tas mochten dragen, met wie zij, haar heerlijke benen over elkaar geslagen, achter op de bagagedrager van een fiets om de hoek en uit mijn gezicht verdween.
Mijn achterband is wel wat zacht
maar het geeft niet lieve schat:
spring maar achterop (3x)
De fiets speelde een grote rol in ons liefdeleven van die dagen. Naast een meisje fietsen, terwijl je losjes je rechterhand op haar linker legde, die zij krampachtig om het handvat geklemd hield, waarvan het celluloid door jongens uit de lagere klassen in het speelkwartier was afgepeld om er met een vergrootglas de brand in te steken in het fietsenhok met het golfijzeren dak, dat op iedere school wel het hok der verborgen, geheimzinnige en verboden dingen was, zoals het stiekem roken en briefjes doorgeven, het schuine moppen vertellen of het overschrijven van elkaars huiswerk. Maar ik rookte niet en briefjes schreef ik alleen aan mijzelf en fietsen deed ik hard, snel en voorover gebogen, als een wielrenner op weg naar de finish en de overwinnaarskus, die mijn neus dus voorbij ging en op een andere wang belandde.
En net op het ogenblik dat mijn liefde het hevigst was, ik met grote wallen onder mijn ogen les na les wegdroomde en de gedichten ononderbroken uit mijn lekkende vulpen drupten, zat zij op een morgen niet meer in de derde bank van de raamrij. Haar naam werd door de scheikundeleraar nog diezelfde morgen uit het klasseboek geschrapt.
Het telefoonpaneel bestaat uit de volgende titels:
Alain Robbe-Grillet: Le voyeur |
Claude Simon: Le palace |
Michel Butor: Passage de Milan |
Samuel Beckett: Molloy |
Nathalie Sarraute: Tropismes |
Franz Kafka: Der Prozess |
| |
| |
Virginia Woolf: Mrs. Dalloway |
John Dos Passos: 1919 |
Frank Rossolino: My life with Stanley |
James Joyce: Ulysses |
Het draaibare wastafelcomplex verbergt zich achter de volgende dummies:
Vladimir Nabokov: Pale Fire |
Arno Schmidt: Tina oder Uber die Unsterblichkeit |
Robert Musil: Der Mann ohne Eigenschaften |
Malcolm Lowry: Under the vulcano |
F. Scott Fitzgerald: The Crack-up (and other stories) |
A. Gide: Les faux-monnayeurs |
George Orwell: 1984 |
Prof. Dr. G. Krümlbacher: Hackenbusch, his life and letters. |
Lawrence Durrell: Justine |
Les mille et une nuits. |
L. Wittgenstein: Tractatus logico-philosophicus |
Ileana krijgt van een van de belichters kort onderricht in het vasthouden van de gitaar. Het is een lange jongen, die het niet kan laten als hij een paar akkoorden op de gitaar heeft aangeslagen, hem gauw even wat bij te stemmen en zachtjes Greensleeves te neuriën. Ik vind niet dat de gitaarscène erg overtuigend is, maar Ted zegt dat dat bij het nasynchroniseren wel goed komt.
Als op het hoogtepunt van deze scène Ileana haar blouse moet losknopen en dansend met haar handen haar borsten moet ondersteunen blijkt dat zij vergeten is haar bh. af te doen. Ted is woedend, maar Bryan, die sinds het begin van de scène al meerdere malen van het whiskymeubel gebruik heeft gemaakt, ligt tien minuten volkomen slap van de lach op de bank te hikken. Het ijs in zijn glas rammelt ervan.
's Avonds had ik wat met Ted willen praten, maar Wynston Feldman kwam plotseling aan (hij moet morgen spelen) en domineerde de verdere avond met zijn forse gestalte en stemgeluid het gezelschap, waar ik mij al gauw uit terugtrok. Zonder haar heb ik eigenlijk niets te zoeken bij dit groepje dat
| |
| |
luistert hoe Feldman vertelt in Tyrol kennis te hebben gemaakt met Hitler en met hem de maaltijd gebruikt te hebben. Hij was er geloof ik nog trots op ook! Vicky vertelde hoe zij zich het geluid van Hitler door de radio nog uit haar jeugd herinnerde, een geloei dat zich van alles wat er verder uit de ouderwetse met donkerrood trijp overtrokken luidspreker kwam, onderscheidde; haar vader, die met een mengsel van afkeer en nieuwsgierigheid in zijn hemdsmouwen aan het toestel - waarvan hij de kast zelf gefiguurzaagd had - gekluisterd zat, als een konijn voor de lichtbak, om zo nu en dan een van zijn bretels uit te trekken en hem met een klap op zijn borst te doen terugspringen
| |
Walton Hall
In 1821 begon de Squire een grote muur rond zijn landgoed op te trekken om het gevederde volkje een rustige broedplaats te verzekeren, waar zij niet gestoord konden worden door stropers - zeer talrijk in die dagen - en zo schrijft zijn biograaf Philip Gosse: ‘De aannemer schatte het bouwen van de muur op tienduizend pond. De Squire kwam overeen dat er telkens een stuk gebouwd zou worden en dat het bouwen gestaakt zou worden als hij geen geld meer had en niet weer zou worden hervat voordat hij weer over voldoende liquide middelen beschikte.’
Niet alleen de vogels, ook de bomen kregen zijn volle aandacht en als er een in een storm geleden had of er ziek uitzag, klom hij onmiddellijk in de top om haar te inspecteren. Mocht een of andere onverlaat de initialen van zijn meisje en zichzelf verbonden door een hart met een pijl erdoor (E.D. & R.) in een van de Squires bomen gegrift hebben dan ontbood hij onmiddellijk de meubelmaker om ze te verwijderen en de open wond met een stukje hout in te leggen.
Net zoals bij dieren zijn voorkeur naar het buitengewone uitging, naar de ‘freaks’, kon men ook vreemde bomen in het park van Walton Hall bewonderen, zoals ‘The Seven Deadly Sins’, een lindeboom met zeven stammen; ‘The Twelve Apostles’, een treurwilig die het zelfs tot twaalf stammen gebracht had en een indrukwekkend huwelijk tussen een iep en een denneboom,
| |
| |
op kunstmatige wijze door de Squire tot stand gebracht en door hem ‘The Church and the State’ gedoopt.
| |
Zijn bezoek aen de heilige stad Rome
Samen met zijn oude schoolkameraad Captain Jones beklom de Squire de Sint Pieter en het kasteel van Sint Angelo. Philip Gosse schrijft er het volgende over:
‘Hoe het ook zij, daar gingen zij en beklommen gezamenlijk de top van de Sint Pieter en daarna het kruis om niet zonder gering gevaar het topje van de bliksemafleider te bereiken, waarop Waterton zijn handschoenen achterliet als een duidelijk bewijs van hun gedurfde staaltje.
Alsof dat niet genoeg was voor een dag namen zij het kasteel van Sint Angelo onderhanden, waar zij er op een of andere manier in slaagden, op het hoofd van de beschermengel te klimmen, waar “wij op een been stonden”, tot grote verbazing van het met stomheid geslagen voetvolk beneden.
Het nieuws van de vreemde gedragingen van deze twee excentrieke Engelsen bereikte al gauw het oor van Paus Pius vii, die bevel gaf de handschoenen onmiddellijk te verwijderen omdat zij de bliksemafleider waardeloos maakten.
Maar er deed zich een moeilijkheid voor: er kon niemand gevonden worden die moedig of lenig genoeg was om deze taak te volbrengen en zo moest de Squire in de tegenwoordigheid van een grote, opgewonden Romaanse menigte opnieuw omhoog om zijn handschoenen naar beneden te halen.’
Richard Aldington voegt, na hetzelfde zo betekenisvolle incident verteld te hebben, hier nog aan toe:
‘Als er ooit een standbeeld van Waterton wordt opgericht - en er zou er zeker een moeten komen - zou hij in deze houding moeten worden afgebeeld: op een been staande op het hoofd van een engel.’
|
|