‘sneeuwbaleffect’. Hierin worden alle stukjes van de puzzel, die
in punt I door de war lagen, passend.
Willy van der Heide zet dat in desbetreffende situaties uiteen en
brengt de lezer drie conclusies onder de aandacht:
A: | Het kon niet anders lopen. |
B: | Alle sporen leidden naar één punt. |
C: | Het was een logisch gevolg van alle feiten. |
Ik haast mij om op te merken dat punt II slechts ingevuld kan
worden, als men óf alles van tevoren kan inschatten (strategisch overzicht) óf
alles achteraf kan herleiden (men maakt de balans op). Blijft dus het punt dat
er altijd, hoe gering ook, sprake is van toeval. De wetenschap dat men ten
tijde van een handeling ‘verrast’ kan worden, duidt reeds op het feit dat er
iets gebeurt wat niet of nauwelijks te voorzien was.
Een andere uitspraak, die we af en toe kunnen waarnemen in de
Bob Evers-boeken, is iets in de trant van: ‘Ineens kwam hij tot het
kosmisch besef dat...’
Het woord ‘kosmisch’ heeft de betekenis ‘betrekking hebbend op
de kosmos’ (= in zichzelf rustend geordend geheel; heelal, wereld). Ook hier
moet ik - net als bij de getallensystematiek - verwijzen naar een opvatting die
onder bepaalde mensen leeft, namelijk: dat alles reeds van tevoren vastligt.
Dat vertoont raakvlakken met het gezichtspunt dat er maar in weinig gevallen
sprake is van toeval.
Om nu te voorkomen dat dit geschrift in een dogmatische c.q.
filosofische verhandeling ontaardt, gaan we terug naar Willy van der Heide's
manier van werken, en wel in de meest letterlijke zin des woords. Hierover zijn
verschillende leuke anekdotes bekend. De mooiste wist dhr.
P. Schilperoort mij te vertellen
(zie in dit verband ook afbeelding 5):
Met Van der Heide was het altijd zo, dat hij bijna
voortdurend dusdanig in beslag werd genomen door allerlei leuke