broeksriem van de
woedende Amerikaan. Hij had nu de smaak van schoppen te pakken en hij ging er
meteen maar mee door ook. Een bemodderde schoen schoot voorwaarts.
Raak!
‘Schieten wou jij hè? Dan moet je hard ópschieten (een tweede schop.
Ook raak...) anders hoeft het al niet meer.’
Daarnaast zijn er de nodige voorbeelden van de onnavolgbare beeldspraak.
We doen een kleine greep in de serie:
Deel 3, blz. 170: Mac hield op met lassen en schold, dat de verf van de
machinekamerwanden afblakerde.
Deel 6, blz. 153: De kok richtte zich verontwaardigd op, zette een hoge
borst op, hoorde zijn koksmaat een proestlach geven en gaf dat jongmens een
draai om zijn oren dat de potten en pannen ervan rinkelden.
Deel 9, blz. 117: ‘Gooi de lucht die jij verspreidt met een kluitje
boter in een pan en je hebt een maaltijd voor een hele kazerne.’
Deel 9, blz. 177: Dausenberg gaf een brul dat drie speelgoedlocomotieven
op de proefrails achter hem dertig centimeter van hun plaats reden.
Deel 10, blz. 132: ...en het was wél een handpalm die je niet
gemakkelijk kon negeren; het leek wel of de schepbak van een dragline tussen
hen in was komen hangen.
Deel 13, blz. 178: Nu kwam Jan weer aanstuiven. Hij zette een vaart als
een sneltreinlocomotief, trok zijn hoofd tussen zijn schouders en botste de
worstelaar in diens maagstreek met een plof of er een butagasketel uit elkaar
klapte.
Deel 14, blz. 76: Lottie Doberman legde de telefoonhoorn neer en sloeg
een taal uit, zo schandelijk, dat de muren ervan be-