Westfriesland, Tessel en Wieringen
(1955)–Herma M. van den Berg– Auteursrechtelijk beschermdBovenkarspelGa naar margenoot+ DE HERVORMDE KERK, oudtijds aan de H. Martinus gewijd, is een grotendeels modern gebouw, waarin aan de oost- en noordzijde enig laatgothisch muurwerk behouden is van de in 1828 gesloopte driebeukige kruiskerk, die op twee tekeningen in de Prov. Atlas te Haarlem, één aan pronk toe te schrijven, en één aan tavernier 1785, en op prenten van spilman naar pronk afgebeeld is. Het oude muurwerk wordt door eenmaal versneden steunberen met natuurstenen waterlijsten geschoord; inwendig is één oorspronkelijke trekbalk met sleutelstukken, korbeels en muurstijlen bewaard. De kerk bezit een inventaris met bijzonder rijk koperwerk, dat volgens van der aa in 1735 is verworven. Ga naar margenoot+ De eiken preekstoel heeft een zeszijdige kuip met gecanneleerde pilasters en z.g. kornisversiering op de panelen, midden xvii, en bijbehorend achterschot en klankbord.Ga naar margenoot+ Aan de preekstoel is een koperen lezenaar op geornamenteerde arm bevestigd, waarin twee onbekende wapens zijn verwerkt (zie Gen. en Her. Ged. ii, blz. 172), en het gespiegeld monogram j.b.e., xviiib, pl. CXVII-244. Beneden aan de preekstoelGa naar margenoot+ een dergelijke arm voor een doopbekken xviiib. Voorts een rijk bewerkte koperenGa naar margenoot+ doopboog met gegoten beeldjes, voorstellende het Geloof en de Hoop die een zich in de staart bijtende slang vasthouden, waarbinnen een pelikaan met jongen als symbool van de Liefde gestaan zou hebben pl. CXVIII-246. De boog is gemerkt: me fecit johan hendrik koning enchusae ao 1738; op de voetstukken de monogrammen km (kerkmeester) en ih. Aan de voorzijde staan schilden met wapens (zie Gen. en Her. Ged. als boven), aan de achterzijde monogrammen rl, li, pb, ln, ik en ti. Ga naar margenoot+ Op het doophek staat een voorzangerslezenaar in dezelfde stijl als de kansellezenaar met gespiegeld monogram ps en het wapen van Pieter Straat, xviiib (zie ib.) en een koperen blaker op arm. Ga naar margenoot+ Het avondmaalszilver bestaat uit: twee kannen, twee maal twee bekers en enige schalen in Biedermeyerstijl, deels gedateerd 1826. | |
[pagina 17]
| |
De klok, hoog 103, diameter 133, is blijkens het opschrift door G. Wou en Joh.Ga naar margenoot+ Schonenborch gegoten: maria is min naem, min gheluit si gode bequam; wou fudere gherardus schonenborchque johannes ao domini mcccccxviii.
de moderne ROOMS-KATHOLIEKE KERK bezit:Ga naar margenoot+ een rijk geborduurd kazuifel, vroeg xvie eeuws, doch zozeer vernieuwd dat van hetGa naar margenoot+ oorspronkelijk werk slechts de compositie te herkennen valt (zie b. jansen, Laat gotisch borduurwerk in Nederland, cat. nr. 36). Voorts het volgende zilverwerk: een monstrans van verguld zilver, hoog 71, waarvan diverse onderdelen vernieuwdGa naar margenoot+ zijn, doch die in oorsprong vroeg xviie eeuws is. Op de zeslobbige voet zijn de Lijdensvoorstellingen gegraveerd. Merken: Enkhuizen, jaarletter g, meesterteken een geitekop. een ciborie, pl. CXXIV-263, hoog 55, rijk met drijfwerk versierd. Op de voet zijnGa naar margenoot+ Heiligen voorgesteld; de deksel en cuppa zijn versierd met druiven en korenarenmotieven. De deksel is bekroond door vier acanthusvoluten met puttokopjes, xviib, Amsterdams werk? geen merken te vinden; een kelk, hoog 24, met op de voet voorstellingen van de Kruisiging en Lijdenssymbolen,Ga naar margenoot+ midden xviie eeuw. Merken: Amsterdam, jaarletter q? meesterteken van Thomas Bogaert; een gegraveerd ampullenblad, ovaal 29 × 32 diameter met in de rand ornament vanGa naar margenoot+ dieren tussen ranken. In het blad een cartouche waartegen vlinders en slakken gegraveerd zijn en waarin de voorstelling van Christus bij de bron is weergegeven. Merken: Utrecht, jaarletter n van 1652, meesterteken mb van Michiel de Bruyn van Berendrecht. een wierookscheepje, midden xviie eeuw, symmetrisch van vorm, met bloemornament;Ga naar margenoot+ merken: Utrecht, jaarletter o; een wierookvat met vernieuwd deksel; het bakje versierd met engelkopjes. UtrechtsGa naar margenoot+ werk, jaarletter o van 1653, meesterteken mb van Michiel de Bruyn van Berendrecht. acht kandelaars midden xvii, te verdelen in viermaal twee, alle gemerkt: Amsterdam t.w. twee stuks, hoog 44,5, jaarletter a van 1653, meesterteken van J. Bogaert, twee stuks, hoog 49, jaarletter r van 1648, meesterteken van Th. Bogaert, twee stuks, hoog 55, jaarletter r van 1648, meesterteken van Th. Bogaert, twee stuks, hoog 61, Holland, jaarletter e van 1667, meesterteken van J. Bogaert.
Aan de weg naar Broekerhaven staat een KORENMOLEN in 1849 gebouwd enGa naar margenoot+ naar verluidt overgeplaatst uit Zaandam; de molen is een achtkante bovenkruier met stelling en bestaat geheel uit hout. |
|