Dichten en spelen van Jan van den Berghe
(1950)–Jan van den Berghe– Auteursrecht onbekend
[pagina 59]
| |
VI Refereyn
Ga naar margenoot+Die diepe oytmoedicheyt Godts goederthieren,
Waerdeur hij aennam menschelijcke natuere,
Die en hebben cunnen in gheender manieren
Swerelts wyse verstaen, hoe cloeck int versieren.
Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Dat Godt hem sou achten soe cleyn van valuere,
Diet al mach breken en maecken met viguere
Naer synen wille en predestinatie,
Dit heeft Paulus geweert met dees woorden puere:
Ga naar voetnoot8
Theeft Godt belieft deur soete predicatie
10[regelnummer]
Salich te maecken tswerelts generatie,
Ga naar voetnoot10
Op dat hy tvernuft der neuswijse doctoren
Sou beschamen en al haer cavillatie,
Ga naar voetnoot12
En verheffen dat naer die werelt geboren,
Ga naar voetnoot13
Veracht, verworpen en als mensche verloren,
15[regelnummer]
Maer recht en slecht wandelen in alle hoecken.
Ga naar margenoot+Dus geeft Godt de gave des gelooffs als voren
Die Godt simpel oytmoedich met herten soecken /
Dat heeft aen Maria claerlyck gebleken:
Hy heeft aenmerckt doytmoedicheyt synder dienstmaeght,
20[regelnummer]
Waerom haer alle geslachten salich spreken.
Die hoveerdige syn vanden stoel gesteken,
Ga naar voetnoot21
Doytmoedige verheven, theeft Godt soe behaeght.
Een gebroken geest, vernedert herte versaecht,
Sal Godt nyet versmaden, staet daer gescreven.
25[regelnummer]
Den cleynen van herten, inde werelt geplaeght,
Wert van hem cracht, vroomheyt en macht gegeven.
Ghy sult gebenedyt syn, spreeckt Godt verheven,
Die myn looyen bemint int swerelts foreest.
Ga naar voetnoot28
Nyet Mammons keruytsel, pharizeeus beseven,
Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
Maer tversuchten der armen werckt mynen geest;
Ga naar voetnoot30
Salich is die arme van geest die Godt vreest,
Al mach hem de werelt bannen en vervloecken.
Dus wert die gave des gelooffs gegeven meest
Die Godt simpel oytmoedich met herten soecken /
| |
[pagina 60]
| |
35[regelnummer]
Paulus seyt: en soeckt gheen hooger dinghen
Ga naar voetnoot35
Dan verdragen en can u gegeven verstant,
Want die de scrift willen herwaerts derwaerts wringen
En deur vremde allegorien dwingen,
Die verwecken secten en twistigen brant.
40[regelnummer]
Hierom Godt in doytmoedige tgeloove plant
En gheeft hen gratie, soe Petrus seyt,
En hen verneren onder Godts crachtige hant,
Twoordt Godts gebruycken met vreese in weerdicheyt.
Hierom, ghy cleyn van herten die hier weent en schreyt,
45[regelnummer]
Wien veel aenvechtinghen die droeffheyt verveert,
Ga naar voetnoot45
En wert deur gheen valssche opinien verleyt /
Ga naar margenoot+Maer int gebet oytmoedich totten heere keert.
Acht al nyet dat in hooge consten is geleert
En vermetelyck spreken deur tstout vercloecken,
Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
Want Godt geeft die gave des gelooffs onverzeert
Die Godt simpel oytmoedich met herten soecken /
Prince
Wie ghy syt, wilt u oytmoedich ververen,
Ga naar voetnoot52
Verhefft u nyet, slym der eerden van cleynder macht,
Want Godt werdt gevonden sonder faelgeren,
55[regelnummer]
Vanden ghenen die hem nyet en tempteren.
Tbleeck aen die herderkens in Christus' nacht,
Wyen die blyde tydinghe wert gebracht
En voor swerelts wyse weerdich gevonden
Ga naar voetnoot58
Tgeloove tontfangene, den salighen pacht,
60[regelnummer]
En syn totten rechten Christum gesonden
En hebben hem simpel gesocht tot dyen stonden
Ga naar voetnoot61
En hem warachtich vonden in bethleem claer,
Sonder murmuratie oft diep deurgronden,
Maer hebben dwonder werck bethuyght vry openbaer.
Ga naar voetnoot64
65[regelnummer]
Dus al seytmen Christus es hier Christus es daer,
Gelooft alle geesten nyet, scrifften oft boecken,
Want Godt geeft die ghave des gelooffs voerwaer
Die Godt simpel oytmoedich met herten soecken /
Finis
ijn prys
per Vanden berghe
|
|