46. Waarom de liefde geblind wordt (77)
Ga naar voetnoot46.
Wat mag hier van de reden wezen?
Is 't, om dat zijne hand noch groot noch kleen ontziet,
Die hij zoo onmeêdoogend schiet? -
ô Neen! men blindt zijn lonkende oogen,
Op dat het zien der smart
Van 't, door zijn schicht, verwonde hart,
10[regelnummer]
Hem niet bewegen zou tot teder mededoogen:
Want, wierd het stoute wicht met 's minnaars leed
begaan,
Gewis! hij zou geen hand meer aan den booge slaan!
|
-
voetnoot46.
-
Waarom de liefde geblind wordt.
Uitvoerige informatie over het thema van dit gedicht geeft Erwin Panofsky in
zijn opstel Blind Cupid (in Studies in iconology. Humanistic themes
in the art of the Renaissance, Harper Torch-books, New-York 1962, p.
95-129). Volgens Panofsky was: ‘The little winged boy armed with bow and
arrow (...) a very familiar figure in Hellenistic and Roman art. Only this
figure was very rarely blind in classical literature, and it was never blind in
classical art. (...) The belief that ‘the lover is blinded about what he
loves so that he judges wrongly of the just, the good and the
honourable’, is of course frequently expressed in classical literature
which abounds in such phrases as caecus amor, caeca cupido [blinde amor,
blinde cupido]. But this blindness characterizes love as a psychological
emotion, often of a definitely egotistical nature.’ (p. 95-96). Omstreeks
1215 echter gaat men die blindheid aan Cupido zelf toeschrijven. Van nu af is
er vrijwel geen beschrijving meer van het heidense minnegodje die niet
op zijn blindheid insisteert (uitzondering: Petrarca). ‘The allegorical
interpretations of this newly acquired handicap are as unflattering as
possible. Cupid is nude and blind because he ‘deprives man of their
garments, their possessions, their good sense and their wisdom.’ He is
blind ‘because he does not mind where he turns, in as much as love
descends upon the poor as well as the rich, the ugly as well as the
handsome.’’ (p. 107-108). Panofsky illustreert zijn betoog met
talrijke reprodukties. Van de vele nederlandse voorbeelden noemen we slechts
Daniel Heinsius,
Emblemata amatoria (Amsterdam 1606);
dezelfde,
Het ambacht van Cupido (Leyden 1615) en
Jan Harmensz. Krul,
Pampiere wereld (Amsterdam 1644, dl. II, p.
313).
titel De Liefde: Cupido (Amor, Eros); sedert de 4e eeuw na
Chr. uitgebeeld als kleine jongen, gewapend met pijl en boog.
geblind: geblinddoekt.
-
voetnoot1
-
maalde: schilderde, beeldde af;
overigens is dit niet juist volgens Panofsky; zie hierboven.
|